Jezelf analyseren is goed, maar houd je focus positief.Je krijgt net zoveel inzicht door je sterke kanten te bestuderen, als door je zwakke kanten te accepteren. Wat je goed vindt aan jezelf is de voorbode van wie je wilt worden. Het is de belofte wie je kunt zijn.
Zelfkennis is inzicht in jouw eigen mogelijkheden en onmogelijkheden. Gemakshalve vergelijk ik het met een machine. Dat is niet helemaal op zijn plaats maar het gaat om het voorbeeld.
Iemand die moeite heeft om zijn zelfbeeld overeen te laten stemmen met het beeld dat zijn omgeving van hem heeft, kan je zeker aanleren waar hem de crux zit. En hoe hij deze beelden beter op elkaar kan afstemmen. Dan begin je met hem uit te leggen dat mensen alleen maar je buitenkant zien.
Wie zichzelf kent, weet waar zijn sterke en zwakke punten liggen. Zelfkennis maakt het makkelijker om van eigen fouten te leren, maar bijvoorbeeld ook om samen te werken met anderen. Bovendien is zelfkennis onontbeerlijk voor een gezonde en succesvolle carrière.
'Wiskundig denken is bedenken hoe je wiskundig gereedschap kunt gebruiken om een probleem aan te pakken. ' Het 'gereedschap' kan iets concreets zijn zoals de abc-formule, maar omvat ook theoretisch-methodisch gereedschap zoals logisch redeneren, bewijzen, inductie en deductie.
Dat praktisch inzicht, dat praktisch redeneren, omvat het vaststellen van de technische en morele factoren van invloed, het formuleren van opties, afwegen wat gegeven de omstandigheden tot een goed resultaat kan leiden en tot een besluit komen.
Inzicht krijgen in iets betekent onder meer 'iets doorgronden aan de hand van bepaalde informatie'. Tot inzicht komen in zou je een contaminatie kunnen noemen: een verhaspeling van tot (het) inzicht komen en inzicht krijgen in.
Valkuil: te praktisch
Niet alles is praktisch op te lossen. Er zijn vraagstukken waar meer over nagedacht moet worden. Je gaat soms te snel over naar het praktische en dat werkt niet altijd en overal. Soms moet je goed analyseren wat er aan de hand is om daarna met een plan van aanpak te komen.
Een praktisch persoon richt zich op het uitvoeren van concrete daden, en heeft de neiging om duidelijk nuttige doelstellingen te bereiken met een min of meer onmiddellijke stimulans. Voor mensen die op deze manier denken en handelen, heeft alles wat geen voordeel heeft – en weinig risico – geen interesse of waarde.
op een manier die ook echt uitgevoerd kan worden Er is toch wel een praktische oplossing te bedenken?
Om het ruimtelijk inzicht te meten wordt meestal een test met uitgevouwen kubussen afgenomen. Bij deze test is het de bedoeling te herkennen welk figuur overeenkomt met het uitgevouwen figuur.
Wiskunde bestaat lang niet alleen uit getallen. Ook grafieken, tabellen, modellen en figuren horen bij wiskunde. Aangezien wiskunde zo'n groot geheel is, wordt het onderverdeeld in verschillende delen. Voorbeelden hiervan zijn rekenen, statistiek, meetkunde en algebra.
wat niet perse in de werkelijkheid voorkomt, m.b.t. feiten en wetten berustende wetenschappelijke kennis die niet proefondervindelijk aan de praktijk is getoetst.
Iemand die pragmatisch is, werkt doelgericht en staat niet te veel op zijn principes. Dat wil overigens niet zeggen dat pragmatische mensen geen idealen of waarden hebben; ze zijn gewoon steeds op zoek naar de kortst mogelijke weg naar hun doel.
Een kernkwaliteit is 'hoe je bent' en dat is wat anders dan hoe je soms 'doet'. Anders gezegd: je kunt je anders gedragen dan hoe je eigenlijk bent. Je doet je soms anders voor dan hoe jij de dingen voelt en ervaart. En dat kan gevolgen hebben voor jouw communicatie en hoe je overkomt op anderen.
Wat zijn persoonlijke eigenschappen / kwaliteiten? Kwaliteiten zijn de unieke en persoonlijke eigenschappen die bij mensen horen. Bescheidenheid is bijvoorbeeld een kwaliteit, daadkracht en zelfstandigheid zijn dat ook. Kwaliteiten en karaktereigenschappen zijn vaak verbonden met een bepaald type persoonlijkheid.
Typerend voor een valkuil is: Het gaat altijd over soms (soms of regelmatig stap je in je valkuil) Wat je als zwak ervaart van jezelf (als minpunt) Wat je bij jezelf door de vingers ziet, waar je aan voorbij zou kunnen gaan of waar je de neiging hebt om het goed te praten.
gekleurd = gekleurd bijv. naamw. Uitspraak: [xəˈklørt] met een bepaalde kleur Voorbeeld: `gekleurd glas`het leven door een gekleurde bril zien (het leven niet onbevooroordeeld zien)er gekleurd op staan&...