De jonge of volwassen kat kan via de neus (inademing) of het maagdarmkanaal (ingestie) geïnfecteerd worden. Het virus zit in alle uitscheidingsproducten van de kat (speeksel, braaksel, traanvocht, ontlasting). Ook kan de kat besmet worden door indirect contact.
Kattenziekte ofwel feline panleucopenie wordt veroorzaakt door een Parvovirus. Dit is echter een andere Parvovirus dan die we kennen bij de hond. Het virus stamt echter wel af van het honden Parvovirus. Het is een ernstig virus omdat het hele populaties katten kan uitroeien en lang kan overleven in de omgeving.
Via contact met virusdeeltjes op kleding, voerbakjes en andere voorwerpen. Grote hoeveelheden virusdeeltjes zijn aanwezig in speeksel, traanvocht en neusuitvloeiing van katten met niesziekte. Het virus kan ongeveer een week lang overleven in de omgeving (buiten de kat). Via contact met een drager van niesziekte.
Kittens worden de eerste weken tot maximaal 5 maanden van hun leven beschermd door antilichamen uit de moedermelk. Als deze antistoffen langzaam uit het lichaam verdwijnen, wordt de kitten vatbaar voor kattenziekte. Pas dan kan de kitten zelf langdurige weerstand opbouwen na vaccinatie.
Het virus is zéér besmettelijk en wordt voornamelijk overgedragen via de ontlasting van besmette katten. Wanneer ergens braaksel of ontlasting van een besmette kat heeft gelegen kan het virus nog tot een jaar lang aanwezig blijven in de omgeving. Het virus is dus zeer resistent.
Kattenziekte is de meest dodelijke virusziekte bij de kat en heeft een dramatisch snel en wreed verloop. Het wordt veroorzaakt door het feline panleukopenia virus.
Een kat met kattenziekte moet zeer intensief in een quarantaine behandeld worden. De kat moet aan het intraveneus infuus, soms is zelfs bloedtransfusie nodig. Ook zijn er veel ondersteunende medicijnen nodig om het braken te onderdrukken en de bloederige diarree te behandelen.
De kattenziekte, veroorzaakt door het Feline Panleukopenievirus, is een zeer besmettelijke ziekte met geregeld een dodelijke afloop. Ondanks dat de kattenziekte niet zo vaak meer voorkomt, is het bijna elk jaar wel een keer raak.
Symptomen kattenaids
In eerste instantie (2-6 maanden na infectie) heeft het dier vage klachten: moe, slechte vacht, koorts, vergrote lymfeknopen. In tweede instantie (maanden tot jaren na de infectie) kan de kat afvallen, minder goed eten, blijvende diarree, gebitsproblemen of zweren in de mond krijgen.
Toxoplasmose wordt soms ook 'kattenziekte' genoemd omdat katten de enige dieren zijn die de volwassen vorm van de microbe in zich dragen. De meeste mensen die toxoplasmose doormaken, voelen dit niet. Je kan je eventueel wel wat grieperig voelen, met lichte koorts, vermoeidheid, spierpijn en gezwollen klieren.
Zonder die inentingen kunnen katten aan ernstige ziekten lijden, waarvan ze soms de pijnlijke gevolgen voor altijd te verdragen hebben. In het ergste geval kunnen ze zelfs aan deze ziekten overlijden.
We adviseren je om minimaal 1 keer per jaar, maar beter nog 2 x per jaar met je kat te komen voor een gezondheidscontrole. Katten van 10 jaar en ouder behoren tot de senioren. We besteden bij senior dieren extra aandacht aan specifieke gezondheidskenmerken.
Soms geven neusdruppels wat verlichting, maar meestal moet uw kat het virus uitzitten. Wel kunnen bacteriële infecties als gevolg vande niesziekte worden behandeld met een antibiotica-kuur. Als de niesziekte bij een kat eenmaal chronisch is geworden, is genezing helaas niet meer mogelijk.
Wij adviseren in principe om in Nederland alle katten (binnen en buitenkatten) ieder jaar tegen niesziekte, één keer in de drie jaar tegen kattenziekte te laten vaccineren.
Prognose van niesziekte
De meeste katten genezen van acute niesziekte. In sommige gevallen kan het weken duren voordat een kat genezen is. Sommige katten houden blijvende schade over aan de ziekte en/of krijgen de chronische variant van de ziekte.
Stress is altijd een aanslag op de weerstand van de kat. En dan heb je kans dat hij even een paar keer niest na zijn verblijf in het pension, met twee keer de wisseling van omgeving.
Van alle katten die het virus oplopen, overwint 40% het virus binnen 3 tot 4 maanden. Er bestaat een enting tegen dit virus, maar dat wordt in Nederland niet standaard gegeven. Lees verder bij FeLV.
Afhankelijk van de situatie van uw kat zijn de meest gegeven bijkomende vaccinaties die tegen Feline leukemie virus, Chlamydophila felis, Bordetella bronchiseptica en rabiës.
Hoe krijg je het virus uit je huis? Het parvo virus is heel resistent en is goed bestand tegen schoonmaakmiddelen, warmte en alcohol. Het virus kan nog maanden tot ruim een jaar actief blijven in de omgeving. Het enige schoonmaakmiddel dat werkt is chloor.
Om te beginnen hoeft u niet heel bang te zijn voor een besmetting. De kans op besmetting is vrij klein en vaak verloopt de ziekte zonder enige verschijnselen. Toch is het goed om een paar regels in acht te nemen, - Speel niet te wild met uw eigen kat en wees voorzichtig met onbekende dieren en zwerfkatten.
De verkouden kat. Niesziekte is de belangrijkste besmettelijke reden voor een voorbijgaande verkoudheid bij de kat. Als de problemen binnen twee weken niet verdwijnen, heeft de kat mogelijk last van een vreemd voorwerp, vergroeiingen, poliepen, tumoren, allergieën of schimmel.
Parvovirose (kattenziekte)
Het komt vooral voor bij puppies en jonge honden, maar ook oudere dieren kunnen besmet raken. De ziekte gaat gepaard met hoge koorts, braken, bloederige diarree waardoor besmette dieren een groot risico lopen op uitdroging.
Bij milde hoestklachten kan het zijn dat de kat maar één of een paar keer per dag hoest. Bij erge klachten kan het zijn dat de kat erg vaak hoest en soms ook moeite krijgt met ademen. Veruit de meest voorkomende oorzaak van chronische hoesten bij de kat is astmatische bronchitis.