Om zeker te weten of je buiten de bebouwde kom rijdt, is het hierbij ook weer super handig om naar kruispunten te kijken. Of in ieder geval de voorrangsborden bij kruispunten. Want waar deze binnen de bebouwde kom voor het kruispunt staan, staan ze buiten de bebouwde kom na het kruispunt.
De bebouwde kom is volgens de Memorie van Toelichting bij het wetsvoorstel van de Wgv: 'het gebied dat door aaneengesloten bebouwing overwegend een woon- en verblijffunctie heeft' en waarin (dus) veel mensen per oppervlakte-eenheid daadwerkelijk wonen of verblijven'.
50 km/h is de standaard binnen de bebouwde kom. Zoals aangegeven merk je dat aan het plaatsnaambord dat je voorbij rijdt. De rijbaan wordt vaak aangegeven door middel van een onderbroken of doorgetrokken streep tussen jou en de tegenligger.
Verschil in voorrang binnen en buiten de bebouwde kom
Buiten de bebouwde kom staat dit bord na de kruising. Daarnaast mag je, in tegenstelling tot binnen de bebouwde kom, buiten de bebouwde kom niet op de rijbaan van een voorrangsweg parkeren.
Binnen de bebouwde kom zijn de voorrangsborden direct voor een kruispunt geplaatst van een voorrangsweg. Buiten de bebouwde kom worden de borden altijd aan het begin van een wegvak geplaatst. Een nieuw wegvak begint altijd na een kruispunt en buiten de bebouwde kom tref je de borden dus na het kruispunt aan.
Een voorrangsweg is een weg waarop bestuurders rijden die voorrang moeten krijgen van alle weggebruikers op alle kruisende wegen. Voorrangswegen worden aangegeven met het bord voorrangsweg. Dit bord herken je aan de gele ruit met de witte randen er omheen.
De bekendste zijn wel het voorrangskruispunt bord: de omgekeerde witte driehoek met rode rand ('pas op, je nadert een voorrangsweg en jij moet dus voorrang verlenen') en de witte ruit met oranje rand ('je rijdt op een voorrangsweg'). Hier vind je een overzicht van alle verkeersborden die voorrang aangeven.
Standaard snelheid
Dit staat in het RVV 1990 (Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990). Om specifiek te zijn in artikel 21. Op autosnelwegen is het 130 kilometer per uur en op autowegen 100 kilometer per uur. Al deze wegen liggen buiten de bebouwde kom.
Veel kruisingen zijn gelijkwaardig, vooral binnen de bebouwde kom. Nadert u zo'n kruising, dan moet u voorrang verlenen aan álle bestuurders die van rechts komen. Dus ook aan fietsers.
Hogere maximumsnelheid
Sommige wegen binnen de bebouwde kom hebben een maximumsnelheid die hoger is dan 50 km/u, bijvoorbeeld 70 km/u. Dit staat dan met verkeersborden aangegeven.
Helemaal geen middenstreep
Bij deze markering is de maximumsnelheid doorgaans 60 km per uur. Maar dat moet wel door de borden zijn aangegeven. Staan die borden er niet, dan is het 80 km per uur.
Maximumsnelheid autowegen (N-wegen)
Op onze autowegen geldt een maximumsnelheid van 80 of 100 km/h. Een autoweg wordt aangeduid door een blauw bord met een auto. Een N-weg waar 100 km/h gereden mag worden is herkenbaar aan een dubbele doorgetrokken streep met een groene vulling.
Het begin en einde van een 30km/uur-gebied moeten duidelijk herkenbaar zijn door een poortconstructie: met borden, ondersteund door een in- en uitritconstructie. Binnen een 30km/uur-gebied heeft verkeer van rechts voorrang; er zijn in beginsel geen voorrangswegen of -kruispunten.
In Nederland gelden, tenzij door verkeersborden anders is aangegeven, de volgende toegestane maximumsnelheden: binnen de bebouwde kom: 50 kilometer per uur. buiten de bebouwde kom: 80 kilometer per uur. op autosnelwegen overdag (06:00 tot 19:00 uur): 100 kilometer per uur.
Dankzij de blauwe kleur van het pictogram met de rode rand en schuine streep, is het direct duidelijk voor de weggebruiker dat het op die bepaalde plaats verboden is om zich te parkeren. Kies de diameter van het pictogram in functie van de nodige zichtbaarheid.
Het bekende rode ronde verkeersbord met witte binnenkant RVV C01, dat 'verboden in te rijden' betekent, is het meest gebruikte verkeersbord uit de categorie C. Met dit geslotenverklaringsbord geef je aan dat het verboden is om een bepaalde straat in te rijden.
In welke situaties is een snelheidsverlaging gewenst? Al sinds de jaren 50 is de algemene maximumsnelheid binnen de bebouwde kom 50 km/uur, tenzij anders aangegeven.
Een minimumsnelheid is er niet. Voertuigen mogen alleen op autowegen als zij 50 kilometer per uur kunnen en mogen rijden. Voor autosnelwegen is dit 60 kilometer per uur. Deze snelheid heet de minimumconstructiesnelheid.
Vanaf 1 januari wordt 70 km/h de norm buiten de bebouwde kom.
Het exacte tijdsbestek kan variëren afhankelijk van verschillende factoren, waaronder de complexiteit van de overtreding en de snelheid waarmee de politie en het CJIB de gegevens verwerken. Het mag tot maximaal 4 maanden duren voordat je de boete thuis ontvangt.
Sinds een jaar of drie gaat het om 70.000 overtredingen per jaar! Dan nu de schokkende bedragen. Een boete voor 1 km/u te hard rijden kost je 11 (elf) euro. Omdat deze boetes verwerkt worden door overgekwalificeerde professoren, bedragen de administratiekosten 9 euro!
Binnen een erf of een 30 km/u weg of zone mag er namelijk geen voorrangsweg zijn. Als je echter buiten de bebouwde kom bent, weet je gelijk dat er voor die weg een maximumsnelheid van 80 km/u geldt. Een weg waar maximaal 60 km/u gereden mag worden, mag ook geen voorrangsweg zijn.
U heeft op deze weg voorrang op alle bestuurders van de zijwegen. Ondanks dat je voorrang hebt, moet je wel opletten of daadwerkelijk voorrang verleend wordt.