De koningin legt zich op haar zij en werpt eieren ononderbroken van de lente tot de herfst, ondertussen wordt ze gevoed door de werksters. Het record ligt bij de drijfmier die in één jaar al 50 miljoen eieren kan produceren. De eitjes die bevrucht worden, groeien uit als werksters.
Er is in een kolonie maar één mier die eitjes kan leggen: de koningin. Dit is ook de enige mier die een kolonie kan starten. Zij legt eitjes en daaruit worden werksters geboren. De werksters nemen langzamerhand alle taken van de koningin over, behalve het leggen van eitjes.
De kamers van een mierennest worden gebruikt als 'kinderkamertjes'. De koningin legt haar eitjes en de werksters verdelen deze eitjes over de kamers. Soms worden de eitjes en de daaruit voortkomende larven nog meerdere keren verplaatst. De mieren gebruiken de tunnels om zich te verplaatsen.
Ze zijn een van de meest dominante levensvormen op de bodem. Veel mierensoorten bouwen hun nest in de bodem of in holle bomen, andere soorten spinnen bladeren aan elkaar om een nest te maken, en weer andere leven in spleten tussen rotsen.
Hoe groter de kolonie, hoe meer eitjes de gyne legt (mits de andere factoren optimaal zijn). Dat kan oplopen tot honderden eitjes per dag in een volwassen kolonie (tienduizenden-honderdduizenden werksters).
Hebben mieren hersenen? Als je alle hersencellen van 40.000 mieren samenneemt, verkrijg je de grootte van een menselijke brein. De hersenen van een mier tellen immers 250.000 hersencellen terwijl een menselijk brein er 10.000 miljoen telt.
Als de koningin doodgaat, komen er geen nieuwe mieren meer bij. Het mierenvolk sterft dan langzaam uit. Een mierenkolonie wordt gesticht door een bevruchte koningin. Ze is bevrucht tijdens de bruidsvlucht: gevleugelde mannetjes en koninginnen vliegen dan massaal uit om te paren.
Het gemiddelde aantal mieren per nest word geschat tussen de 10000 en 20000. Wegmieren voeden zich met een aantal verschillende voedingsstoffen. Denk hierbij aan bijvoorbeeld kleine insecten, bloemennectar en zoetstoffen. Maar ze houden ook bladluizen als een soort "melkkoetjes".
Mieren hebben weinig natuurlijk vijanden, daarom kan een kolonie lang leven. Van de meest voorkomende mier, de tuinmier, leven de werksters (onvruchtbare vrouwelijke mieren) 2-3 jaar. De koningin kan 15 jaar oud worden. Vliegende mieren zijn gevleugelde vruchtbare mannetjes en jonge koninginnen.
Een mierennest onder de grond kan duizenden gangen bevatten en wel acht meter diep zijn.
Mieren hebben een hekel aan de geur van sommige planten, zoals lavendel, tomaten, afrikaantjes (Tagetes), boerenwormkruid, salie, bieslook, basilicum, oregano, rozemarijn, majoraan, knoflook, munt, lavas (maggikruid), brandnetel, varens en goudsbloem.
Mieren kunnen in ieder geval wel verdrinken. Ze hebben geen longen, maar kleine buisjes (trachea heten die) over hun lichaam waar zuurstof in komt. Als de buisjes door water worden afgesloten krijgt de mier geen zuurstof en gaat dood. Als hun nest geheel onder water komt hebben de mieren inderdaad wel een probleem.
Re: Slepen met dode mieren
Het is niet normaal dat werksters van een kolonie elkaar aanvallen. Weet je zeker dat dit gebeurt? Ze blijven er mee slepen omdat ze proberen ze ver van het nest neer te leggen, blijkbaar is ergens in de buitenwereld niet ver genoeg naar hun idee.
De mieren zijn insecten die behoren tot de vliesvleugeligen, maar enkel de mannetjes en koninginnen hebben vleugels, de werksters blijven vleugelloos. Iedereen heeft zijn eigen taak en moet die naar behoren uitoefenen.
Er zijn zowel zoogdieren, reptielen, vogels als geleedpotigen die voornamelijk van mieren leven. Ook dieren die termieten eten worden vaak formicivoor genoemd, hoewel termieten een eigen orde hebben (Isoptera), mieren vallen onder de vliesvleugeligen of wesp-achtigen (Hymenoptera).
Mieren houden niet van de geur van kaneel, nootmuskaat, kruidnagelpoeder, lavendel en koffiedrab. Ze zullen de plekken waar ze die geur ruiken dan ook verlaten en vermijden.
Mieren houden een soort van winterslaap, een 'inactieve fase' of 'winterrust' als het ware. Mieren putten hun energie uit warmte. Tijdens het voorjaar en de zomer kunnen ze zich prima rondlopen vanwege de aangename temperaturen maar tijdens de winter kunnen ze zich nauwelijks bewegen.
In principe kunnen alle mierensoorten die in Nederland voorkomen bijten. Het verschil zit hem echter in hoe heftig de mier kan bijten. Zo merk je vrijwel niets van een mieren beet door de zwarte mier, maar een beet van een rode mier kan wel pijnlijk zijn.
Het mierenseizoen begint zodra het warmer wordt in Nederland. Dat is meestal eind maart of begin april. Mieren komen dan massaal uit hun schuilplaats en gaan op zoek naar eten. Aan het eind van het jaar verdwijnen ze weer.
Houd voedsel altijd bedekt: laat er geen mieren bij komen. Afval trekt mieren aan. Bewaar resten dus in dichte afvalbakken! Poets oppervlakken waar mieren lopen goed na.
Als mieren zout eten, exploderen ze. Niet de meest diervriendelijke optie, maar wel een effectieve. Maak daarom een mixje van keukenzout en poedersuiker. De suiker lokt ze, het zout nemen ze mee naar hun nest waar ze uiteindelijk sterven.
Een beproefde methode om mierenoverlast tegen te gaan is kokend water in het mierennest te gooien. Wanneer je dit een aantal dagen volhoudt zullen de mieren verdwijnen en hiermee samengaand de overlast. In de groep tuindingen kun je terecht met je vragen over jouw tuin.
Dood zichtbare mieren met zeepsop.
Meng in een plantenspuit gelijke delen water en afwasmiddel. Schud de plantenspuit goed door elkaar en besproei alle mieren zodra je ze ziet met het zeepsop. De zeepoplossing blijft aan de mieren plakken. Door het afwasmiddel stikken ze en gaan ze dood.
Helpt het om kokend water over een mierennest te gooien? "Dat werkt wel vertragend. Door kokend water te gooien kan je een deel van de mierenkolonie wel doden en dat vertraagt de overlast. Toch zal je ze nooit allemaal te pakken krijgen.