Parkeerstand – P
In stand P is de versnellingsbak mechanisch geblokkeerd. Kies stand P wanneer de auto geparkeerd staat of als de motor moet worden gestart. De auto moet stilstaan, wanneer u de parkeerstand kiest.
''Gebruik altijd de parkeerrem bij parkeren op een hellende ondergrond - de P-stand van de automatische versnellingsbak is niet voldoende om de auto in alle situaties vast te houden''. U zou dus kunnen kiezen voor P en de handrem. Wielblokken lijkt me dan overbodig. Met de neus omhoog of omlaag maakt niet uit.
Bij veel auto's gaat de handrem automatisch los als je probeert weg te rijden. En vaak activeert de parkeerrem zichzelf ook automatisch als je de auto uitzet, in ieder geval bij een automaat.
Automaat rijden uitleg
Om de auto te kunnen starten moet het rempedaal worden ingedrukt, vervolgens kan de bedieningshendel van de parkeerstand (P) in de rijden stand (D) worden gezet. Wanneer je achteruit moet rijden zet je de bedieningshendel in de achteruit stand (R).
Standen automaat
Zet je de auto in de P-stand, dan blokkeert je versnellingsbak. Deze stand heeft dus als het ware hetzelfde effect als je handrem. Het zorgt ervoor dat je auto niet gaat rollen na het parkeren.
Als je met een automaat voor een stoplicht staat moet je hem gewoon in D laten staan. Enkel als je langer stilstaat zoals bijvoorbeeld voor een overweg of brug moet je hem in D of N zetten. De automaat is gewoon gemaakt om enige tijd in D te staan met uw voet op de rem.
Je bent met een automaat zonder schokken, gekraak of stilvallen sneller vertrokken aan de lichten. Ook op een hellende baan ben je gemakkelijker weg. Kortom, met een automaat schakelt je relaxniveau een versnelling hoger en je stressniveau een versnelling lager.
Met een automaat op vakantie
Rijd je met een automaat over bergpassen? Zet hem dan in zijn 1 of 2, dat zijn aparte bergversnellingen. Als je dit niet doet, dus de auto dus in zijn D (=Drive) laat staan, schakelt hij te snel op bij het oprijden van de berg en remt hij niet af op de motor bij het afdalen van een berg.
Gebruik bij het parkeren op een helling altijd de parkeerrem. Een ingeschakelde versnelling of stand P is niet voldoende om de auto in alle situaties staande te houden. Bij het parkeren van de auto op een oplopende helling: Draai de wielen van de trottoirband af.
Met een automaat heeft u geen last meer van de hellingproef. Als je de rem loslaat begint de auto namelijk vanzelf te rijden. Geen gedoe meer met achteruit rollen, snel schakelen en gas geven dus.
Wijst de auto met de neus naar onder? Parkeer de auto dan in z'n eerste versnelling. Als de auto nog een beetje naar voren rolt, draait de motor de goede kant op. Zet je de auto met z'n neus heuvelopwaarts?
Alle letters op een rij
D = 'drive' (rijden) P = 'park' (parkeren) R = 'reverse' (achteruitrijden) N = 'neutral' (neutraal)
Als je een keer snel moet optrekken kun je de 'kick down' gebruiken. Het gebruik van de kick-down dient zoveel mogelijk vermeden te worden, omdat hierbij in lagere versnellingen wordt geschakeld om meer vermogen beschikbaar te krijgen om snel door te trekken.
Een automaat rijden is veiliger
Doordat je niet hoeft te schakelen en niet koppelt, is concentreren op wat er rondom jou gebeurt veel makkelijker. Daarnaast hoef je je stuur niet los te laten om handmatig te schakelen en met twee handen aan het stuur rijden is altijd veiliger.
1. Overbelasting van een groep in de groepenkast. Vaak is overbelasting van het circuit een reden voor afschakeling. Een automaat schakelt af wanneer er meer stroom doorheen moet dan zijn maximumcapaciteit is.
Bovendien is een automaat over het algemeen veel zuiniger dan een handgeschakelde auto. Een automaat schakelt namelijk op het juiste moment en rijdt daarom altijd op het optimale toerental.
- Aanduwen van een automaat kan niet omdat de torqconverter(koppeling) niet in twee richtingen werkt. - Het slepen van een automaat is ook niet verstandig omdat je dan kans hebt dat de bak niet goed gesmeerd wordt omdat er waarschijnlijk 2 olie pompen zijn, 1 op de ingaande as vanaf de motor en 1 op de uitgaande as.
De automaat bonkt. De auto schommelt in toeren. De auto verbruikt veel brandstof. De automaatbak van de auto doet het niet meer.
Velen vinden het rijden in een automaat makkelijk, wat ook wel zo is. Toch is het wennen als je voor het eerst in een automaat rijdt omdat een aantal dingen anders werkt. Zo heb je regelmatig mensen die in een automaat helemaal niet wegkomen omdat ze niet weten dat je de rem moet indrukken om de auto te starten.
Normaal gesproken kan een automaatbak net zo lang mee als een handbak. Ze hebben weinig onderhoud nodig, alleen is het oliepeil belangrijk. De meeste automaten hebben dan ook een oliepeilstok net als de motor.
Wat betekent de B-stand? Bij de knop van de automaat vind je de B-stand. Die staat voor Brake of Bremse (Engels respectievelijk Duits). Schakel je die in, dan remt de auto bij het loslaten van het gaspedaal (hoe vreemd dit ook klinkt voor een elektrische auto) meer op de motor af.
Met een automaat in de bergen rijden
Heb je een automaat, dan is het verstandig om deze in de handmatige stand te zetten. Hierdoor kun je zelf de gewenste versnelling kiezen en zo veel mogelijk op de motor afremmen bij een afdaling. Ook voorkom je dat de auto bergop te snel doorschakelt naar een nieuwe versnelling.
Een automaat kan je niet aanduwen. Gebruik startkabels of bel direct pechhulp, want ook slepen is met een automaat niet aan te raden.