Om de vloeibaarheid te meten heb je een viscositeitsmeter nodig. Hoe stroperiger de vloeistof hoe hoger de viscositeit. Zo heeft bijvoorbeeld water een lage viscositeit terwijl ketchup een hoge viscositeit heeft.
De meest voorkomende manier om viscositeit te meten, is door gebruik te maken van een rotatie-viscositeitsmeter. Een spindel (cilinder of schijf) wordt ondergedompeld in de te onderzoeken vloeistof en vervolgens wordt de kracht gemeten die de spindel nodig heeft om de traagheid van de vloeistof te overwinnen.
In het geval van het volume van vloeistoffen wordt vaak de eenheid liter (L) gebruikt, of milliliter (mL) of centiliter (cL) of deciliter (dL). 1 liter = 1 dm3 ; 1 mL = 1 cm3.
Viscositeit is een fysisch gegeven over de mate van stroperigheid (de mate van samenhang binnen een vloeistof, stroperigheid), en wordt bepaald door de inwendige wrijving tussen de deeltjes waaruit het materiaal bestaat. Een andere definitie is: de mate van weerstand van een vloeistof op een erop uitgeoefende kracht.
De kinematische viscositeit v is het quotiënt van de dynamische viscositeit η en de dichtheid van de vloeistof ρ, ν=η/ρ.
Bereken de Viscositeit van de Vloeistof
Gebruik de vergelijking v = afgelegde afstand / tijd om de snelheid te achterhalen.
De kinematische viscositeit is dynamische viscositeit die gedeeld wordt door dichtheid kg/m3 en wordt meestal uitgedrukt in m2/s (of centiStokes cSt). Een veel gebruikte manier om de kinematische viscositeit te meten is met behulp van een uitloopbeker.
Viscositeit wordt gedefinieerd als de mate van weerstand die een fluidum biedt tegen een vervorming door schuifspanning. Eenvoudig gezegd is viscositeit de stroperigheid van een vloeistof. Hoe stroperiger de vloeistof hoe hoger de viscositeit. Zo heeft bijvoorbeeld water een lage en ketchup een hoge viscositeit.
Het meten van de viscositeit: De viscositeitbeker, inhoud 100 cm³, geheel vullen met verf (met vinger uitloop afsluiten), dan de beker leeg laten lopen. De tijd die het duurt tot de verf in een constante stroom uit de beker leegloopt wordt gemeten in seconden.
De viscositeit van de motorolie is heel simpel gezegd de dikte van de motorolie in warme en koude toestand van de motor. Hoe hoger het cijfer hoe dikker de olie is. Iedereen heeft het wel eens gezien dat er motorolie 10w40 voorgeschreven wordt .
Een kuub wordt aangegeven met het symbool m3 en komt overeen met 1000 liter. Bij het berekenen van de inhoud wordt uitgegaan van een kubus met de afmeting: 1 meter (lang), 1 meter breed en 1 meter diep. De hoeveelheid liter per kuub blijft ongeacht de inhoud (water, zand of beton) ongewijzigd 1000 liter.
Bij vloeistoffen kun je het volume meten met een maatcilinder. Bij rechthoekige voorwerpen kun je de lengte, breedte en hoogte meten en daarmee het volume berekenen. Bij andere voorwerpen kun je het volume meten door het voorwerp onder te dompelen in een maatcilinder met vloeistof zoals water.
Massa is een natuurkundige grootheid die een eigenschap van materie, de hoeveelheid van een stof, aanduidt. De eenheid van massa is de kilogram.
Dichtheid (rho) wordt gebruikt voor traagheidsberekeningen (zoals de berekening van massa of volume), het definieert ook de samendrukbaarheid van een vloeistof. Viscositeit (mu) wordt gebruikt in het geval van vloeistofbeweging, het geeft in principe de weerstand tegen beweging aan.
Inhoud of volume berekenen
Het volume of de inhoud van een balkvormig voorwerp, hoe groot of klein ook, bereken je heel eenvoudig als volgt: lengte x breedte x hoogte. Bij een kubus krijg je dus drie keer dezelfde waarde. Het resultaat is een x aantal kubieke meters (of cm's, natuurlijk).
Neem bijvoorbeeld water en honing. Water heeft een lage mate van stroperigheid en dus een lage viscositeit. Honing daarentegen heeft een hoge mate van stroperigheid en dus een hoge viscositeit.
Men laat een bekend lichaam (spindel) met een ingegeven rotatiesnelheid ronddraaien in de te meten vloeistof. De kracht (koppel) die de spindel ondervindt wordt gemeten met behulp van een veer. Deze kracht wordt, rekening houdend met type spindel en rotatiesnelheid, omgerekend naar de juiste (dynamische) viscositeit.
Over het algemeen kun je met 1 liter verf ongeveer 6 tot 10 vierkante meter verven. Een emmer van 10 liter is dus voldoende voor ongeveer 70 vierkante meter. En een emmer van 5 liter dekt ongeveer 35 vierkante meter. Wil je precies berekenen hoeveel verf je nodig hebt?
Door het meten van de viscositeit van producten als bijvoorbeeld tandpasta, hoestsiroop of zalf, inkt, verf en coatings kunnen fabrikanten voorspellen hoe producten zich zullen gedragen wanneer ze eenmaal in handen zijn van de consument.
Het verschil in viscositeit van de verf in de pot en tijdens het aanbrengen is minimaal. De viscositeit van de watergedragen verf neemt sterk af. In de pot is de viscositeit ongeveer 6 maal hoger als van de oplosmiddelhoudende verf. Tijdens het aanbrengen is de viscositeit van de watergedragen verf bijna 3 maal lager.
Water, olie en stroop zijn vloeistoffen.
De eenheid voor dynamische viscositeit is de millipascalseconde (mPa s) of de equivalente centipoise (cP), terwijl de eenheid voor kinematische viscositeit de vierkante millimeter per seconde (mm²/s) of de equivalente centistoke (cSt) is.
Kwik heeft de laagste kinematische viscositeit. Van vloeistoffen heeft ammoniak een lagere absolute viscositeit dan water en heeft benzine een lagere kinematische viscositeit dan water.
5W30 heeft een lagere viscositeit en biedt betere prestaties bij koude starts, wat gunstig is in koude klimaten. 5W40 heeft een iets hogere viscositeit en kan daardoor beter geschikt zijn voor warmere omstandigheden en zwaardere belastingen.
Voor onze zuivelmakers is het daarom extra belangrijk om een zuur te gebruiken met de juiste stammen voor de viscositeit. De gemiddelde viscositeit van het supermarktschap is 8545,25 Pa. s, onze halfvolle yoghurt heeft een viscositeit van 9.000 Pa. s.