Voor servicekosten geldt geen maximum. De kosten kunnen per kamer, appartement of woonhuis sterk verschillen en variëren van een paar tientjes tot boven de honderd euro per maand.
Afhankelijk van de maandhuur en het type bedrijfspand kunnen de gemiddelde servicekosten per m2 makkelijk oplopen tot 30% van de totale vestigingskosten voor u of uw huurder. Het is daarom ook raadzaam om scherp te zijn op de kosten die je maakt.
Per soort servicekosten tellen we maximaal € 12 bij de huurprijs op. Ook als het bedrag dat u betaalt hoger is. Betaalt u bijvoorbeeld € 15 voor het schoonmaken van de gemeenschappelijke ruimten? Dan telt er € 12 mee voor de rekenhuur.
Servicekosten: de regels
De hoofdregel is dat u als verhuurder alleen servicekosten in rekening mag brengen voor leveringen en diensten die expliciet (schriftelijk) zijn afgesproken. Daarnaast moeten de kosten daadwerkelijk zijn gemaakt en redelijk zijn. Als verhuurder mag u dus niet verdienen aan servicekosten.
In 2024 (1 januari 2024 tot 1 januari 2025) is de jaarlijkse huurverhoging maximaal 5,5%. De wet bepaalt dat de toegestane huurverhoging in de vrije sector is gekoppeld aan het laagste percentage van de inflatie en de loonontwikkeling. De loonontwikkeling van december 2022 tot december 2023 was 5,8%.
De verhuurder mag ook niet vragen naar uw inkomen bij de Belastingdienst. Uw verhuurder mag de servicekosten wel verhogen. Dit zijn kosten die bovenop de kale huur van uw woning komen. Hij moet dan een overzicht van de kosten met u delen.
Maximale huurverhoging middenhuur
Voor de middenhuur is de cao-loonontwikkeling leidend. Verhuurders mogen 1% optellen bij dit percentage. Van december 2023 tot december 2024 was de cao-loonontwikkeling 6,7%. Daarom is de maximale huurverhoging in 2025 7,7%.
Voor servicekosten geldt geen maximum. De kosten kunnen per kamer, appartement of woonhuis sterk verschillen en variëren van een paar tientjes tot boven de honderd euro per maand.
De verhuurder mag u bij een all-in huurprijs geen jaarafrekening sturen voor servicekosten, gas, elektriciteit of water (nutsvoorzieningen). U betaalt hiervoor al een vast bedrag. Daarom hoeft u niet bij te betalen voor deze kosten. Maar u krijgt ook geen geld terug als deze kosten lager blijken te zijn.
Servicekosten zijn kosten die bovenop de kale huur van een woning komen. Denk dan bijvoorbeeld aan gas, water en elektra.Ook schoonmaak, tuinonderhoud, stoffering, gebruik van meubilair en kosten van de huismeester vallen hieronder. Dit zijn kosten die je mag doorbelasten aan je huurder.
Zorgservicekosten, belastingen en heffingen zijn géén servicekosten. Als huurder betaalt u soms ook nog andere kosten, die niet onder servicekosten vallen. Dat zijn: zorgservicekosten voor bewoners van een aanleunwoning of woonzorgcomplex.
De gemiddelde servicekosten ligt voor single tenant kantoren op €30,67 per vierkante meter per jaar. Vorig jaar lag dit gemiddelde iets hoger en bedroeg toen €31,25.
Hygiëne: De keuken moet voldoen aan de hygiënenormen. Dit houdt in dat de keuken schoon en vrij van schimmel of ongedierte moet zijn. Functionele gebreken: Als er sprake is van functionele gebreken, zoals een kapotte koelkast of oven, dan is de verhuurder verplicht deze te repareren of te vervangen.
De servicekosten zijn de kosten die de huurder moet betalen aan verhuurder voor de bijkomende kosten van het feitelijk gebruik van het kantoorgebouw en winkelruimte. Hierbij valt te denken aan o.a. de kosten van gas water licht, schoonmaak van algemene ruimtes, liftonderhoud en tuin onderhoud.
Een verhuurder mag maximaal 5% administratiekosten in rekening brengen over de servicekosten. Woontij wijkt hiervan af door helemaal geen administratiekosten in rekening te brengen.
Indien u te veel betaald heeft, kunt u over een periode van vijf jaar servicekosten terugvorderen. Op de website van de Rijksoverheid staat een korte leidraad over de wijze waarop uw verhuurder de kosten mag berekenen.
De servicekosten zijn meestal een percentage van de waarde van het pand, dus u moet de vierkante meter vermenigvuldigen met het servicekosten percentage. Bijvoorbeeld, als uw servicekosten 1% zijn, en uw woning is 1000 vierkante meter, dan moet u 1000 vermenigvuldigen met . 01 om 10 te krijgen.
De huurder staat in voor de kosten van het gebruik van de woning: nieuwe batterijen voor de rookmelders, reparatie van lekkende kranen, onderhoud van de centrale verwarming, tuinonderhoud … De huurder betaalt maandelijks de huurprijs die in het contract werd vastgelegd.
De waarde van roerende zaken mag je over de verwachte levensduur berekenen. Voor de meeste meubels is dit 5 jaar, maar voor duurzame onderdelen zoals een laminaatvloer mag met 10 jaar gerekend worden. Je mag dus elk jaar 20% (5 jaar) of 10% (10 jaar) van de aankoopwaarde doorberekenen in de servicekosten.
De verhuurder mag niet zo maar alle kosten, die hij maakt als servicekosten in rekening brengen bij de huurder. Zaken waarvoor de huurder al huur betaalt, mogen niet opnieuw in rekening worden gebracht via de servicekosten. Dan zou er immers tweemaal voor dezelfde zaak worden betaald.
Als u een woning verhuurt, stuurt u uw huurder elk jaar een jaarafrekening van de servicekosten. Is uw huurder het niet eens met de hoogte van deze jaarafrekening? Op deze pagina leest u wat u kunt doen. U bent verplicht om uw huurder elk jaar een jaarafrekening van de servicekosten te sturen.
Niet-verrekenbare servicekosten zijn diensten zoals de glasverzekering en het service onderhoud. Je betaalt hiervoor een vast bedrag per maand. Voor deze servicekosten vindt geen jaarlijkse afrekening plaats. Een overzicht van je servicekosten kun je terugvinden in je huurovereenkomst.
Sinds 1 juli 2024 is de liberalisatiegrens voor zelfstandige woningen gelijk aan de maximale huurprijsgrens bij 186 punten. Dit betekent dat de liberalisatiegrens voor nieuwe verhuringen in 2025 € 1.184,82 per maand is.
Het middenhuursegment gaat dus bestaan uit woningen met een huurprijs van meer dan € 879,66 per maand en maximaal € 1.165,81 (dit zijn de bedragen in 2024). De Rijksoverheid verwacht dat door deze regeling de huurprijzen van ruim 300.000 huurwoningen verlaagd zullen (moeten) worden.
Wet betaalbare huur aangenomen en van kracht vanaf 1 juli. Vandaag stemde ook de Eerste Kamer in met de Wet betaalbare huur. Daarmee is de inwerkingtreding van de wet op 1 juli 2024 een feit. Huurders kunnen vanaf dat moment een beroep gaan doen op de wet.