In het kort. Bij een dwangstoornis heeft u gedachten die u eigenlijk niet wilt hebben: dwanggedachten. U moet van uzelf bepaalde dingen steeds weer doen: dwanghandelingen. U bent bang dat er ernstige dingen kunnen gebeuren als u die dwanghandelingen niet steeds volhoudt.
Definitie en symptomen
OCD is een psychiatrische stoornis die wordt gekenmerkt door obsessieve gedachten en compulsieve handelingen zoals schoonmaken, controleren, tellen of hamsteren. Deze handelingen zijn irrationeel, beangstigend en het is moeilijk om er vanaf te komen.
Kenmerken dwangstoornis
Je hebt ongewenste, terugkerende dwangmatige gedachten of denkbeelden. Je voert dwanghandelingen of psychische activiteiten uit om gevoelens van angst en onrust te voorkomen of te verminderen. Het lukt je niet om de gedachten en/of handelingen te stoppen.
Een dwangstoornis kan ontstaan na een ernstige, ingrijpende gebeurtenis waarin iemand heel bang was (psychotrauma). Een dwangstoornis kan ook ontstaan door een lichamelijke ziekte, het gebruik van bepaalde medicijnen of het gebruik van drugs.
Een dwangstoornis komt voort uit angst: eigenlijk wil je vooral je angsten uit de weg gaan. Met dwanghandelingen probeer je dan te voorkomen dat gebeurt waar je bang voor bent. Je probeert het ongeluk te bezweren. Je wast bijvoorbeeld tientallen keren je handen, zodat je geen besmettelijke ziekte krijgt.
Dwanghandelingen zijn zich steeds herhalende dingen die iemand op dezelfde speciale manier moet doen. Bijvoorbeeld alles steeds controleren of schoonmaken. Dwangmatig gedrag noemen we ook wel een obsessief-compulsieve stoornis.
Dwanggedachten (obsessies) zijn steeds terugkerende ideeën of voorstellingen die zich aan iemand opdringen en hem of haar moeilijk loslaten. Zulke gedachten zijn ongewild en onplezierig. Dwanghandelingen (compulsies) zijn handelingen die steeds op een bepaalde manier moeten worden uitgevoerd, zogenoemde rituelen.
Je kunt dwanggedachten proberen te negeren of tegen te houden. Het is moeilijk om dwanggedachten te stoppen, want als je gedachten hebt die je uit alle macht probeert niet toe te laten, komen ze des te meer en des te intensiever in je op. Vaak stoppen dwanggedachten pas als je bepaalde dwanghandelingen uitvoert.
Een dwangstoornis gaat niet vanzelf over. De aandoening is wel goed te behandelen. Afhankelijk van de ernst van de aandoening bestaat de behandeling uit cognitieve gedragstherapie, medicijnen of een combinatie van beide.
Dwang is een psychische stoornis die iemands leven zeer sterk kan beïnvloeden. Het kan vele uren van een dag in beslag nemen en het normale functioneren in werk, gezin en maatschappij ernstig belemmeren. Dwang is ook nog eens een verschijnsel dat vele gezichten kent.
Er kunnen verschillende oorzaken zijn voor het ontstaan van een dwangstoornis: erfelijkheid. Familieleden hebben ook een psychische aandoening. persoonlijkheidskenmerken.
Meestal komen obsessies voort uit een angst voor iets, en je wilt voorkomen dat waar jij bang voor bent gebeurt. Hierdoor kunnen er naast dwanggedachten ook dwanghandelingen (compulsies) ontstaan.
Symptomen dwangstoornis
alles in het leven perfect willen regelen, controledwang. nergens onbekommerd van kunnen genieten, veel stress. een verstoorde dagelijkse routine hebben door voortdurende dwanghandelingen. last hebben van verstoorde sociale activiteiten door voortdurende dwanghandelingen.
Ongezond perfectionisme en psychische stoornissen
Dan stel je erg hoge eisen en verwachtingen aan jezelf. Deze eisen en verwachtingen kunnen zo hoog zijn dat je ze nooit helemaal waar kan maken. Dit kan leiden tot psychische problemen. Zo kan je depressieve gevoelens krijgen door een constant gevoel van falen.
Serotonineheropnameremmers, ook wel SSRI`s genoemd, regelen in de hersenen de hoeveelheid serotonine, een van nature voorkomende stof. Ze verminderen de dwanggedachten, zodat de angst afneemt en de neurose vermindert. Voorbeelden zijn fluoxetine, fluvoxamine, paroxetine en sertraline.
Dwang en drang zijn vormen van beïnvloeding waarmee beoogd wordt iemand iets te laten ondergaan of tot bepaald handelen of nalaten aan te zetten. Kenmerkend voor dergelijke vormen van beïnvloeding is dat de keuzevrijheid wordt ingeperkt.
Wat gebeurt er in de hersenen? Een hersengebied dat vaak in verband wordt gebracht met OCS is de basale ganglia. Dit is een verzameling structuren onder de hersenschors. Het gebied maakt gewenst gedrag mogelijk en stopt ongewenst gedrag.
Obsessief compulsieve persoonlijkheidsstoornis wordt ook wel omschreven als dwangmatige persoonlijkheidsstoornis. De naam wordt vaak verward met obsessief compulsieve stoornis (OCS) of dwangstoornis (het verschil in naam is 'persoonlijkheid'). OCS is een van de angststoornissen.
Iemand met een obsessief-compulsieve stoornis (OCS), vaak ook gekend als OCD van het Engels 'obsessive compulsive disorder', heeft last van steeds terugkerende dwanggedachten en/of dwanghandelingen.
Dwanghandelingen (compulsies)
Je voert op een dwangmatige manier activiteiten uit die je steeds herhaalt. Dit kunnen actieve handelingen zijn, zoals handen wassen, ordenen of controleren. Het kan ook gaan om activiteiten in je hoofd, zoals bidden, tellen, of in gedachten zaken herhalen.
Dwanggedachten (obsessies) zijn steeds terugkerende vervelende gedachten of beelden die angst of spanning veroorzaken over bijvoorbeeld besmettingsgevaar, rampen, ernstige fouten maken, een dierbare iets naars aan doen, over de seksuele geaardheid, en afvragen of de partner de ware is.