Het plaatsen van buisjes in het oor duurt ongeveer tien tot vijftien minuten. De arts maakt tijdens de ingreep een hele kleine opening in het trommelvlies om het vocht dat erachter zit af te voeren en om de druk op het middenoor te verlichten.
In overleg met de keel-, neus- en oorarts besluit u bij uw kind trommelvliesbuisjes in het oor te laten plaatsen. Dit gebeurt onder algehele narcose. Daarom verblijft uw kind 1 dag in het ziekenhuis (dagopname).
Uw kinds oor kan nu weer normaal functioneren. De eerste paar dagen zit het buisje nog wat los, maar na een week groeit het trommelvlies er passend omheen en zit het stevig vast. Het kan enkele maanden tot zelfs enkele jaren blijven zitten.
Direct tot één week na de operatie
De pijn na het plaatsen van trommelvliesbuisjes valt over het algemeen mee. Vaak is paracetamol voldoende als pijnstiller.
Na het plaatsen van de buisjes kan tijdelijk een pijnlijk en onwerkelijk gevoel optreden. Dit hoort niet langer te duren dan 24 uur. Hiervoor kunt U eventueel paracetamol gebruiken.
Sommige artsen adviseren wel beschermende maatregelen, zoals het gebruik van vette watten of het dragen van oordoppen. De eerste 10 dagen na het plaatsen van een buisje wordt aangeraden nog niet te gaan zwemmen, omdat het trommelvliesbuisje die tijd nodig heeft om goed vast te gaan zitten.
Douchen en (wond)verzorging
Uw kind mag onder de douche of in bad, als er maar geen water in de oren komt in de eerste week na de operatie. Laat uit voorzorg uw kind een badmuts dragen, vette watten of oordopjes.
Vanaf welke leeftijd worden buisjes in het oor geplaatst? “Buisjes worden vooral bij kinderen geplaatst, dat kan al bij baby's vanaf 0 jaar. Bij baby's die heel veel huilen, kun je aan de oren zien of ze last van hun middenoor hebben. Maar ook bij volwassenen met gehoorproblemen plaatsen we buisjes.
De operatie doet geen pijn en na ongeveer een jaar vallen de buisjes er van zelf uit. Meestal merkt uw kind daar niks van. De buisjes zijn zo klein dat u ze niet hoort of ziet vallen.
Mag je vliegen met buisjes? “Zeker, vliegen is geen probleem: mensen met buisjes hebben vaak juist minder last van vliegen omdat de druk in en buiten hun oren hetzelfde blijft.”
Ernstige complicaties komen na een verdoving bijna niet voor. Wel kunnen bijwerkingen optreden. Bij kinderen zijn de meest voorkomende bijwerkingen na de narcose vooral misselijkheid, braken en keelpijn. Deze verschijnselen verdwijnen meestal binnen enkele dagen.
Het kan zijn dat er bij uw kind enkele dagen wat bloed en vocht uit de oren komt. Hier hoeft u zich geen zorgen over te maken. Als er langer dan vier dagen bloederig vocht uit het oor komt kan het zijn dat uw kind een ontsteking heeft ontwikkeld en belt u met de polikliniek KNO.
Sommige kinderen kunnen nog steeds oorontstekingen krijgen, ondanks het buisje in het oor. Het buisje kan uit het oor komen. Een buisje valt er meestal na ongeveer een jaar uit. Als het er eerder uitvalt, dan moet het wellicht worden vervangen.
Met de buisjes hoort uw kind meestal 6 tot 9 maanden beter. Uw kind mag met de buisjes gewoon douchen en zwemmen.
Uw kind reageert niet als u iets zacht zegt. Uw kind zet de televisie of muziek steeds hard. Uw kind kijkt extra goed naar uw gezicht als u tegen hem of haar praat. Uw kind is snel moe en kan zich niet goed concentreren.
Een scheur of gat in het trommelvlies geneest meestal vanzelf binnen 2 maanden. U hoort dan vaak ook weer goed. U maakt een afspraak met uw huisarts om te controleren of uw trommelvlies genezen is. Meestal is dit na 2 of 3 maanden.
Overweeg buisjes bij kinderen met langdurig lijmoor én gehoorproblemen. Kinderen met langdurig lijmoor die andere klachten vertonen (zoals gedrags- of evenwichtsproblemen) en normaal horen krijgen het best geen buisjes. Kinderen met langdurig lijmoor zonder andere klachten krijgen het best geen buisjes.
Bij een loopoor is het trommelvlies kapotgegaan en komt er pus uit het oor. De pus is lichtgeel, dun en het stinkt – niet te verwarren met oorsmeer dat er donkergeel uitziet, vaster is en niet ruikt. De pijn neemt af en de koorts zakt.
Bij het bijkomen uit de anesthesie zien we soms onrust, labiele emoties en prikkelbaarheid. Dat is meestal goed op te vangen of te behandelen en is vaak van korte duur. Op de dag na de ingreep horen we nogal eens klachten van spierpijn, keelpijn, vermoeidheid, hoofdpijn of duizeligheid, naast natuurlijk napijn.
Vertel uw kind eerlijk wat er gaat gebeuren en dat het pijn of verdriet kan hebben. Jonge kinderen kunt u uitleg geven in de vorm van een spel, bijvoorbeeld met een dokterssetje. Ook kunt u een boek voorlezen. Uw kind kan ondanks een goede voorbereiding toch nog bang zijn.
Ademhaling. Soms is het nodig om uw ademhaling tijdens de ingreep over te kunnen nemen. Daarom plaatsen we vaak voordat de operatie begint een beademingsbuis (plastic buisje) in uw keel.
Het duurt een dag voordat de narcose is uitgewerkt. Uw lichaam zal echter nog enkele dagen tot weken nodig hebben om helemaal te herstellen van de operatie. Na het wakker worden uit de narcose kunt u misselijk zijn en moet u misschien overgeven.
“Aan het begin van de narcose geven we altijd wat extra zuurstof, zodat we rustig de beademingsbuis kunnen inbrengen. Hetzelfde gebeurt aan het eind. Dan heeft de patiënt een buffertje bij het wakker worden.”
Tijdens een narcose vallen de hoest- en slikreflex weg, waardoor het gevaar bestaat dat maaginhoud in de longen komt, wat ernstige complicaties kan veroorzaken. Het is niet wenselijk dat u tijdens en na de operatie moet braken.
Hoe doe je dat? Blijf bij je kind, wees rustig en praat met je gewone en kalme stem voor, tijdens en na afloop van de ingreep. Om zelf rustig te blijven, kun je een paar keer langzaam en diep ademhalen voor, tijdens en na de ingreep. Je kunt dit ook samen met je kind doen.