Er zijn drie hoofdregels voor citaten in APA-stijl: Als het citaat minder dan 40 woorden bevat, plaats je het tussen dubbele aanhalingstekens. Als het citaat 40 woorden of meer bevat, format je het als een blokcitaat. Voeg de auteur, het jaar en het paginanummer toe aan de verwijzing in de tekst.
Hoe voeg ik citaten toe volgens het APA-format? Volg deze regels om een citaat op te nemen in je tekst in APA-stijl: Citaten van minder dan 40 woorden worden tussen dubbele aanhalingstekens geplaatst (met het eindpunt als leesteken buiten de aanhalingstekens na de bronvermelding).
Regels voor citaten (volgens APA)
Zet het citaat tussen dubbele aanhalingstekens, behalve als het citaat langer is dan 40 woorden. Als een citaat langer is dan 40 woorden, moet het citaat met een witregel gescheiden worden van de rest van je tekst.
Een citaat wordt altijd tussen dubbele aanhalingstekens geplaatst. Het citaat wordt gevolgd door een verwijzing tussen haakjes - achternaam auteur(s), jaartal, paginanummer(s) - of door de auteur(s) in de tekst te noemen. Let op: Een citaat wordt niet cursief geschreven.
Plaats een citaat altijd tussen aanhalingstekens. Laat deze volgen door een verwijzing tussen haakjes (achternaam auteur(s), jaartal, paginanummers(s), of door de auteur(s) in de tekst te noemen.
Bij een citaat op het eind van de zin staat de punt binnen de aanhalingstekens als de aanhalingstekens om een hele zin (of een opeenvolging van zinnen) staan. De punt maakt dan deel uit van het citaat. Er komt niet nog een tweede punt om de gehele zin af te sluiten.
Je geeft een citaat aan door middel van aanhalingstekens. Als het citaat groter is dan drie regels, zet je geen aanhalingstekens maar zet je het hele citaat in het wit en laat je het inspringen.
Vuistregel: als je het kan horen, dus fluisteren, zeggen, schreeuwen, piepen, altijd tussen aanhalingstekens. Als je de dialoogzin in enkele aanhalingstekens hebt staan, zet dan het citaat "Amsterdam" tussen dubbele aanhalingstekens.
Een citaat gebruik je om een punt te verduidelijken, of als je de oorspronkelijke formulering van een ander wilt analyseren. Je mag een citaat niet gebruiken als vervanging van je eigen tekst. Je verslag mag dus nooit bestaan uit aan elkaar geplakte citaten. Dat is plagiaat, ook als je wél naar de bron verwijst.
Je parafraseert wanneer je de ideeën van een andere persoon in je eigen woorden wilt weergeven.Daarentegen citeer je wanneer de oorspronkelijke woorden relevant zijn. Doorgaans wordt in wetenschappelijke teksten geparafraseerd waar kan en geciteerd waar moet.
De definitie van parafraseren is andermans idee in je eigen woorden uitdrukken.Het doel is de betekenis van de oorspronkelijke tekst behouden zonder de tekst woordelijk te kopiëren (citeren). Je kunt een tekst zelf herschrijven of je kunt de tekst laten herschrijven door een tool van Scribbr.
Er zijn geen APA-richtlijnen die aangeven hoeveel citaten en parafrasen een verslag mag hebben of wanneer je moet citeren of parafraseren. Het kan wel zijn dat een opleiding hier regels voor heeft. Bedenk dat een citaat of parafrase jouw verslag moet ondersteunen en niet vervangen.
Een citaat is een letterlijke uitspraak van iemand, die door iemand anders aangehaald wordt. Citeren verschilt van parafraseren doordat bij deze laatste vorm in eigen woorden ideeën van anderen weergegeven worden.
Bij het citeren van een zin is het voldoende om de eerste twee woorden en de laatste twee woorden te noteren.Begin de zin met aanhalingstekens en een hoofdletter.Eindig de zin met een punt.
Een citaat mag vertaald worden, bijvoorbeeld om de tekst beter leesbaar te maken. Een vertaling van een citaat geldt als een parafrase. Er hoeft niet vermeld te worden dat het om een vertaling gaat.
Er zijn geen vaste regels voor het gebruik van enkele of dubbele aanhalingstekens. Traditioneel werd aangeraden om bij letterlijk citeren dubbele aanhalingstekens te gebruiken, maar het is tegenwoordig ook gebruikelijk om enkele aanhalingstekens te gebruiken. We raden aan om consequent voor één systeem te kiezen.
Citeren betekent: iets letterlijk overnemen. Als je een lang stuk tekst moet citeren, mag je de eerste twee woorden en de laatste twee woorden plus de regelnummers noteren. Zet citaten altijd tussen aanhalingstekens.
In het slot van je betoog noem je nogmaals kort je argumenten voor je standpunt. Je voegt in het slot nooit nieuwe informatie toe! Nadat je jouw argumenten hebt samengevat, herhaal je jouw standpunt. Je standpunt volgt vanzelfsprekend logisch uit je argumenten: [herhalen argumenten], daarom vind ik dat [standpunt].
Een betoog begint altijd met een pakkende inleiding. Hiermee trek je de aandacht van de lezer, presenteer je het onderwerp en de context, en neem je een stelling in.
Regels voor citeren
Het citaat wordt gevolgd door een verwijzing tussen haakjes waarin achtereenvolgens de achternaam van de auteur(s), het jaartal en paginanummer(s) worden genoemd; Paginanummers worden aangeduid met de afkorting 'p. ' (page).
Oude literatuur kan achterhaald zijn, daarom mag je geen bronnen ouder dan vijf jaar gebruiken.
Een parafrase is het in eigen woorden weergeven van andermans werk en wordt gevolgd door een verwijzing tussen haakjes met de achternaam van de auteur(s), het jaartal, en het paginanummer. De auteur kan ook in de lopende tekst genoemd worden.
Als een zin eindigt met een of meer aangehaalde zinnen, dan staat de slotpunt van de (laatste) aangehaalde zin binnen de aanhalingstekens. Er komt geen extra punt na de aanhalingstekens om de volledige zin af te sluiten.