Het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) stelt dat boeren eens in de vier jaar (periode van 2023 tot 2026) een rustgewas moeten telen op zandgrond. Vervolgens moet eens in de drie jaar (periode van 2027 tot 2029) een rustgewas worden geteeld op zandgrond.
U mag een mengsel zaaien, zolang dit voor minimaal twee derde uit een vanggewas bestaat. Of u teelt een winterteelt. Een vanggewas moet tot 1 februari blijven staan. Vanaf die dag mag u het vernietigen.
Onder de noemer rustgewassen vallen diverse gewassen, waaronder tarwe, rogge, klaver, phacelia, boekweit en mosterd.
De groenbemester moet dan minimaal 8 weken blijven staan. Als u geen vanggewas teelt, is eindigt uitrijdperiode op 31 juli. Als u de groenbemester inzet in het kader van de vergroening, dan moet dit gewas minimaal 10 weken blijven staan.
Groene braak
Uw perceel is voor minimaal 80% zichtbaar bedekt van 15 juli tot 1 september. Door bijvoorbeeld een kruidenmengsel in te zaaien of spontane opkomst. U mag in het aanvraagjaar minimaal 9 maanden achter elkaar geen chemische gewasbeschermingsmiddelen en mest gebruiken.
U hoeft dan niet ook nog een rustgewas te telen. Dit geldt bijvoorbeeld voor het niet-productieve bouwland uit het GLB. Het kan gaan om deze gewascodes:Groene braak, spontane opkomst (gewascode 6794);
Precisielandbouwtoepassingen die in 2024 onder de ecoregeling vallen, zijn precisiegewasbescherming, precisiebemesting en fertigatie. Bij deze activiteiten gaat het om het op de juiste locatie toepassen van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, op het juiste moment en in de juiste hoeveelheid.
Idealiter graaft u uw groene mest drie tot vier weken in voordat u nieuwe gewassen plant, en ten minste een maand voordat u zaad zaait . Dit geeft de mest de tijd om te rotten en zijn voedingsstoffen terug te geven aan de grond voordat u het opnieuw gebruikt.
De voordelen van groenbemesters
Door het telen/onderwerken/toevoegen van groenbemesters voeg je organisch materiaal toe aan de bodem. En dat zorgt voor een betere structuur, luchtiger, gezond, vol nuttige organismen.
Op zand- en lössgrond geldt bij mais een verplichte teelt van een rustgewas in de periode van vier jaar. Deze periode is voor het eerst gestart in 2023 en dus uiterlijk in 2026 geldt dat er een rustgewas geteeld moet zijn. Een rustgewas mag ook bestaan uit een onbemest vanggewas.
Uiterlijk 2026 moet u op ieder perceel bouwland op zand- en lössgrond een rustgewas hebben geteeld. Vanaf 2027 wordt deze eis verder aangescherpt. U moet dan uiterlijk 2029 een rustgewas hebben geteeld. Teelt u een meerjarig gewas dan geldt deze eis niet voor u zolang het dit gewas op het land blijft staan.
'Vooral de verplichting op perceelsniveau maakt ieder jaar mais op hetzelfde perceel telen lastig', vertelt Filip Desmyter adviseur bij Jorion Philip-Seeds. 'Deze verplichting stelt dat een boer vanaf 2022 maximaal 3 jaar dezelfde hoofdteelt op hetzelfde perceel mag telen.
Voordeel is verder dat vezelhennep voor het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid als rustgewas is aangemerkt.
Normaal moet alle mais binnen zijn voor 1 oktober, zodat andere gewassen als gras of bladkool de tijd hebben om overtollig stikstof uit de bodem te halen, wat goed is voor het milieu.
Groenbemesters telen na aardappel is niet zo gebruikelijk, maar er zijn wel degelijk mogelijkheden. In het zuidoostelijk zandgebied is telen na 2021 zelfs verplicht. Uit onderzoek blijkt dat tagetes heel goed tot 15 augustus gezaaid kan worden. Het effect is dan nog 5 jaar zichtbaar.
Vanggewassen zoals gras of wintertarwe nemen stikstof van mest op. Dit betekent dat de grond vóór 1 oktober vrij moet zijn voor het vanggewas en boeren dus voor die datum moeten oogsten.
Dit zijn enkele van de beste groenbemesters op alfabetische volgorde, met hun beste zaaitijd: Bijenbrood (Phacelia tanacetifolia), zaai van maart tot september. Boekweit (Fagopyrum esculentum), zaai van mei tot september. Fenegriek (Trigonella foenum-graecum), zaai in mei.
Phacelia in uw bodem verwerken
Knip of maai phacelia voordat u het uitgraaft voordat de planten zaad zetten en ten minste vier weken voordat u de grond nodig hebt voor uw volgende oogst. U kunt phacelia laten overwinteren nadat de vorst de bladeren heeft gedood, maar een strenge vorst kan de planten ook doden.
Vanaf 2006 is het verplicht om op zand- en zijn dat na een hoofdgewas geteeld wordt met de bedoeling uitspoeling van meststoffen, vooral stikstof, tegen te gaan. Vanaf 2006 is het verplicht om op zand- en lössgrond direct na de oogst van snijmaïs een vanggewas in te zaaien.
Plant de groene mest dik in een verhouding van ongeveer ½ kg per 10m2. Laat het ongeveer 8-10 weken groeien en maai het dan voor de bloei (en het zetten van zaad) en laat het afbreken in het tuinbed voordat u uw groentegewas plant. Voor een 'express' groene mest, laat u het slechts 4-6 weken groeien en maait u het dan.
Zaaiadvies ligt, afhankelijk van zaaitijd en het duizendkorrelgewicht, op 20 tot 50 kg/ha met een zaaidiepte van 2 tot 3 cm.
De eco-regeling maakt deel uit van het Gemeenschappelijk Landbouw Beleid (GLB).Ze bestaat uit verschillende duurzaamheidsactiviteiten waar boeren een premie voor kunnen krijgen. Boeren kiezen zelf aan welke activiteiten zij deelnemen.
Groenbedekking
U houdt uw perceel van 1 januari tot 1 maart voor minimaal 80% zichtbaar bedekt. Dit doet u met het vanggewas of groenbemester die u laat staan van 2022. U mag maar op maximaal 10% van het perceel gewasbeschermingsmiddelen gebruiken. U werkt het vanggewas onder met machines voor de hoofdteelt.
Wat is een winterteelt
Een winterteelt kan zijn: • Een teelt die in het najaar wordt ingezaaid. Soms is de oogst in de zomer van het volgende jaar. Het is dan de hoofdteelt voor dat jaar. Een meerjarige teelt.