Je kunt de future simple herkennen door de constructie will + het hele werkwoord of to be + going to + het hele werkwoord.
De uitgangen voor de simple future zijn: -ai, -as, -a, -ons, -ez, -ont . De future stam voor -er en -ir werkwoorden is de infinitief. Voor reguliere -re werkwoorden is de stam de infinitief minus de finale e. In alle gevallen eindigt de future stam op -r: deze klank kenmerkt de future en de conditional.
Hoe gebruik je de Futur Simple? Het vervoegen van het werkwoord in de futur simple volgt een tweestapsproces: Je begint met het infinitief (het hele werkwoord), en verwijdert de 'e' aan het einde, indien het werkwoord eindigt op 're'.
In het Nederlands wordt de futur simple de onvoltooid toekomende tijd (OTT) genoemd. Wij gebruiken het werkwoord 'zullen' om de OTT te vormen: 'Wij zullen na de lockdown een feestje bouwen. ' De OTT bestaat dus uit twee werkwoorden: 'zullen bouwen'.
Vervoeging futur proche
In het Nederlands heet de futur proche de onvoltooid tegenwoordig toekomende tijd. Hiervoor gebruikt het Nederlands het werkwoord 'gaan', bijvoorbeeld: “ik ga zwemmen”. In het Frans wordt de futur proche op dezelfde manier gevormd: aller + infinitief.
Le futur simple komt overeen met de will-future tijd in het Engels. We gebruiken deze tijd meestal om te praten over toekomstige plannen of intenties, en om voorspellingen te doen over wat er in de toekomst kan gebeuren . We vervoegen de future tijd door de uitgangen -ai, -as, -a, -ons, -ez en -ont toe te voegen aan de infinitief van het werkwoord.
je serai (ik zal zijn)tu seras (jij zult zijn)il / elle / on sera (hij / zij / wij zullen zijn)nous serons (we zullen zijn)
De simple future verwijst naar een tijd later dan nu, en drukt feiten of zekerheid uit . In dit geval is er geen 'attitude'. De simple future wordt gebruikt: Om een toekomstige gebeurtenis te voorspellen: Het zal morgen regenen.
1) Hij komt morgen hierheen. 2) Zij gaat eind deze maand een laptop kopen. 3) Morgen gaat het regenen. 4) Ik ontmoet hem morgen op zijn kantoor.
Het imparfait wordt gevormd door eerst de vorm van nous (1e persoon mv) in de présent te nemen, daar -ons (de uitgang) van af te halen en de uitgangen van het imparfait (-ais, -ais, -ait, -ions, -iez, -aient) ervoor in de plaats te zetten.
Hoe kan je deze werkwoordstijd in het Frans het best vertalen? De voorwaardelijke wijs, zo kan je deze tijd noemen. Vertalen doen we met het woordje 'zou'. Je kan deze wijs gebruiken bij een voorwaarde, hypothese of beleefdheid.
Wij worden / zullen: wir werden. Jullie worden / zullen: ihr werdet. Zij worden / zullen: sie werden. U wordt / zal: Sie werden.
Trouver = vinden, denken | Franse grammatica | Kwiziq Frans.
Alle werkwoorden in de eenvoudige toekomende tijd worden op dezelfde manier vervoegd : will + [stamvorm van het hoofdwerkwoord], ongeacht het onderwerp in aantal en persoon.
De twee tijden zijn in de meeste contexten vrijwel uitwisselbaar, vooral in gesproken Frans. Wat is het verschil? Over het algemeen verschillen de twee tijden in hun mate van formaliteit; de future proche wordt gebruikt in meer informele contexten en de simple future in meer formele contexten .
Futur proche wordt vaak gebruikt wanneer er een hoge mate van zekerheid is dat een gebeurtenis of actie zal plaatsvinden. De gebeurtenis of actie zal onmiddellijk plaatsvinden of wanneer de timing van de gebeurtenis bekend is. Wanneer u de future proche gebruikt, moet u de vervoegde vorm van het werkwoord aller + infinitief werkwoord van de actie gebruiken .
In het Nederlands heet de futur simple de onvoltooid toekomende tijd. In deze vorm zeg je dat je iets zal doen, bijvoorbeeld: “Ik zal de futur simple uitleggen.”
Hoe vorm je de passé récent en de futur proche? De passé récent vorm je met venir de + infinitief. De futur proche met aller + infintitief.