Aanleg vlindertuin uit handen geven
een beplantingsplan maken gericht op vlinders. samen een ontwerp maken waarbij jouw wensen en de wensen van de vlinders samenkomen. een beschutte omgeving creeren waar vlinders genoeg voedsel kunnen vinden.
Elke vlinder heeft z'n favoriete bloem of plant. Ze drinken van de nectar die in bloemen zit. Daarom kun je die vlinders goed lokken met suikerwater, dat is net zo zoet als nectar. Sommige soorten - zoals de atalanta - houden meer van rottend fruit.
Warmte en beschutting
Vooral op beschutte plekjes kan het warm worden. Daarom zijn vlinders vaak te vinden in de luwte van struiken, heggen, houtwallen en bosranden. Op koude, bewolkte dagen houden ze zich schuil. Vlinders zitten het liefst op beschutte plekjes waar ze zich op kunnen warmen in de zon.
Weersomstandigheden: Vlinders kunnen niet goed tegen droogte. Ze kunnen dus niet de hele tijd in de felle zon zitten, want dan drogen ze uit. Ook kunnen ze niet tegen te veel regen. Het weer kunnen wij en de vlinders niks aan doen.
Een vlinderstruik planten kan het beste in het voorjaar of najaar, niet tijdens vorst. De vlinderstruik houdt van een voedingrijke, humusrijke, goed doorlatende en kalkhoudende grond. Zet deze struik niet op een zure grond, want dan kan deze geen voedingsstoffen opnemen. Plant de vlinderstruik op een zonnige plek.
2 Lavandula angustifolia (lavendel)
Behalve een rijke bloei met mooie lila bloeiaren, die heerlijk geuren, heeft deze lavendel ook mooi zilvergrijs blad dat bij aanraken een intense lavendelgeur verspreidt. De kleine bloempjes bevatten veel nectar, bijen en vlinders komen er dan ook massaal op af!
Eigenlijk kun je vlinders heel goed met de meeste mensen vergelijken: als het regent blijven de meeste mensen binnen. Nu hebben vlinders natuurlijk geen huizen, maar de regen vinden ze niet fijn. Het is voornamelijk de lagere temperatuur en het gebrek aan zon dat er voor zorgt dat de vlinders tijdelijk verdwijnen.
De meeste vlinders eten van de nectar die in bloemen zit. In nectar zit een heleboel energie, die vlinders nodig hebben om te kunnen vliegen en eitjes te leggen. Er zijn ook vlindersoorten die de voorkeur geven aan rottend fruit, bijvoorbeeld de atalanta (algemeen in Nederland) en de rouwmantel (zeldzaam in Nederland).
De beste manier om vlinders naar de tuin lokken is met nectarplanten. De meeste soorten hebben mooie bloemen, zoals ijzerhard (Verbena), kattestaart (Lythrum), rode zonnehoed (Echinacea) en herfstanemonen (Anemone x hybrida). Ook hebben vlinders warme, beschutte plekjes nodig.
Licht. Het onderzoek wees uit dat alle vijftien fotoreceptoren van de insecten worden gestimuleerd door specifieke kleuren. Eén van de cellen reageerde bijvoorbeeld sterk op ultraviolet licht. Drie andere soorten receptoren werden vooral geactiveerd door blauwtinten en weer vier andere cellen reageerden op groen licht.
De bloemen van duifkruid zijn paars, roze of wit van kleur en zijn echte blikvangers. Deze plant staat graag in de zon en heeft een grond nodig die wat kalk bevat. Het duifkruid is erg geliefd bij alle soorten vlinders die in Nederland voorkomen, net als bij bijen en hommels.
Vlinders hebben een lange, smalle roltong waarmee ze tot onderin de bloem reiken om de heerlijke nectar op te zuigen. Een vlinder drinkt met zijn roltong nectar van de vlinderstruik. Welke vlinder is dit? Gebruik hiervoor de zoekkaart van de vlinderstichting.
Dit zijn bloemen waar insecten dol op zijn: vlinderstruik, wilde kamperfoelie, lavendel, marjolein, tijm, salie, ijzerhard, kruipend zenegroen, herfstaster, koninginnekruid, adderwortel, hemelsleutel, zonnehoed, valeriaan, klimop, paardenbloem, grote teunisbloem, look-zonder-look, kaasjeskruid, kattenstaart, ...
Kunstnectar kunt u maken door negen delen water in een bakje te doen met één deel suiker of honing. Doe ook een pannenspons in het bakje, of doe er een deksel met gaatjes op. De eerste dagen hebben de vlinders vaak nog geen honger, omdat ze als rups al zoveel blaadjes hebben gegeten.
Ze verschuilen zich, als het kouder wordt, in een schuurtje, een bunker of een houtstapel. Daar wachten ze af tot het weer voorjaar wordt. Soms komt zo'n overwinteraar per ongeluk in je huis terecht: zet hem dan rustig buiten. Hij zal dan zelf een goede plek zoeken om te gaan overwinteren.
Mensen houden ontzettend van deze geur, maar muggen niet. Lavendel is dan ook een goede plant tegen muggen. Het zijn echter niet alleen muggen die op afstand blijven door Lavendel. Ook vliegen, mieren, motten en slakken zijn namelijk niet gediend van de geur van deze plant.
Lavendel verspreidt een heerlijke geur, en laat deze nou ook nog eens de muggen verdrijven. Een goed idee dus om bij je terras lavendel in de border of in plantenbakken te planten. Lavendel schijnt ook goed te werken tegen wespen. De lavendel kan best wat hebben, maar staat wel graag in de zon.
Belangrijk is een standplaats in de halfschaduw tot volle zon, de vlinderstruik houdt van warmte. Zet de plant op een goed doorlatende, vochtige grond en geef de planten regelmatig water. Geef de planten in het voorjaar extra voeding zodat ze lang en rijk blijven bloeien en gezond blijven.
U kunt eventueel om het jaar snoeien, een niet gesnoeide struik bloeit eerder. Snoeit u nooit, dan zal de vlinderstruik op den duur minder bloemen geven. Er is een uitzondering op de snoeiregels: de soort Buddleja alternifolia bloeit op overjarig hout en hoeft alleen na de bloei licht terug geknipt te worden.
Een Buddleja kan flink groeien. Hij groeit als een struik en vertakt, maar de takken steken wel vooral omhoog. In één groeiseizoen kan een vlinderstruik met gemak een paar meter hoog worden en als je hem weinig of niet snoeit wordt je vlinderstruik al snel een vlinderboom.
De Buddleja davidii Pink Delight bloeit van juli tot en met augustus met enorme prachtige roze bloempluimen. Deze Pink Delight heeft één van de grootste bloemen van alle vlinderstruik soorten, soms kunnen ze wel tot een halve meter lang worden! Een 'delight' om te zien dus.