Een hoorzitting kan een kwartier tot een uur duren. Dit verschilt per hoorzitting en hangt onder andere af van de toelichting die u zelf geeft.
Een hoorzitting is een bijeenkomst waarbij iedereen die betrokken is haar of zijn mening kan geven. Tijdens de zitting worden alle meningen gehoord. Horen kan op verschillende manieren. Overheidsorganisaties kiezen zelf hoe zij horen.
De meeste zittingen zijn openbaar voor het publiek. Dit betekent dat u plaats kunt nemen op de publieke tribune om de zitting bij te wonen. Vanwege de privacy van de betrokken personen zijn de volgende zaken niet openbaar: belastingzaken.
Wie is er bij aanwezig? Een hoorzitting vindt niet bij de rechtbank plaats. Er is ook geen rechter bij. U vertelt uw verhaal aan de hoorcommissie, die bestaat uit een voorzitter en een secretaris.
Als u een bezwaarschrift indient, krijgt u daarna vaak een uitnodiging voor een hoorzitting. De organisatie vraagt u, en eventueel ook andere betrokkenen, om een mondelinge toelichting. Dit heet 'horen'.
Tijdens het hoorgesprek kunt u uw bezwaarschrift nader toelichten en/of aanvullende argumenten aanvoeren. Door het persoonlijk contact met de inspecteur kunt u direct vragen aan elkaar stellen en dit werkt soms productiever dan wanneer dit vragenvuur schriftelijk plaatsvindt.
Degene die het bezwaar heeft ingediend, krijgt een uitnodiging voor de hoorzitting. De hoorzitting wordt gehouden met onze juridisch medewerker. Dit gebeurt telefonisch, via beeldbellen of op locatie. Tijdens de hoorzitting kunt u uitleggen waarom u het niet eens bent met de voorlopige negatieve beslissing.
Algemeen geaccepteerd is (gelukkig) dat men de rechter in de rechtbank aanspreekt met mijnheer of mevrouw (de rechter). Maar ook daar zijn uitzonderingen op: zijn er meer rechters, dan spreekt men de voorzitter aan met mijnheer/mevrouw de voorzitter.
Een verdachte vier jaar laten wachten op de behandeling van zijn zaak is in strijd met artikel 6 van het Europese verdrag voor de rechten van de mens. Daarin wordt iedere burger een eerlijk proces gegarandeerd.
Hoe lang het duurt voordat u een dagvaarding ontvangt, is afhankelijk van de omvang van uw zaak. Bij eenvoudige zaken ontvangt u bij voorkeur binnen 1,5 jaar na constatering van het strafbare feit een dagvaarding.
Na ongeveer 6 maanden krijgt u een brief van Parket CVOM. De officier van justitie heeft uw beroep dan bekeken en laat u weten dat: u alsnog in het gelijk wordt gesteld òf. dat uw zaak wordt voorgelegd aan de kantonrechter en daarom wordt doorgestuurd naar de rechtbank.
De Afdeling bestuursrechtspraak streeft ernaar om binnen zes weken na een rechtszitting uitspraak te doen. Mocht er meer tijd nodig zijn, dan krijgt u bericht dat deze termijn nog eens met zes weken wordt verlengd.
Automatische dwangsom
Na ontvangst van uw ingebrekestelling, heeft de IND 2 weken de tijd om alsnog te beslissen. Doet de IND dat niet? Dan moet de IND een dwangsom betalen en kunt u in beroep gaan bij de rechter. Een dwangsom is een boete die de IND aan u moet betalen.
De beslistermijn
De beroepstermijn is zes weken na de dag van ontvangst van de verkeersboete (de brief van het CJIB). Voorbeeld: Ontvang je op 12 oktober 2018 een verkeersboete, dan heb je tot 23 november 2018 om in beroep te gaan. Vervolgens heeft de officier van justitie tot 15 maart 2019 om te beslissen.
Bewijsregels. In hoofdlijnen en vrij vertaald gelden de volgende bewijsregels binnen het strafrecht; Voor een bewezenverklaring zijn slechts twee bewijsmiddelen nodig. Dit noemen we ook wel het strafrechtelijk bewijsminimum.
De kosten voor een procedure bij civiele zaken en bestuursrechtelijke zaken betaalt u meestal zelf. Behalve als de rechter beslist dat de verliezende partij deze kosten betaalt. Een strafzaak kost u geen geld. Maar het kost wel geld als u een advocaat inschakelt.
Bij het doen van een uitspraak kijkt de rechter naar de wet, de feiten (wat is er precies aan de hand), persoonlijke omstandigheden en verklaringen van deskundigen en getuigen.
Bij een rechtszaak is een formele dresscode als: Casual Chic, Business of Smart Casual gebruikelijk. Dit zijn dresscodes waarbij een combinatie wordt gemaakt tussen casual en formele kleding. Leg hierbij het accent op de nette kant, in plaats van op de casual kant.
Voor de zitting
De procedure begint doorgaans met een verzoekschrift, waarin de verzoekende partij omschrijft wat hij verlangt van de ander (de verweerder of belanghebbende). De rechtbank schrijft het verzoek in en bepaalt de termijn waarbinnen de verweerder kan reageren op het verzoek.
De beslistermijn voor het bestuursorgaan bedraagt twaalf weken als een adviescommissie bezwaarschriften is ingesteld (artikel 7:10 lid 1 jo. artikel 7:13 lid 1 Awb). Gelet op deze Awb-termijnen hoeft de bezwaarfase maar 12 tot 18 weken te duren. In de praktijk duurt de bezwaarfase vaak langer.
De bezwaarfase mocht volgens die normering een jaar duren en de beroeps- en hoger beroepsprocedure beiden twee jaar. Op 29 januari 2014 heeft de Raad van State geoordeeld dat de maximale duur van bestuursrechtelijke procedures, bestaande uit bezwaar, beroep en daarna hoger beroep, maximaal vier jaar is.