520 miljoen jaar oud 'modern' brein ontdekt. AMSTERDAM - Wetenschapper hebben mogelijk het eerste voorbeeld van een moderne hersenstructuur gevonden in een 520 miljoen jaar oud fossiel van een geleedpotige.
Het menselijke brein zoals we dat vandaag kennen bestaat minder lang dan verondersteld. Het dook pas zo'n 1,7 miljoen jaar geleden in Afrika op, zo blijkt uit een studie van vorsers van de universiteit van Zurich die is gepubliceerd in het magazine Science.
Onze gegevens tonen aan dat 300.000 jaar geleden de hersengrootte van de vroege H. sapiens al binnen het bereik van de huidige mens viel. De vorm van de hersenen evolueerde echter geleidelijk binnen de H. sapiens-lijn en bereikte de huidige menselijke variatie tussen ongeveer 100.000 en 35.000 jaar geleden .
De oudste fossielen zijn zo'n 130.000 jaar oud, maar er zijn vondsten die suggereren dat de moderne mens misschien al bijna 200.000 jaar geleden in Afrika ontstond. 250.000 jaar geleden waren er al mensachtigen in Nederland.
Het reptielenbrein
Ons oudste brein, dat vooral bestaat uit de hersenstam, hebben we gemeen met de reptielen. Dit brein is volgens MacLean zo'n 500 miljoen jaar oud. Het heeft een beperkt, maar zeer krachtig leervermogen dat we klassieke conditionering noemen.
De hersenstam wordt ook wel het oerbrein of reptielenbrein genoemd. Volgens de wetenschap is dit deel van het brein gericht op het ons in leven houden. Het oerbrein wil overleven en voorplanten.
Uw moderne brein (frontale cortex) is verantwoordelijk voor probleemoplossing, geheugen, taal, oordeel, impulscontrole en redeneren. Uw primaire brein ( hindbrain en medulla ) is verantwoordelijk voor overleving, drive en instinct. Wanneer uw primaire brein actief is (sympathische respons), werkt uw moderne brein niet veel.
In de prehistorie gingen mensen schrikbarend vroeg dood. Tot ongeveer 30.000 jaar terug. Toen werd vermoedelijk een deel van de mensheid vijftig jaar oud en was er zelfs een groep die de tachtig of negentig haalde.
Het leven op aarde ontstond zo'n vier miljard jaar geleden. De eerste twee miljard jaar bestond dat leven enkel uit kleine, relatief simpele eencellige wezens. De cellen van deze bacterieachtige wezens, die prokaryoten worden genoemd, bevatten relatief weinig DNA en hadden geen celkern waarin dat DNA was opgeslagen.
De onderzochte mannen uit de zeventiende en achttiende eeuw werden gemiddeld iets ouder, namelijk 43 jaar, al stierf het merendeel van deze mannen ook in deze periode vóór het 29ste levensjaar.
Het leven dat vroege mensen leidden, suggereert dat ze minstens zo 'intelligent' waren als moderne mensen . Ze waren dagelijks op de grond om te leren en te interacteren met een complexe omgeving.
De hersenen zijn volgroeid als je ongeveer 25 jaar oud bent. Maar dit betekent niet dat je hersenen niet meer veranderen. Je hersenen zijn namelijk flexibel. Dit houdt in dat er altijd nieuwe verbindingen tussen hersencellen kunnen worden gelegd.
De planaria is dus niet alleen het eerste dier met hersenen, maar is mogelijk ook de voorouder van de hersenen van gewervelde dieren.
De skeletspieren in je lichaam bereiken hun piek rond het 25e levensjaar. Wanneer je de leeftijd van 35 bereikt, beginnen die spieren voor de eerste keer af te takelen.Maar het is pas rond je 50e of zelfs 60e dat je daar normaal gezien iets van zult voelen, zeggen experts.
Uit grootschalig (archeologisch) skeletonderzoek van de Universiteit van Cambridge, blijkt dat gezondheid van de mensen in West-Europa - en dus ook Nederland en Utrecht - door de tijd heen fluctueert. Zo waren mensen tussen het jaar 800 en 1000 veel gezonder dan omstreeks 1800.
Je gebruikt 100% van je hersenen
Zelfs bij de meest eenvoudige handelingen werkt bijna ieder deel van de hersenen mee. Dus ook als je rustig om je heen kijkt en zelfs als je slaapt. De keerzijde hiervan is dat een kleine beschadiging aan je hersenen al voor ernstige problemen kan zorgen.
Fossiele stromatolieten vormen de oudste bewijzen voor leven op aarde die we tot nu gevonden hebben. Tot hiertoe waren de oudste exemplaren, die algemeen aanvaard worden als bewijs voor leven op aarde, afkomstig uit de Dresser-formatie uit Pilbara in Australië, en die zijn 3,48 miljard jaar oud.
Zo'n 13.8 miljard geleden is niet alleen ons heelal, maar ook tijd, ontstaan uit de oerknal of het grote begin. In een flits spatte een meer dan duizelingwekkende hoeveelheid energie uiteen en vormde het universum. Slechts een fractie van dit universum werd omgezet tot wat wij materie noemen.
De huidige mens loopt waarschijnlijk pas 300.000 jaar op aarde rond. Daarvoor waren er wel hominiden (mensachtigen) die op de huidige mens leken. Deze ontstonden ongeveer 7 miljoen jaar geleden.
Er wordt aangenomen dat de gemiddelde leeftijd van de middeleeuwse mens rond de 35 jaar lag.
De mensen sliepen gewoon op de grond, onder dierenhuiden. De oude Egyptenaren sliepen niet met een hoofdkussen zoals wij, maar met een hoofdsteun. Ze sliepen daarbij op hun zij. De nomaden in het oude Perzische rijk, maakten waterzakken van dierenhuiden.
Oorzaken van vroegtijdig overlijden waren onder meer ondervoeding, ziektes, oorlog en een gebrek aan hygiëne. Waar gingen mensen vroeger aan dood? In het verleden waren er verschillende oorzaken van overlijden die vaker voorkwamen dan tegenwoordig.
Dit is ons oude brein dat spreekt – het limbisch systeem dat de amygdala, de hippocampus en de hypothalamus omvat die onze emotionele reacties reguleren. Het oude brein omvat ook de hersenstam – verantwoordelijk voor onze schrikreactie en vecht-of-vluchtreactie.
De functie van dit oerbrein is puur gericht op overleven en voortplanten. Dit is dan ook het deel in je hersenen dat reageert zodra er een gevaar dreigt. Het systeem springt dan over in de overlevingsstand en gaat over tot één van de drie reacties: vechten, vluchten of bevriezen.
Ten slotte heeft het de moderne sectie zoals we die nu kennen, die vaak op de fundamenten van de andere secties is gebouwd. Het reptielenbrein verscheen voor het eerst in vissen, bijna 500 miljoen jaar geleden .