Dat betekent niet dat je hem alleen moet laten maar je kunt wel jouw hulp langzaam gaan afbouwen. Probeer je kindje slaperig in zijn bedje te leggen, maar nog niet helemaal slapend. Blijf dan bij hem en help hem een beetje door even te aaien of zachtjes tegen hem te praten. Pas als je kindje slaapt, ga je weg.
Je kunt je baby een beetje helpen door hem in je armen wat slaperig te maken en hem neer te leggen als hij bijna in slaapt valt. Later kun je dit moment van neerleggen dan steeds iets gaan vervroegen, totdat je je baby wakker in het bedje kunt leggen en hij zelf in slaap valt.
Je begint met jouw kindje eerst 3 minuten te laten huilen. Daarna kom je de slaapkamer weer in en stel je jouw kindje gerust door te aaien over rug of buikje en een sussend geluid te maken. Na 5 minuten verlaat je de slaapkamer en wacht dan ongeveer 5 minuten. Dan ga je de slaapkamer weer in om je kindje te kalmeren.
Om in slaap te komen hebben sommige baby's het soms nodig om 5-20 minuten te huilen/ jengelen om vervolgens van het ene op het andere moment in slaap te vallen. Zet eventueel een kookwekker om het jezelf gemakkelijker te maken om deze huiltijd door te komen. Spreek met jezelf af hoe lang je kind mag huilen.
Je kunt je baby een paar minuutjes laten huilen, in de hoop dat de baby zichzelf in slaap 'jengelt', maar als de baby na een paar minuten nog niet slaapt, ga dan naar je baby toe om hem te troosten.
Baby's hebben een aangeboren behoefte aan lichamelijke intimiteit. Die hunkering naar aanraking heet bij baby's tot ongeveer zeven weken huidhonger. Vandaar dat heel wat baby's vlak na de geboorte op je blote huid worden gelegd. Ze genieten heel erg van knuffelen.
Je baby alleen laten huilen kan negatieve invloed hebben op veilige hechting. Veilige hechting in in de eerste maanden van het leven vormt de basis voor een goede en gezonde geestelijke gezondheid in het volwassen leven. Stress kan negatieve invloed hebben op de hechting tussen ouder en kind.
Tot je kindje echt een duidelijk dag en nachtritme heeft ontwikkeld maakt het niet zoveel uit waar je kindje slaapt overdag. Volg hier vooral je eigen gevoel in. Slaapt je kindje fijn bij jou in de draagzak of doek, bovenop jou in jouw armen, of juist in zijn eigen bedje. Het is allemaal goed.
De bedtijd van je baby van 4 maanden wordt nu vervroegd en ligt gemiddeld ergens tussen 17:30 en 19:30 uur. Hierbij speelt het een rol hoeveel slaap je baby overdag al heeft gehad. Een baby van 4 maanden heeft gemiddeld behoefte aan ongeveer 11 tot 12 uur slaap. Hiermee komt het totaal aantal uur op 14 tot 17 uur.
Medisch gezien betekent doorslapen dat je baby van 4 à 5 maanden oud zo'n vijf tot zes uur achter elkaar slaapt. Dit is vaak van 0.00 uur tot 5.00 uur aan een stuk. Bij de meeste baby's van deze leeftijd is dit het geval.
De tekenen van verkeerde slaapassociaties zijn: pas tot rust kunnen komen nadat aan bepaalde voorwaarden is voldaan; niet in kunnen slapen nadat hij 's nachts wakker is geworden; snel inslapen nadat het knuffeldier weer bij hem is gelegd.
Valkuil 2: In slaap wiegen
Wen je baby niet aan om alleen maar te slapen als hij heen en weer gewiegd wordt. Natuurlijk kun je je baby wiegen als hij verdrietig en overstuur is, maar maak er geen gewoonte van.
Dit is meestal niet iets om je druk over te maken. Een baby moet meestal nog leren om zelf in slaap te vallen. Sommige baby's doen dit vanzelf maar de meeste baby's van rond de maand oud hebben echt nog hulp nodig om in slaap te vallen. Deze hulp kan zich uiten in wiegen of drinken uit de borst of fles.
Kinderen die gaan huilen als ze in bed worden gelegd zijn meestal kinderen die niet gewend zijn om uit zichzelf in slaap te vallen. Het kortdurende huilen hoort voor hen bij het gewennen aan het zelf in slaap vallen.
Als je baby 3 weken oud is zal hij nog steeds 14 tot 17 uur slaap nodig hebben verdeeld over 24 uur. Om de 2 tot 4 uur zal je baby wakker worden om gevoed te worden.
Vaak herken je of je baby overprikkeld is: hij valt moeilijk in slaap of wordt juist van elk geluid wakker. Is schrikachtig, extreem alert of huilerig. Je baby wil gedragen worden, of juist niet: elke aanraking is een prikkel teveel en veroorzaakt een ontroostbare huilbui.
Een baby is voor honderd procent afhankelijk van de zorg van anderen en kan nog niets zelf. Je jonge baby is dus nog helemaal afhankelijk van jou en je kan hem dus niet verwennen. Laat het goedbedoelde advies van je kraambezoek dus maar voorbij vliegen.
Als hij zich niet lekker voelt, kromt hij zijn lijfje en trekt hij zijn beentjes op. Als hij blij is, kruipt hij ook in elkaar, maar dan van plezier. Je kunt plezier ook merken aan het gezicht en het geluid dat je baby maakt. Als hij ontspannen is, is zijn lichaam recht en zijn de handjes open.
Als je kindje oververmoeid is, is het erg onrustig. De eerste stap is dus om je baby te kalmeren. Baker je kindje bijvoorbeeld in, schommel het zachtjes heen en weer of gebruik je zangtalent door een slaapliedje te zingen. Dat biedt de basis om je kindje uiteindelijk weer te kunnen laten slapen.
Maar als je baby regelmatig overdag weigert te slapen, of juist steeds 's nachts wakker wordt, dan kan dit leiden tot een verstoord slaappatroon. Signalen van zo'n verstoord slaappatroon uiten zich in veel huilen waarbij de baby niet neergelegd wil worden en het alleen in jouw armen slaapt.
Jengelen is de aanzet om te gaan huilen, waarbij je kindje aangeeft dat het nodig is om even spanning los te laten door middel van huilen. Je kindje zal blijven jengelen, totdat de spanning die eruit moet eruit gehuild is.