Uw uroloog kan bepalen dat u vaker moet katheteriseren. Als de hoeveelheid achtergebleven urine 's ochtends èn 's avonds minder is dan 100 ml., mag u stoppen met zelfkatheterisatie na overleg met de uroloog. De techniek van zelfkatheteriseren Het zelfkatheteriseren gebeurt in staande houding.
De katheter kan tussen de 8 en 12 weken blijven zitten. Wanneer de katheter er langer in moet blijven, wordt deze gewisseld en krijgt u een nieuwe katheter. Urinezak of kraantje Aan de katheter kan een opvangzak of kraantje gekoppeld worden.
Als u voor het eerst begint met zelfkatheterisatie kan het ongemakkelijk aanvoelen. Probeer te ontspannen, adem een keer diep in en probeer het nog een keer. Als het ongemak aanhoudt of als u pijn ervaart, moet u uw arts of verpleegkundige onmiddellijk hiervan op de hoogte stellen.
Door het inbrengen van een blaaskatheter kun je last krijgen van verschillende complicaties, zoals: Urineweginfecties. Blaaskramp. Lekkage of verstopping van de katheter.
Mogelijke complicaties zijn: bloeduitstorting of nabloeding op de plaats waar het bloedvat is geprikt. hartritmestoornissen. pijn op de borst.
De normale blaasinhoud bij volwassenen varieert van 200 tot 500 ml. Als uw blaas vol is, krijgt u aandrang om te gaan plassen. Het is normaal om overdag 5 tot 7 keer te plassen en 's nachts 0 tot 1 keer.
Bij volwassenen varieert de blaasinhoud van 350 tot 500 milliliter. Als deze hoeveelheid urine in de blaas zit, krijgt u meestal het gevoel dat u moet plassen. U reageert op deze aandrang door de blaas te legen.
Het optreden van een erectie tijdens het katheteriseren kan ontstaan door een relex en is niet vreemd. Als deze reflexmatige erectie weggaat, is het moeilijker hier vlak na weer een erectie te krijgen. Wanneer u een reflexerectie stimuleer kan u deze erectie gebruiken voor het vrijen.
Residu tussen 300 - 400 ml: 3x daags katheteriseren. Residu tussen 200 - 300 ml: 2x daags katheteriseren. Residu tussen 100 - 200 ml: afhankelijk van hoeveel u plast en in overleg met de uroloog eventueel stoppen met katheteriseren of 1x daags voor de nacht katheteriseren.
Doel van zelfkatheterisatie
Het doel van zelfkatheterisatie is dat uw blaas regelmatig volledig wordt geleegd. Hierdoor kunnen complicaties zoals een blaasontsteking, incontinentie (urineverlies), of in het ergste geval een nierlijden, worden voorkomen.
Zelfkatheterisatie is het zelf leeg maken van de blaas met een katheter. Zelfkatheterisatie wordt toegepast als u uw blaas niet meer spontaan kunt legen (retentie*) of niet meer volledig kunt legen (residu*).
Hoe vaak u per dag zelf katheteriseert, hangt af van hoeveel urine per keer na het plassen in de blaas achterblijft. Zelfkatheteriseren kan variëren van één tot zes keer per dag; Zelfdilatatie doet u minimaal één tot twee keer per week.
Is zelf katheteriseren pijnlijk en blijft het pijnlijk? In het begin kan zelf katheteriseren gevoelig zijn. De plasbuis is nog niet gewend aan de katheter. Meestal verdwijnt dit gevoel als u vaker katheteriseert.
Zo worden infecties voorkomen. Een overvolle blaas kan zelfs leiden tot nierbeschadiging. Katheteriseren doet geen pijn maar kan raar aanvoelen. De eerste paar keer kunt u een branderig gevoel ervaren, dit komt omdat het slijmvlies wat geïrriteerd is.
Het inbrengen van de katheter is niet pijnlijk, maar kan wel een onaangenaam gevoel geven. Vervolgens wordt de ballon via het slangetje langzaam met water gevuld. Het inbrengen van de katheter duurt ongeveer tien minuten. Daarna heeft u een gesprek met de verpleegkundige.
Doorgaans geldt als regel: als er 100- 200 milliliter (ml) urine achterblijft, moet u een keer per dag katheteriseren, bij 200- 300 ml twee maal, bij 300- 400 ml drie keer per dag en zo verder.
U kunt met uw katheter gewoon fietsen, sporten, zwemmen etc. Indien u twijfelt over een activiteit, dan kunt u dit altijd met een verpleegkundige op de polikliniek bespreken.
Er wordt aangeraden om 1,5 tot 2 liter water per dag te drinken. Bij deze vochtinname gaat een volwassene gemiddeld 5 tot 8 keer per 24 uur naar het toilet. Plast u 8 keer of minder op een dag? Dan wordt dat gezien als een normale plasfrequentie.
Elizabethziekenhuis in Tilburg, voegt daar nog aan toe: "Vier uur ophouden zou moeten kunnen, maar niet als je al moet plassen, dus als er al plas in je blaas zit. Zeker als je 50 jaar of ouder bent, dan wordt je blaas kleiner." Sowieso is het belangrijk je blaas niet te ver op te rekken, waarschuwt Wijsma.
vaak moeten plassen* 's nachts moeten plassen* urineverlies (urine-incontinentie) pijn in de onderbuik.
De helft is weg na een week
Van een glas water dat je nu drinkt, zal de helft over iets meer dan een week je lichaam verlaten hebben. Van de helft die overblijft, zal na nog een week weer de helft verdwenen zijn. En zo verder. Een klein beetje van het glas dat je nu drinkt, zal dus nog heel lang in je lijf blijven.
Veel plassen 's nachts komt vaak voor
Als u 's nachts een keer opstaat om te plassen, is dat eigenlijk vrij normaal. Hoewel 's nachts de urineproductie terugvalt tot 25 %, moet meer dan de helft van de mensen ouder dan vijftig minstens eenmaal per nacht naar het toilet.
Je blaas kan knappen als je je plas te lang ophoudt
Het te lang ophouden van je plas is echter niet goed. Eén keer lang je plas ophouden is niet erg, maar als je het regelmatig doet kan het gevaarlijk zien. De blaas kan daardoor namelijk te veel uittrekken en zijn knijpkracht verliezen.