Een oxymoron wordt vaak aangewend voor retorische, poëtische of andere esthetische doeleinden. Dat is een verschil met de contradictio in terminis waarbij de spreker zichzelf aantoonbaar tegenspreekt en dus een ondeugdelijk argument hanteert.
Bij het oxymoron (de klemtoon ligt op mo) gaat het om twee begrippen die op het eerste gezicht niet samen lijken te gaan, al worden ze wel zo gepresenteerd. Een bekend voorbeeld is 'Er viel een oorverdovende stilte. ' Dat is eigenlijk gek: oorverdovend hoort juist bij lawaai.
Een anafoor is een stijlfiguur, die bestaat uit het herhalen van steeds weer een of meerdere woorden aan het begin van elkaar opvolgende zinnen of zinsdelen. Deze stijlfiguur is veelgebruikt in de retoriek.
Een tegenstelling wordt ook wel antithese genoemd. Een tegenstelling is een stijlfiguur. Het houdt in dat twee tegengestelde termen worden gebruikt in een zin om de tekst te verlevendigen. Een voorbeeld van een tegenstelling is: 'In de stille kamer knettert zij van woede'.
Bij een pleonasme wordt een eigenschap die onlosmakelijk verbonden is met een woord of een woordgroep nog eens – dubbelop – door een ander woord uitgedrukt. De eigenschap staat in een andere woordsoort dan het hoofdwoord; vaak gaat het om een combinatie van een bijvoeglijk en een zelfstandig naamwoord.
Een tautologie noemt een begrip tweemaal of meerdere malen, en bestaat doorgaans uit twee of meer woorden van dezelfde woordsoort. Enkele voorbeelden zijn pais en vree, enkel en alleen, nooit ofte nimmer, onmiddellijk en meteen en niettemin toch.
De hyperbool is een overdrijving. Hiermee kun je extra nadruk leggen op een gevoel of een emotie. Je moet een hyperbool niet letterlijk nemen; kijk maar eens naar de volgende voorbeelden: Ik lach me dood!
Eufemismen worden gebruikt ter vervanging van aanduidingen die men bedreigend, kwetsend, onfatsoenlijk, onaangenaam of in een andere zin te negatief vindt. Voorbeelden: zelfdoding of suïcide in plaats van zelfmoord, kleine mens in plaats van dwerg, niet erg slim in plaats van dom.
Stijlfiguur waarbij een woord of kleine woordgroep enkele malen herhaald wordt en er zo bij de lezer wordt 'ingehamerd'. de schaduw van je hond, maar verlaat me niet. En niemand komt niemand dan niemand tegen.
Een asyndeton is het stijlfiguur dat nevenschikkende voegwoorden weglaat in een opsomming. Waar je een dagelijkse taal 'en' zou zetten, staat dan alleen een komma. Een voorbeeld: De wind was sterk, krachtig, stormachtig, kil.
Climax: Een reeks woorden die in betekenis steeds sterker worden. Bijvoorbeeld: Hij werd kwaad, woedend, nee, witheet toen hij dat zag.
Het parallellisme ook parallellie is een stijlfiguur waarbij twee (of meer) zinswendingen naar inhoud of naar vorm min of meer gelijk zijn. Vaak wordt deze stijlfiguur toegepast om de betreffende zinnen of zinsdelen meer nadruk te geven.
Zeugma is een Grieks woord, dat 'juk' of 'verbinding' betekent. Het slaat op de verbinding van het ene woord met de twee andere. Andere voorbeelden: Ik nam een besluit en zij de benen.
Het zijn werkwoorden of zelfstandige naamwoorden die niet alleen handelingen beschrijven, maar ook de bijbehorende geluiden nabootsen door hun klank. Voorbeelden zijn: knerpen, zwiepen, kreunen, steunen, rinkelen, kraken, zoemen en toeteren. Natuurlijk gebruik je deze vorm van geluidsnabootsing meestal onbewust.
Een hyperbool is een stijlfiguur waarbij iets opzettelijk in grote mate wordt overdreven. Het beoogde effect is versterkend en vaak ironisch of komisch.
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] letterlijk, iemand, die de deugd bemint, ervaren is in allerlei deugd; overdrachtelijk, iemand ervaren in enige kunst, bijzonder in het bespelen van een of ander muziekinstrument.
Een contaminatie is een verhaspeling van twee woorden of uitdrukkingen met een verwante betekenis, waardoor een verkeerd nieuw woord of een verkeerde nieuwe uitdrukking ontstaat.
Denotatie is het proces van verwijzing naar de letterlijke betekenis van een woord. Het woord denotatie is afgeleid van het Franse dénotation. De term staat naast het begrip connotatie, dat wil zeggen bijkomende betekenissen die afhangen van de context.
Sterke overdrijving in de uitdrukking, vaak met komische of ironische intentie (humor), die de kracht van het gezegde wil verhogen. De hyperbool is het tegenovergestelde van het understatement.
Wat is een omgekeerd evenredig verband? Bij een omgekeerd evenredig verband geldt 'hoe hoger a, hoe lager b' en 'hoe lager a, hoe hoger b'. Hierbij bewegen variabelen dus in tegenovergestelde richting.
hyperbool: v. (... bolen), overdrijving; grootspraak.
Bij een pleonasme wordt een eigenschap van iets dubbel uitgedrukt. Een pleonasme bestaat uit twee woordsoorten, vaak een bijvoeglijk naamwoord en een zelfstandig naamwoord. Het bijvoeglijk naamwoord drukt een eigenschap uit die al besloten ligt in het zelfstandig naamwoord. Denk bijvoorbeeld aan witte sneeuw.
Dubbelopismen is een verzamelterm voor de stijlfiguren contaminatie, tautologie en pleonasme. Bij alle drie herhaalt de schrijver of spreker iets wat al is genoemd of verondersteld. Bij een contaminatie zijn twee woorden of uitdrukkingen met vrijwel dezelfde betekenis vermengd (opserveren = opdienen en serveren).
Een deel van de betekenis van een woord of woordgroep wordt nog eens door een ander woord uitgedrukt. Een tautologie is een synoniem: er wordt twee keer hetzelfde gezegd met verschillende woorden. Bijvoorbeeld: Tevens had zij ook met haar kennis een groot aanzien. Tevens en Ook zijn synoniemen.