Met name tijdens de ruiperiode kan een konijn veel verharen. Buitenkonijnen verharen over het algemeen twee keer per jaar, in het voorjaar en in het najaar. Van nature uit is dit zo geregeld vanwege de temperatuurverschillen tussen beide seizoenen.
De duur van de rui is ook anders bij ieder konijn. Dit verschilt meestal tussen een week en een maand, maar het kan bij sommige konijnen zelfs langer duren voordat de rui voorbij is. Veel konijnen krijgen tijdens de rui kale plekken of worden zelfs helemaal kaal.
Extra verzorging van konijnen tijdens de rui
Wanneer je konijn ruit is het heel belangrijk dat je het dier extra vaak borstelt. Doe dit minstens één keer per dag. Heb je een angorakonijn is twee keer per dag het minimum. Gebruik wel een zachte borstel, want de huid van konijnen is fragiel.
Allergieën, mijten, schimmels en andere parasieten kunnen de haaruitval bij je konijn namelijk ook veroorzaken. In de meeste gevallen ontdek je bij deze veroorzakers ook andere symptomen dan enkel haaruitval. Je konijn kan bijvoorbeeld een rode huid, korstjes of roos in de vacht hebben.
Twee grote ruiperiodes
Maar dit gezegd hebbend kunnen we stellen, dat konijnen twee keer per jaar, namelijk in het voorjaar en in de herfst een grote ruiperiode doormaken en daarnaast nog één of twee keer per jaar een kortere, minder hevige periode van meer dan normaal haarverlies.
De enige oplossing is dan ook het konijn te scheren. Konijnen hebben een heel teer en gevoelig huidje, klitten wegknippen is erg gevaarlijk. En met het uitkammen van klitten kun je de huid beschadigen. Scheren is het meest veilig, pijnloos en minst stressvol.
Ondanks de lange haren van angorakonijnen, beweren sommige eigenaren dat angora's het minste haar verliezen. Dit zou zo kunnen zijn omdat dit type konijn is gefokt voor zijn haar. Wanneer hij veel haar zou verliezen dan zou er minder overblijven voor de konijnenhouder..
Wanneer deze eitjes uitkomen, wanen ze een weg naar binnen. Dit veroorzaakt een vervelende jeuk en kan binnen 24 uur dodelijk zijn.
Konijnen kunnen hun vacht prima schoonhouden zonder dat ze daarvoor in bad moeten. In bad gaan geeft enorme stress voor konijnen en werkt absoluut niet ontspannend of verkoelend. Doe konijnen dus nooit zomaar in bad. De enige redenen om een konijn te wassen zijn medisch.
Het kan zijn dat ze nesteldrang heeft. Eens in de zoveel tijd maakt hier het vrouwtjes konijn een nest en daarbij gebruikt ze ook haren. Meestal van haar zelf. Ook al krijgt ze geen jonkies.
In het voorjaar en het najaar (en soms ook tussendoor) verwisselen konijnen hun vacht. Ze gaan 'in de rui'. Konijnen die buiten wonen passen zo hun vacht aan, aan de temperatuur. Maar ook konijnen die het hele jaar binnen zitten, gaan vaak in de rui.
Het konijn mag niet te dun zijn. Beweeg uw hand over de ruggengraat, heupen en ribben om dit te controleren – de botten mogen niet uitsteken en moeten bedekt zijn met een redelijke laag spieren. Controleer op natheid of aangekoekte keutels rond de anus.
Begin tegen je konijn te praten, begin met rustige bewegingen. Benoem de dingen die je doet, gebruik telkens dezelfde woorden zodat je konijn weet wat hij kan verwachten. Is je konijn goed aan je gewend, steek dan een hand uit en laat hem snuffelen. Misschien wil hij zelfs wel iets lekkers aannemen uit je hand.
Er zijn twee manieren van verharen, namelijk de blokrui en mozaïekverharing. Bij een blokrui vallen er tegelijkertijd veel haren uit, deze rui komt meestal voor in het voorjaar en in het najaar. Een ruiperiode duurt ongeveer 6 tot 10 weken als je het op een natuurlijk beloop laat.
We adviseren een konijn tot 1 kilo 1 brokje per dag te geven. Tot 2 kilo, 2 brokjes per dag 2 kilo en zwaardere konijnen maximaal 3 brokjes per dag! Geef je meer brokjes, kan je konijn diarree of plakpoep krijgen.
Konijnen als huisdieren – Geuroverlast
Het is compleet normaal, die typische sterke indringende geur afkomstig van jullie konijnenhok. De urine, de konijnenkeutels, de voeding, het hooi, het stro, enzovoort. De combinatie van deze stoffen zorgt voor een echte konijnengeur in huis.
Het is voor veel konijnen niet goed om te veel wortel te eten. Er zit veel suiker in, en sommige konijnen krijgen hierdoor diarree. Een kleine wortel, of een paar plakken van een grote wortel per dag is voldoende.
Een konijn kan ook moedwillig in trance gebracht worden, dit is iets anders dan tonische immobiliteit. Ondanks de plaatjes anders doen vermoeden is het op de rug houden van een konijn ten strengste af te raden.
Het meest kenmerkende van deze mijt zijn de grote witte schilfers. Meestal heeft het konijn er weinig last van. Soms zien we korstjes en milde jeuk op de rug. Bij heftige besmetting hebben de konijnen meer jeuk en zien we ook kale plekken.
Je konijn kan besmet raken met vachtmijt door direct contact met andere besmette konijnen, honden en katten. Ook kan een vachtmijt tijdelijk overleven in de omgeving of op producten. Hierdoor kan je konijn ook besmet raken door voer (gras en hooi) of bodembedekking (zaagsel en stro).
Bij katten met vachtmijt zien we veel losse schilfers op de rug, romp en nek en meestal ziet het baasje dat de kat zich meer wast dan normaal. Ook bij het konijn zien we een toegenomen huidschilfering en kaalheid. Sommige dieren hebben geen jeuk, andere dieren hebben wel veel jeuk.
Konijnen kunnen wel 300 à 350 keutels per dag produceren! Kleine konijnen hebben vanzelfsprekend kleinere keutels dan grote konijnen.
Het is verstandig om een teiltje water bijvoorbeeld te vullen en uw konijn hierin te zetten. Wanneer u uw konijn nat spuit doet u dit met een zachte straal. Ook gebruik je speciale shampoo voor konijnen. Wanneer u klaar bent met het wassen maakt u uw konijn goed droog.
Konijnen die vanaf het einde van de zomer buiten wonen, hebben hun wintervacht er op aangepast en wisselen niet zo veel van temperatuur als wij mensen. Ze kunnen dus veel beter tegen kou. Als ze het echt koud krijgen kruipen ze lekker weg in het beschutte nachthok vol stro samen met hun maatje.