Armoede of pauperisme is volgens de definitie van de Verenigde Naties het niet kunnen voorzien in de primaire levensbehoeften, noodzakelijk om een menswaardig bestaan te kunnen leiden. Primaire levensbehoeften zijn schoon en drinkbaar water, voedsel, kleding, huisvesting en gezondheidszorg.
Herken de signalen van kinderarmoede
een kind gaat niet mee op schoolreisje of andere betaalde uitjes; het kind vertelt in de klas nooit iets over het weekend; het kind trakteert niet op zijn of haar verjaardag, of meldt zich zelfs ziek; het kind heeft een slechte concentratie, moeite met huiswerk en gedragsproblemen.
Armoede die voor de samenleving niet goed zichtbaar is en die veelal veroorzaakt wordt doordat mensen niet of onvoldoende gebruikmaken van inkomensondersteunende voorzieningen.
Een deel van de huishoudens waar financiële problemen spelen, is onzichtbaar. Deze zogeheten verborgen armoede komt vaker voor dan veel mensen denken. In elke laag van de bevolking leven mensen in armoede. Ook mensen met een goed inkomen kunnen in de financiële problemen belanden.
Hoeveel geld is genoeg per maand? Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) deed een poging om een bedrag te noemen dat 'genoeg' is. En genoeg wil dan zeggen dat je geld genoeg hebt om van rond te komen. Volgens het SCP ligt het basisbehoeftenbudget van een zelfstandig huishouden op 971,-.
Een laag inkomen is een inkomen dat niet hoger is dan 120% van het sociaal minimum. Dit houdt in dat de maximale netto bedragen per huishouden als volgt zijn: Voor alleenstaanden of alleenstaande ouders van 21 jaar en ouder is het maximale nettobedrag € 1322,18 per maand (inclusief vakantietoeslag);
Armoede heeft vergaande gevolgen voor iemand zijn leven. Armoede zorgt bijvoorbeeld voor minder kans op een opleiding, heeft betrekking op je woonsituatie en je gezondheid. Schaamte, sociaal isolement, eenzaamheid, stress en depressies kunnen een gevolg zijn van armoede.
Mensen uit een huishouden met een inkomen onder de armoedegrens leven gemiddeld ongeveer 5 jaar korter dan mensen met een hoger inkomen. Het verschil in gezonde levensjaren bedraagt zelfs 14 jaar.
Richt een werkgroep kostenbeheersing op
voorstellen. Door de informatie rond schoolkosten binnen een werkgroep te centraliseren, kan de school er een beter zicht op krijgen. De werkgroep kan het hele schoolteam blijvend sensibiliseren en naar creatieve oplossingen helpen zoeken.
armoede (zn) : armoe, behoefte, behoeftigheid, dalles, ellende, gebrek, geldnood, indigentie, kaalheid, kommer, krot, marode, merode, miserie, nood, nooddruft, ontbering.
De maatstaf die wordt gehanteerd voor het risico op financiële armoede is de grens van 60% van het mediaan netto equivalent inkomen (= armoedegrens). Wanneer het totale netto-inkomen van een huishouden zich onder deze grens situeert, is er sprake van een armoederisico.
Rotterdam is de armste stad van Nederland. Bijna een vijfde van de Rotterdammers (18,7%) leeft onder de armoedegrens. Ook in Amsterdam (18,2%) en Den Haag (16,6%) wonen verhoudingsgewijs veel armen. In de top 10 staan verder middelgrote steden van buiten de Randstad zoals Enschede, Groningen, Leeuwarden en Arnhem.
Volwassenen met een bijstandsuitkering leven vaker met een lager inkomen dan werkenden en hebben het meeste risico op armoede. Zelfstandigen hebben een groter armoederisico dan mensen in loondienst. Daarnaast hebben niet-westerse migranten en statushouders vaker een laag inkomen en risico op armoede.
Kinderen die opgroeien in armoede hebben later minder kansen op de arbeidsmarkt en lopen zo een groter risico om zelf arme ouders te worden. Ze krijgen weinig ruimte om hun eigen talenten te ontwikkelen omdat ze vooral proberen in andere basisbehoeften te voorzien.
Rotterdam had het hoogste aandeel arme inwoners (10,9%), direct gevolgd door Amsterdam (10,5%) en Den Haag (10,3%). Deze hoge armoedepercentages hangen samen met de bevolkingssamenstelling in de drie steden.
Doe vrijwilligerswerk.
Er bestaan allerlei manieren waarop je mensen die het minder hebben bij jou in de buurt kunt helpen door zelf in actie te komen. Vraag naar de mogelijkheden bij de Stichting Vrijwilligerswerk, de kerk of een moslimgemeenschap bij jou in de buurt.
Voor wie is de energietoeslag bedoeld? Je hebt recht op de energietoeslag als je inkomen rond het sociaal minimum is. Het maakt daarbij niet uit of je dat geld krijgt omdat je een uitkering hebt of omdat het salaris is van je werk. Het sociaal minimum is het bedrag dat mensen nodig hebben om te leven.
Mensen met een bijstandsuitkering, een IOAW-uitkering of een IOAZ-uitkering krijgen de energietoeslag van 800 euro automatisch. Maar ook mensen met een inkomen van maximaal 120% van het sociaal minimum, hebben recht op de energietoeslag. Zij kunnen contact opnemen met de gemeente.
Eind 2021 maakte het vorige kabinet bekend € 3,2 miljard te steken in een verlaging van de energiebelasting. Ook werd een eenmalige energietoeslag van ongeveer € 200 per huishouden aangekondigd om de gevolgen voor mensen met een inkomen rond bijstandsniveau te verzachten. Dat geldt ook voor ouderen met lage inkomens.
Volgens het Nibud ben je als gezin van 4 personen per maand zo'n 660 euro kwijt aan boodschappen. Dat komt neer op een ruime 150,- per week. Je kunt de tabel van het Nibud gebruiken om te bepalen wat voor jou een reëel bedrag is aan boodschappen.