Het kan zijn dat je na de eerste keer je borsten niet nogmaals helemaal leeg hoeft te maken, maar sommige moeders moeten het een of twee keer herhalen. Sommige moeders merken een verbetering na een of twee dagen, soms duurt het wat langer, maar blokvoeding mag niet langer dan vijf dagen worden voortgezet.
Vaak gaat een overproductie gepaard met een sterke melkstroom. De baby kan veel lucht binnenkrijgen, zich verslikken en kokhalzen tijdens de voeding. Ook kan er sprake zijn van een onbalans in de lactose-vetverhouding, waardoor de baby meer last kan krijgen van krampen en waterig groene ontlasting heeft.
Kolf je borst een keer zover 'leeg', totdat deze lekker soepel voelt. Doe dit bij de borst die aan de beurt is, vlak voordat je kindje wil drinken. Leg na het resetten dus meteen aan. Zo krijgt je kindje de meer vettere (en laag in lactose) achtermelk en zullen de maag/darmen meer rust moeten krijgen.
Maar sommigen produceren bijna meer melk dan hun borsten kunnen bevatten, waardoor ze keihard en onaangenaam vol aanvoelen – een aandoening die stuwing wordt genoemd. Hoewel dit een tijdelijk verschijnsel is dat gemiddeld 24 tot 48 uur aanhoudt, kan het pijnlijk zijn.
Een baby moet 20 (7 of 10, of 15) minuten aan elke borst gevoed worden. Niet waar! Belangrijk is dat we het verschil maken tussen 'aan de borst liggen' en 'uit de borst drinken'. Enkele voorbeelden: Een baby die 15 Ã 20 minuten aan een kant effectief drinkt, wil de tweede kant misschien helemaal niet meer.
Blokvoeden is een methode die overproductie van moedermelk kan verhelpen. In deze methode ga je de overproductie terugschroeven door minder vaak van borst te wisselen. Je geeft je baby dus vaker een voeding uit één borst. Wil de baby na 2 uurtjes weer drinken, dan geef je dezelfde borst.
Afbouwen doe je door de borst te geven of af te kolven wanneer je borsten ongemakkelijk vol aanvoelen. Zo ontstaat er steeds meer tijd tussen het legen, waardoor de moedermelkproductie snel afneemt. Als de borstvoeding pas net op gang is, loopt deze snel terug zodra de borsten niet meer regelmatig worden geleegd.
Vaak extra kolven is niet nodig
Als je elke dag extra gaat kolven, zul je op een gegeven moment erg veel moedermelk aanmaken. Dat is niet nodig. Het is vaak al genoeg om een paar keer per week extra te kolven. Het beste moment is na een ochtendvoeding, omdat je 's nachts veel melk hebt geproduceerd.
je borsten voelen zachter aan dan in de eerste weken. er lekt geen melk uit je borsten of eerst gebeurde dat wel, maar nu niet meer. je kunt niet veel melk afkolven. je hebt kleine borsten.
Voeden op verzoek houdt in dat je voeding geeft op het moment dat je baby signalen afgeeft dat dat hij/zij honger heeft. Op dat moment geef je de borst of de fles. Ook geef je net zolang voeding tot je kindje aangeeft genoeg gehad te hebben.
Je kunt aan je baby zien of hij inderdaad voldoende drinkt. De eerste weken weet je dat je kind genoeg drinken krijgt als hij ongeveer 6 natte luiers en 2 tot 5 poepluiers heeft per 24 uur. Daarna geldt: als je baby goed groeit, ongeveer 6 natte luiers per dag heeft en levendig is, krijgt hij genoeg.
Als je kindje tijdens een voeding aan beide borsten drinkt, kun je beide borsten na het voeden afkolven totdat er (bijna) geen melk meer komt; Ook kun je na het voeden van je kindje ongeveer een uurtje wachten en dan beide borsten afkolven. Zo kolf je tussen de voedingen van je kindje door.
Dit hangt af van het gewicht van je baby, het aantal voedingen en de samenstelling van de gekolfde melk. Een baby drinkt per dag gemiddeld ongeveer 150 ml per kilo lichaamsgewicht. Een baby van 5 kilo heeft dus elke dag 750 ml moedermelk nodig. Als hij zes voedingen krijgt is dat ongeveer 110 ml per voeding.
Je mag de melk van beide borsten bij elkaar in het zelfde potje gooien, zolang het maar van dezelfde kolfsessie is. Handig! Schrijf eventueel 'BV' of 'moedermelk' op de melkcontainer, zodat het bij de kinderopvang duidelijk is dat het om moedermelk gaat die op een speciale manier opgewarmd moet worden.
De meeste moeders, met een volledige melkproductie, kunnen zonder dat hun baby aan de borst drinkt, 6 a 8 keer per dag kolven en hun toch hun melkproductie handhaven. Mits je geen ernstige stuwing hebt, kan je best 8 uur slapen zonder te kolven.
Kolf je borsten goed leeg om een eventuele verstopping te voorkomen. Als je baby nog maar een paar dagen oud is, kan de melkproductie al binnen enkele dagen weer gestopt zijn. Wanneer je al langer voedt, kan het een aantal dagen tot weken duren.
Wanneer dit niet te ernstig of pijnlijk is, hoef je niets te doen. Stuwing remt namelijk de productie een beetje. Er staat ongeveer vijf dagen tot een week voor het afbouwen van één voeding. Soms kan het sneller, soms heb je meer tijd nodig.
Het is normaal dat je borsten niet meer vol aanvoelen als je al een tijdje borstvoeding geeft, omdat je lichaam raakt afgestemd op de hoeveelheid melk die de baby drinkt. Deze aanpassing kan plotseling en al vrij vroeg voorkomen (twee weken na de geboorte of zelfs vroeger). Een borst is echter nooit helemaal leeg.
De overproductie kan worden teruggeschroefd door minder vaak van borst te wisselen. De baby krijgt één borst per voeding en als hij binnen een uur of twee uur nog eens wil drinken, krijgt hij dezelfde borst. De andere borst krijgt dan intussen het sein dat er minder mek nodig is; er wordt immers geen melk afgenomen.
Je kunt een overproductie herkennen aan een heel vol gevoel in je borsten, ook nadat je baby heeft gedronken uit de borst. Je borsten voelen zwaar, gespannen en warm aan (stuwing) en er lekt vaak melk uit je borsten. Mogelijk ben je ook gevoelig voor verstopte melkkanaaltjes of een borstontsteking.
De tijd die het kost om een borst leeg te drinken is per baby en per moeder verschillend. Bij een wat tragere toeschietreflex of een baby die een minder hoog vacuüm kan opbouwen met zuigen zal een voeding langer duren. De duur van een voeding – tot baby's hun buik 'vol' hebben – kan variëren van 5 tot 45 minuten.
Als de baby aan de borst drinkt, stijgt het vetgehalte geleidelijk en wordt de melk vetter en vetter naarmate de borst leger wordt. De totale hoeveelheid melk – en dus niet alleen de achtermelk – die een baby dagelijks drinkt bepaalt de gewichtstoename van de baby.
In principe hebben baby's vanaf ongeveer 8 maanden geen nachtvoeding meer nodig, maar sommige baby's kunnen al bij 4 of 5 maanden zonder nachtelijke voeding. Hoewel iedere baby anders is, weten we dat er factoren zijn die invloed hebben op het doorslapen van je kind en op het nodig hebben van een nachtvoeding.
Een moeder die borstvoeding geeft verbruikt meer energie en moet dus ook meer energie tot zich nemen. Gemiddeld heeft een voedende moeder zo'n 500 kilocalorieën per dag extra nodig. Deze extra energiebehoefte wordt maar voor een deel voldaan door meer te eten.