Tulpen zijn bollen die je gemakkelijk kunt vermeerderen. Als je de bollen in de zomer uit de grond haalt kun je aan de onderkant van de bol kleine bolletjes zien zitten.Dit zijn bloembollen in de maak.Deze kun je losmaken van de 'moeder tulpenbol'.
Plant uitgebloeide bloembollen opnieuw in en geniet het jaar erop weer van voorjaarsbloeiers. In het vroege voorjaar en daarna kun je enorm genieten van eenjarige en meerjarige planten, zoals bloeiende tulpen, hyacinten, narcissen en blauwe druifjes.
De methode die het meest wordt toegepast is de vegetatieve vermeerdering: broedbollen, zijbollen, spanen, schubben, stekken, kralen, klisters of hollen. Alleen via vegetatieve vermeerdering is het mogelijk een nieuwe partij bloembollen te telen met hetzelfde uiterlijk en eigenschappen als de oorspronkelijke plant.
Kweken van nieuwe tulpenbollen gebeurt door in het najaar (okt. -nov) kleine tulpenbollen te planten. De knoppen tussen de bolrokken van deze bollen groeien uit tot nieuwe bollen waarbij de oude bol word gebruikt als voedsel.
Zijn de tulpen uitgebloeid? Dan is het beter om de bloemen eruit te knippen. Zo voorkom je dat er zaad wordt gevormd, iets wat de bol veel energie kost. De bollen van grootbloemige tulpen kun je na de bloei het beste uit de grond halen en op een warme, droge plek bewaren.
U kunt de bloembollen na de bloei opgraven en bewaren of ze 2-3 jaar laten zitten. Tulpenbollen die in de grond blijven bloemen produceren. De tulpen zullen wel elk jaar kleiner worden.
Tulpen hebben verschillende bloeitijden, van vroeg (maart) tot laat (mei). Door de soorten te mengen, spreid je de bloeitijd uit. Als ze eind mei zijn uitgebloeid, nemen vaste planten en eenjarigen de bloei over.
TULIPA - langstelige tulp
Mits op de juiste plek geplant (voedzaam en zonnig) komen deze soorten ieder jaar terug. - Plant de tulpen op een zonnige warme plek. Ook zomers hebben tulpen warmte nodig voor de ontwikkeling van de bloemknop voor het volgende jaar.
Bijna alle voorjaarsbloeiende bloembollen kunnen in de grond blijven zitten. De tulp echter niet, omdat die gevoelig is voor ziekten. De meeste zomerbloeiende bloembollen kunnen niet in de grond blijven zitten, omdat ze niet winterhard zijn.
Tulpenbollen planten is een makkelijke manier om je borders en potten in april en mei van alle denkbare kleuren te voorzien. Maar plant deze bloembollen voor de grootste kans op succes wel op het juiste moment!
Knip je te vroeg het nog groene blad af, dan maakt hij een te kleine nieuwe bol die niet zal bloeien. Ook als de grond te zuur is geworden of. en te weinig voeding heeft, zijn de nieuwe bollen te klein, dus geen bloemen.
Bemesting. Ook al de tulpen relatief weinig eisen stellen, is het bemesten aan te bevelen, omdat de tulpen dan bijzonder kleurrijke, graciele of gevulde bloemen ontwikkelen. Wij adviseren hoornspaanders of andere organische meststoffen in de herfst en in het voorjaar vóór de bloei te gebruiken.
Zaaien: Net als met de meeste andere bloeiende planten en bollen kun je ook tulpen uit zaad opkweken. Besef wel dat het opkweken van bollen een tijdrovende kwestie is. Het traject van zaadje naar mooi bloeiende bol zal enkele jaren in beslag nemen.
Als je tulpen in een pot gaat planten kun je het beste onderin de pot een laagje hydrokorrels of grind doen. Zo zullen de bollen niet in het water komen te staan en komen de bollen vitaler op in de lente. Vul de pot verder met potgrond en plant ook hier de bollen drie keer zo diep als de hoogte van de bol.
Soms wel 2 of 3 bij iedere bol maar vaak zijn het er minder. Deze kleine bolletjes mik ik altijd weg, ze zullen zeker geen bloem geven volgend jaar. U moet er vaak zelfs 2 jaar op passen voor ze weer groot genoeg zijn om te bloeien. Het kan ook gebeuren dat u alleen maar kleine bolletjes vindt in de oude tulpenbol.
Hoe worden bollen gepeld? Na het rooien worden bollen gepeld, tegenwoordig veel met een machine: eerst worden de kleine bollen van de grote bollen gescheiden, de kleine bollen zijn namelijk te klein om te verkopen. Deze kleine bollen worden weer in de grond gestopt.
Als regel geldt dat gecultiveerde soorten, waaronder de meeste tulpen en hyacinten, na het afsterven van het loof het beste uit de tuin kunnen worden gehaald. Hang ze op een droge plek in de schuur. Begin oktober kunnen de bollen weer terug in de tuin. Plaats ze dan op een andere plek dan waar ze stonden.
Voorjaarsbloeiende bloembollen zoals tulpen, narcissen en hyacinten plant je in het najaar, vanaf september tot december, vóór de eerste nachtvorst. Ook vroege bloeiers zoals sneeuwklokje en irrissen plant je in het najaar.
Verwilderingsbollen zoals lenteklokjes, krokussen, narcissen, sneeuwklokjes en sterhyacinten, lijken een beetje op meerjarige bollen. Je hoeft ze ook maar een enkele keer te planten en dan komen ze ieder jaar terug. Daarbovenop vermeerderen deze bollen zich ook, zonder dat je er iets aan hoeft te doen.
Tulp verzorgen voor thuis
Plaats de bloemen in een schone vaas met vers water en gebruik Chrysal Clear Tulipa of Chrysal Clear Bulbosus bloemenvoeding met een correcte dosis. Dit houdt de bladeren stevig en groen en zorgt ervoor dat de bloemen langer mooi blijven en hun kleuren langer behouden.
In een kartonnen doos leg je de bollen laag voor laag met daartussen steeds een laag kranten. De meeste bloembollen kun je goed bewaren bij een gemiddelde kamertemperatuur van rond de 18-21 ºC. Behalve hyacinten en tulpen, deze bollen houden van een temperatuur rond de 20 tot 25 ºC.
Tulpenbollen worden doorgaans geplant vanaf oktober (vroeg) tot en met december (laat). De tijd van planten is gedeeltelijk afhankelijk van het soort tulp. Sommige 'vroege' tulpensoorten kunnen al in oktober worden geplant, en komen dan ook vroeg in het voorjaar tot bloei.
Er zijn tulpen in bijna alle kleuren van de regenboog. Geel, groen, rood, oranje, paars, roze en meerkleurig. Alleen blauw- en zwart gekleurde tulpen bestaan niet. Sommige soorten komen in de buurt van zwart, maar hebben eigenlijk een donkerpaarse tint.
Waarom worden al die mooie bloemen eraf gehaald? Tulpen worden gekopt om de bol te laten groeien. In Noordoostpolder wordt de tulp in het veld niet gekweekt voor de bloem, maar voor de bol. De snijbloem tulp komt uit broeierijen, waarvan er meerdere te vinden zijn in Noordoostpolder.
Verzorging. Bloembollen-op-pot hebben behoefte aan voldoende water, dus geef ze 1 tot 2 keer per week wat water. Let erop dat je ze niet op een te warme plek in huis neerzet, want dat beperkt de bloeiduur.