Zorg voor een veilige en rustige slaapomgeving
Je baby slaapt het beste in een rustige, prikkelarme en veilige slaapomgeving. Je kan daarbij denken aan rustige kleuren op de muren, zacht licht, verduisterende gordijnen, een prettige kamertemperatuur en weinig stimulerend speelgoed om hem heen.
Sommige baby's slapen na 6 maanden de hele nacht door. Andere baby's nog niet. Na ongeveer 9 maanden slapen de meeste baby's ongeveer twee keer per dag.
Doorslapen kan al vanaf 6 weken
“Een baby kan volgens het boekje pas doorslapen vanaf de leeftijd van zes weken. Dat is het moment waarop het circadiaans ritme wordt 'geïnstalleerd' en de slaap totaal verandert. Dit nieuwe ritme zorgt ervoor dat je baby langer achtereen kan slapen.
Een kindje krijgt overdag heel wat indrukken te verwerken.Ook dat kan ervoor zorgen dat hij 's nachts niet doorslaapt. Je merkt dat kinderen ook bij de zogenaamde 'sprongetjes' minder goed slapen. Telkens ze iets nieuw leren (bijvoorbeeld rollen, zitten, staan, kruipen, …) kan dit resulteren in onrustige nachten.
De meeste baby's hebben na ongeveer 6 tot 8 maanden geen nachtvoeding meer nodig, maar kunnen hier nog wel om vragen.
Tot je kindje echt een duidelijk dag en nachtritme heeft ontwikkeld maakt het niet zoveel uit waar je kindje slaapt overdag. Volg hier vooral je eigen gevoel in. Slaapt je kindje fijn bij jou in de draagzak of doek, bovenop jou in jouw armen, of juist in zijn eigen bedje. Het is allemaal goed.
Als u vindt dat uw baby erg lang huilt, kunt u een klok of timer op 15 minuten zetten om een objectief gevoel van tijd over het in slaap huilen te hebben. kind soms een aantal minuten nodig heeft om zichzelf in slaap te jengelen of te huilen. * nog geen vast dag- en nachtritme, dit ontwikkelt zich rond de 6 weken.
Je kunt je baby een beetje helpen door hem in je armen wat slaperig te maken en hem neer te leggen als hij bijna in slaapt valt. Later kun je dit moment van neerleggen dan steeds iets gaan vervroegen, totdat je je baby wakker in het bedje kunt leggen en hij zelf in slaap valt.
Wakker in bed leggen Het is erg belangrijk dat u uw baby wakker in bed legt. Een baby die daaraan gewend is, kent het bed als een vertrouwde plek waar hij mag slapen. Hij zal zich tevreden in bed laten leggen en zich snel overgeven aan de slaap, nadat hij aangaf moe te zijn.
Wij adviseren om een jonge baby wakker te maken voor de laatste voeding rond 22:30. Veel ouders kiezen ervoor om deze voeding niet te geven en te wachten tot hun baby zelf komt. Uiteraard beslis je dit helemaal zelf.
Als uw baby 's nachts wakker wordt, geef hem dan even de tijd om tot rust te komen en kijk of hij echt uw hulp nodig heeft. Het kan zijn dat ze gewoon wat rommelen, met hun handjes spelen, even wakker zijn en dan weer wegzakken.
Er zijn verschillende redenen voor het slechter slapen overdag. Je baby kan in een slaapregressie zitten, oververmoeid zijn of juist niet moe genoeg, honger hebben of niet zelf in slaap kunnen vallen.
Het kan zijn dat je baby overdag niet slaapt omdat hij of zij oververmoeid raakt, bijvoorbeeld als je hem steeds blijft prikkelen met spelletjes of knuffels. Door deze oververmoeidheid kan je baby juist niet goed in slaap komen. De beste oplossing (en de eerste die je moet proberen) is het aanhouden van een goed ritme.
Een oververmoeide baby ziet vaak bleek. In tegenstelling tot een baby die moe wordt en dromerig uit zijn ogen kijkt, zijn de ogen van een oververmoeide baby juist groot. Je baby heeft rust en slaap nodig.
Hoe herken je dat je baby honger heeft? Hij zuigt op z'n vingers of sabbelt op z'n handje.Hij maakt zuigbewegingen met de lippen.Als je je baby dicht bij je hebt, zal hij beginnen 'zoeken' naar je borst.
Hoe lang die dutjes duren, verschilt per kind. Hoe ouder je kind wordt, hoe langer hij 's nachts slaapt. Als je baby goed op gewicht is en voldoende groeit, is het na zo'n twee maanden niet meer nodig om hem 's nachts wakker te maken voor voeding.
De baby kan zogenoemde 'regeldagen' hebben waarop hij of zij het totale voedingsschema omgooit. Dit gebeurt meestal rond 10 tot 14 dagen, rond 6 weken en rond 3 maanden.
Geef je kind zijn favoriete knuffel. Verplaats je eens letterlijk in de positie van je kind. Kijk of er geen dingen over de muur kunnen bewegen die je kind angstig maken zoals schaduwen van bomen, straatlampen of een schilderijtje. Neem voor het slapen gaan de dag door met je kind: benoem leuke en minder leuke dingen.
Het lichaam heeft een interne biologische klok en daarom zijn vaste bedtijden en op vaste tijden opstaan belangrijk. Dim het licht, zodat het lichaam zelf melatonine aan gaat maken waardoor je kind slaperig wordt. Zorg dat je kind gedurende de dag lekker kan bewegen: sporten, voetballen, dansen!
Houd de nachtvoeding kort, als je die geeft. Voed je baby als hij dat wil, maar zorg dat er minstens twee uur tussen de voedingen zit. Heeft je baby voldoende voeding binnen voor de dag, laat hem dan 's nachts zo lang mogelijk slapen.