Om te vertrekken met een automaat, hou je je voet eerst stevig ingedrukt op het rempedaal en zet je de pook in de D-stand. Start de motor en laat het rempedaal langzaam los (vergeet de handrem niet!). De auto begint nu te rijden. Om sneller te gaan, druk je het gaspedaal in.
Bij automaat rijden wordt de versnellingsbak automatisch bedient. Bij het rijden in een automaat schakelt de auto automatisch door naar een volgende versnelling zodra jij het tempo verhoogt. Iets wat je normaliter handmatig zou doen.
Op zich is het rijden in een automaat doodsimpel. Toch is het, als je niet gewend bent om met een automatische versnellingsbak te rijden, belangrijk dat je weet hoe dit in zijn werk gaat. Als je gewend bent om met een handgeschakelde auto te rijden kan het overstappen naar een automaat best even wennen zijn.
Velen vinden het rijden in een automaat makkelijk, wat ook wel zo is. Toch is het wennen als je voor het eerst in een automaat rijdt omdat een aantal dingen anders werkt. Zo heb je regelmatig mensen die in een automaat helemaal niet wegkomen omdat ze niet weten dat je de rem moet indrukken om de auto te starten.
Een automaat heeft beperkingen als de eerste versnelling erg lang is. Om dan weg te rijden is erg veel slip nodig in de koppeling (koppelomvormer) en ontstaat veel warmte. Ook als het gat tussen de eerste en de tweede versnelling relatief groot is, kan dat ongunstig zijn.
De letter S staat voor sport: dit houdt in dat de auto minder ver zal opschakelen, zodat er meer acceleratie (versnelling) plaats vindt wanneer je gas geeft. De letter M staat voor manual: hier geef je zelf wanneer de auto op moet schakelen of juist terug moet schakelen.
Om te vertrekken met een automaat, hou je je voet eerst stevig ingedrukt op het rempedaal en zet je de pook in de D-stand. Start de motor en laat het rempedaal langzaam los (vergeet de handrem niet!). De auto begint nu te rijden.
N is Neutraal. E werkt ongeveer zoals D (Drive) van een normale automaat. Maar je voelt hem echt schakelen, en je kunt voor een soepeler rijgedrag het beste het gas er even een beetje afhalen als de bak schakelt.
P = 'park' (parkeren) R = 'reverse' (achteruitrijden)
Als je met een automaat voor een stoplicht staat moet je hem gewoon in D laten staan. Enkel als je langer stilstaat zoals bijvoorbeeld voor een overweg of brug moet je hem in D of N zetten. De automaat is gewoon gemaakt om enige tijd in D te staan met uw voet op de rem.
Parkeerstand – P
In stand P is de versnellingsbak mechanisch geblokkeerd. Kies stand P wanneer de auto geparkeerd staat of als de motor moet worden gestart. De auto moet stilstaan, wanneer u de parkeerstand kiest.
Als je een automaat start, zet je de keuzehendel in "P" of in "N". "Automaat" verwijst naar de versnellingsbak van de auto. Het betekent dat je niet zelf hoeft te schakelen, dat doet de auto automatisch. Als de auto een automaat is, zijn er maar twee pedalen.
Je bent met een automaat zonder schokken, gekraak of stilvallen sneller vertrokken aan de lichten. Ook op een hellende baan ben je gemakkelijker weg. Kortom, met een automaat schakelt je relaxniveau een versnelling hoger en je stressniveau een versnelling lager.
Door de versnellingen 3, 2 (1 of L) in te schakelen, zal de automaatbak in een lagere versnelling gaan rijden (van bijv. de 5e naar de 4e trap). De motor gaat dan een hoger toerental draaien waardoor de auto gaat vertragen. Er hoeft nu niet steeds meer geremd te worden omdat er meer op de motor afgeremd wordt.
Tips voor automaten
Rij altijd in de eco-, winter- of de normaalstand, dat zorgt voor een zo vroeg mogelijk opschakelen naar hogere versnellingen. Gebruik de sportstand zo weinig mogelijk. Laat het gaspedaal even iets 'opkomen' als je op snelheid bent. De automaat schakelt dan direct naar een hogere versnelling.
Wat betekent de B-stand? Bij de knop van de automaat vind je de B-stand. Die staat voor Brake of Bremse (Engels respectievelijk Duits). Schakel je die in, dan remt de auto bij het loslaten van het gaspedaal (hoe vreemd dit ook klinkt voor een elektrische auto) meer op de motor af.
Veel mensen vragen zich af of automatisch of handgeschakeld rijden sneller is. Vroeger was een automaat namelijk suf en trok hij sloom op. Dat is verleden tijd. Tegenwoordig zijn automaten zelfs sneller dan handgeschakelde auto's, mits je weet hoe je het voertuig bestuurt.
Als je een keer snel moet optrekken kun je de 'kick down' gebruiken. Het gebruik van de kick-down dient zoveel mogelijk vermeden te worden, omdat hierbij in lagere versnellingen wordt geschakeld om meer vermogen beschikbaar te krijgen om snel door te trekken.
Behalve de slecht functionerende kickdown doen onderstaande problemen zich voor bij een vervuild circuit: Slecht schakelen van de automaatbak. Schommelend toerental. Verhoogd brandstof verbruik.
''Gebruik altijd de parkeerrem bij parkeren op een hellende ondergrond - de P-stand van de automatische versnellingsbak is niet voldoende om de auto in alle situaties vast te houden''. U zou dus kunnen kiezen voor P en de handrem. Wielblokken lijkt me dan overbodig. Met de neus omhoog of omlaag maakt niet uit.
Met een automaat heeft u geen last meer van de hellingproef. Als je de rem loslaat begint de auto namelijk vanzelf te rijden. Geen gedoe meer met achteruit rollen, snel schakelen en gas geven dus.
De R op de versnellingspook staat voor het Engelse 'reverse', de AR voor het Franse 'arrière', ofwel 'achteruit'. Sportieve automobielen maken gebruik van een zogenaamde sequentiële versnellingsbak waarbij de pook vooruit wordt bewogen om op te schakelen en achteruit om terug te schakelen.
De vele stappen in de vorm van het aantal versnellingen zijn dus nodig om de motor niet te veel toeren te laten maken en wordt het brandstofverbruik hierdoor ook beïnvloedt.
Met een automaat in de bergen rijden
Heb je een automaat, dan is het verstandig om deze in de handmatige stand te zetten. Hierdoor kun je zelf de gewenste versnelling kiezen en zo veel mogelijk op de motor afremmen bij een afdaling. Ook voorkom je dat de auto bergop te snel doorschakelt naar een nieuwe versnelling.