Zorg dan voor voldoende legplanken. Je bedlinnen kan op een plank bovenin je kast, aangezien je dit niet dagelijks gebruikt. Je handdoeken daarentegen wel, dus leg die op een plek waar je makkelijk bij kan. Ook sportkleding, jeans en t-shirts kun je netjes opvouwen en op de schappen leggen.
Let op het volgende: 1) Sorteer op artikelgroep, ongeacht of je nou hangt of legt. Broeken bij broeken, T-shirts bij T-shirts, alle jurkjes bij elkaar, jasjes en ga zo maar door. 2) Het liefste leg en hang je ook nog alles op kleur.
Voor het hangen van hemden, bloezen, dubbelgevouwen broeken en blazers of vestjes reken je best op zo'n 100 cm vanaf de bovenkant van de garderobestang tot aan de bodem of tot aan de volgende stang of legvlak. Wanneer je broeken en jurken wil ophangen reken je best op 130 cm.
Reken per persoon op 1,5m hangruimte of 3cm per kapstok. Om winterkledij en zomerkledij te scheiden kan het praktisch zijn om meerdere kasten met een hangruimte te hebben. Ieder kledingstuk vraagt bovendien zijn eigen ruimte. Een jurk bijvoorbeeld vraagt een minimale hoogte van 170cm en breedte van 40cm.
Nóg meer èggo-tips voor een dressing waarmee je gemakkelijk je spullen opbergt. Voor een optimale indeling van je ruimte sorteer je je kleren best net zoals je ze draagt: de hemden bovenaan op kleerhangers, de broeken in het midden en de schoenen onderaan.
Tip: Lange jurken ophangen
Leg de jurk neer met de achterkant naar boven. Vouw de zijkanten naar binnen toe en haal de jurk tot de helft door de opening van de kledinghanger. Hang vervolgens de bandjes op aan de gleuven van de hanger en je favoriete jurk is klaar om netjes opgehangen te worden.
Een afstand van 40 tot 100 centimeter tussen de bovenkant van de opbergkast en het plafond is vaak het mooist. Je kunt dan nog wat accessoires of plantjes op de kast plaatsen voor meer sfeer in huis. Heb je juist zoveel mogelijk opbergruimte nodig, dan kun je ook een hogere kast kiezen.
Blouses en jurken van zijde, 100% katoen, satijn, fluweel en rayon kun je het beste aan een hanger ophangen. Ook nette broeken, blazers en jumpsuits moet je ophangen. Sweaters, hoodies en truien daarentegen, kun je juist wel beter opvouwen dan ophangen. Deze kledingstukken rekken namelijk uit als je ze ophangt.
Het minimum aantal kledingstukken dat je in je bezit moet hebben, verschilt echt van persoon tot persoon. Het hangt af van je leefstijl, je werk, of en hoeveel je sport en je andere hobby's en bezigheden, hoeveel je zweet, hoe vaak je kunt en wilt wassen en veel nog meer factoren.
Maak makkelijke stapeltjes
Wanneer je hebt uitgezocht wat je houdt en wat er weg kan is het tijd om de kleding die je houdt op te delen in makkelijke stapeltjes. Het beste kun je dit doen door soort per soort te stapelen. Dus per kledingstuk, maar het liefst ook gesorteerd op stofsoort of kleur en print.
Leg de kledingstukken op je bed en begin met uitzoeken. Vieze kleding mag gelijk de wasmand in. Vervolgens maak je drie stapels: “houden”, “twijfel” en “weg”. De “houden” stapel is voor je favoriete items die je regelmatig draagt, deze kleding mag direct weer terug in de kast.
Stapel al je opgevouwen kleding op
Broeken, truien en T-shirts zijn makkelijk opvouwbaar en goed op te stapelen. Ook ondergoed en sokken kun je prima opvouwen. Dit scheelt ruimte en je kleding blijft langer mooi. Kleding met een dunne stof kun je het beste ophangen.
Met haken (zoals bijvoorbeeld een lipje van een blikje) kun je meerdere kledinghangers verticaal aan elkaar hangen. Schuif het lipje over de haak van de hanger en hang er een tweede kledinghanger aan. Zo kun je gemakkelijk hele outfits of meerdere items uit één categorie (zoals een paar rokken) bij elkaar hangen.
Gebruik maximaal 75% van de beschikbare ruimte in je voorraadkast, anders kun je de spullen er niet meer makkelijk in vinden of uithalen! Zet verpakkingsdozen zoveel mogelijk verticaal in plaats van horizontaal weg; maak dus geen torenhoge stapels van dozen rijst, macaroni en pasta, maar zet ze naast elkaar.
Bij een kast met een staander van 3 cm zou je dus van de totale hoogte 3 mm af moeten halen om voldoende ruimte te hebben voor het kantelen van de staander. Bij een dikte van 8,0 cm zou dit dus 8 mm moeten zijn. Om helemaal zeker te zijn kun je er nog een paar millimeter extra speling houden.
Maatvoering van een kledingkast: diepte
Het interieur van een kledingkast is 60 cm diep. Dat is namelijk de ruimte die je nodig hebt om je kleding netjes op te hangen, zonder dat het overal tegenaan schuurt en tussenkomt. Wanneer je geen hangkleding heb (in de betreffende kast) kun je de kast ondieper maken.
In iedere slaapkamer heb je er wel een: een stoel of fauteuil waar de kleding zich opstapelt. Helaas ziet het er eerder chaotisch uit dan chic. Veel cooler en overzichtelijker: een kledingladder. Hij neemt niet veel ruimte in beslag en hij is ideaal om je kleren netjes aan op te hangen.
De beste plek om kleding voor langere tijd te bewaren is een droge, stofvrije en donkere plek. Vochtvrij is nodig om schimmel te voorkomen en een donkere ruimte zorgt ervoor dat textiel niet verkleurt door licht. Een extra kledingkast op zolder of een vochtvrije kelder kunnen werken.
In plaats van de trui opvouwen, kun je beter de trui ophangen! Dit kun je echter beter niet doen door een gewone kledinghanger door de hals van de trui te steken, want hierdoor verliest de trui vaak zijn vorm. Je moet juist gebruik maken van een kledinghanger met een horizontale lat in het midden.
Voor een stapel T-shirts of gevouwen hemden voorzie je een hoogte van 50cm en een dito breedte. De minimale diepte voor de dressing is 60cm. Wil je er veel dikke jassen in opbergen, ga dan voor minimaal 65cm. Om plooien en kreukels te vermijden, hang je de kledingstukken best zoveel mogelijk op een kleerhanger.
Verlichting met een kleurtemperatuur van ongeveer 3000 kelvin komt in de buurt van natuurlijk licht en geeft een getrouwe weergave van de kleuren van je kledij, maar is nog warm genoeg om gezellig te zijn.
Veelgebruikte materialen voor het vervaardigen van dressings zijn hout, kunststof en mdf. Je kan kiezen voor enkele glaspartijen voor een leuke toets. Accessoires: dressings kunnen met allerlei accessoires afgewerkt worden. Een grote spiegel is in deze ruimte bijvoorbeeld geen overbodige luxe.