Volwassen mannetjes hebben opvallende zwarte vleugelpunten, grijs in de vleugels en een grijze staart. Vrouwtjes groter, geheel bruin met een roomwitte kruin, keel en vleugelboeg. Juveniel lijkt op vrouw, maar heeft zwartbruin kleed en gaaf verenkleed (geen rui).
Herken de bruine kiekendief
Hij is groter dan de buizerd maar slanker gebouwd met langere vleugels en staart. Zo herken je een bruine kiekendief: De veren van een vrouwtje zijn voornamelijk bruin met gele kop, schouders en borstvlek. Het mannetje is bruin met grijze staart en vleugels.
De bruine kiekendief is een grondjager. Actief speurt hij zijn jachtgebied af in lange glijvluchten. Hij vliegt laag boven de grond op een kenmerkende manier, met schommelen, veel draaien en kort bidden. Dit kunnen ze vanwege hun grote vleugeloppervlakte ten opzichte van hun gewicht.
Hoe kan je de grauwe kiekendief herkennen? Het vrouwtje is ongeveer 45 cm groot, het mannetje is kleiner en is ongeveer 38 cm groot. Het mannetje is gemakkelijker te herkennen dan het vrouwtje.
Kleine roofvogel. In essentie licht van onderen, grijs van boven met breed gebandeerde staart. Altijd gebandeerd op de onderzijde (ook jonge sperwers). Tamelijk korte, brede vleugels en lange staart met scherpe hoeken.
Geluid. Man roept tijdens hoge baltsvlucht een hoog "hie-è", vrouw roept hoger "hie-je". Alarmroep kekkerend, jongen bedelen met hoge "hieee…."
Voor een havik zijn volwassen verenkleed krijgt, is zijn verenkleed bruiner, de buik is lichter beige, met donkere druppelvormige strepen. Een volwassen havik heeft een witte wenkbrauwstreep boven het oog, die sterk contrasteert met de donkere kruin en oorstreek. De havik wordt gemakkelijk verward met de sperwer.
In hun vliegbeeld vallen deze op door hun smallere vorm, meestal toegevouwen staart in vlucht en spitse en geknikte vleugels. Vertegenwoordiger zijn torenvalk, boomvalk, smelleken en slechtvalk.
Kiekendieven zijn slanke, middelgrote roofvogels van de onderfamilie Circinae die bij de echte roofvogels (stootvogels) (Accipitridae of havikachtigen) behoren. Wereldwijd zijn er dertien soorten Kiekendieven die samen het geslacht (genus) Circus vormen binnen de onderfamilie Circinae.
De blauwe kiekendief is in Vlaanderen een zeer zeldzame broedvogel. Hij is voornamelijk een doortrekker en wintergast. De aantallen kunnen sterk variëren naargelang het voedselaanbod en de weersomstandigheden.
Het voedsel bestaat uit op de grond levende insecten(larven), regenwormen, slakjes, kleine hoeveelheden zaden en ander plantaardig materiaal.
Blauwe kiekendieven leven in open, vochtige gebieden: duinen, moerassen, akkers en graslanden. Opvallend in alle kleden is de witte stuit die in vlucht een duidelijk onderscheid met de bruine kiekendief vormt. Op het menu staan kleine zoogdieren en konijnen. Maar ook kleine vogels worden af en toe verschalkt.
Torenvalken 'bidden' vaak langs de kant van de weg. Bidden is eigenlijk vliegend stilstaan in de lucht, zoals te zien in de foto boven dit artikel. Hij slaat snel met zijn vleugels, maar hangt op één plek en houdt zijn kop stil. Zo ziet hij alles op de grond, zelfs een onvoorzichtige muis, die hij meteen grijpt.
Een buizerd, vier ooievaars en twee aalscholvers. De buizerd en ooievaars hoog in de lucht zonder één vleugelslag. Ze maakten met hun brede vleugels optimaal gebruik van thermiek.
Heeft een brede, niet ver uitstekende kop, brede vleugels en een vrij korte, afgeronde staart met smalle bandjes. Vliegt met relatief snelle, ondiepe en ietwat stijve vleugelslagen. Vaak cirkelend te zien en dan worden de vleugels in een ondiepe V gehouden.
In 2017 broedde in Nederland vijftien roofvogelsoorten, namelijk Havik, Sperwer, Buizerd, Wespendief, Torenvalk, Boomvalk, Slechtvalk, Bruine Kiekendief, Blauwe Kiekendief, Grauwe Kiekendief, Steppekiekendief, Rode Wouw, Zwarte Wouw, Zeearend en Visarend.
Voedsel. Vooral kleine zoogdieren (met name veldmuizen), ook volwassen zangvogels en jonge vogels van allerlei soorten van open land, in buitenland ook reptielen en grote insecten. In overwinteringsgebied in Afrika vooral diverse soorten treksprinkhanen.
Wilde konijnen kennen immers vele vijanden. Ze zijn een ideale prooi voor wilde vogels zoals uilen, haviken, adelaars en valken, wilde honden, katten en zelfs grondeekhoorns.
Sam denkt dat de rondcirkelende vogels buizerds waren. Die durven ook weleens kippen mee te nemen. Jan Rodts van Vogelbescherming Vlaanderen gelooft echter niet dat een buizerd een hondje kan optillen en laten vallen op zo'n manier dat het zijn nek breekt. Buizerds vallen normaal geen hondjes aan.
Slimme slechtvalk
Kleine vogels vliegen dus 's nachts voor de veiligheid, maar hoe veilig zijn ze nog? Een van de roofvogels, de slechtvalk, is erachter gekomen dat kleine vogels 's nachts veel doortrekken, zegt bioloog en vogelspotter Hoogenstein. "Daar zijn we ook met behulp van de luchtmacht achtergekomen.
De buizerd is een krachtige boodschapper. Met zijn scherpe blik houdt hij het overzicht en ziet hij tegelijkertijd geen detail over het hoofd. De buizerd kruist jouw pad omdat hij je wil laten weten dan er meer is dan jij nu ziet. Dat kan te maken hebben met ontrouw in de allerbreedste vorm.
Torenvalk
Zijn specialiteit is het zogenaamde 'bidden'. Hij staat dan op zo'n 15 meter boven de grond 'stil' in de lucht, op zoek naar voedsel, terwijl hij heel snel zijn vleugels beweegt. Wanneer deze roofvogels hun prooi hebben gespot, duiken ze er meteen naartoe.
Gespecialiseerde roofvogel die met vooruitgestoken poten in het water plonst om vis te vangen. Geluid. Meestal zwijgzaam, nabij nest een schelle, muzikale fluitende of piepende roep.