Na de basisschool gaan de kinderen verder met
Sinds 1955 heten alle scholen, die als eigenlijk doel das Abitur hebben, das Gymnasium. Het Abitur is het toegangsbewijs voor de universiteit. Maar inmiddels zijn er ook andere wegen om het Abitur te verkrijgen. Het Gymnasium heeft een Sekundarstufe I (klas 5-10, leeftijd 10-16 j.)
Het Gymnasium stoomt leerlingen klaar voor het wetenschapelijk onderwijs aan Universität of Hochschule, net als het gymnasium of atheneum in Nederland. Verschil is dat er op een Duits Gymnasium niet per se Grieks wordt gegeven, maar wel Latijn als keuzevak.
Wat is het Abitur? Voor veel Nederlandse scholieren is het een van de eerste Duitse woordjes die ze moeten stampen: das Abitur, vaak afgekort tot Abi. Het Abitur valt het beste te vergelijken met het Nederlandse VWO-examen. Duitse scholieren sluiten er hun tijd op het Gymnasium mee af.
Ongeveer een kwart van de Duitse kinderen gaat na de Grundschule naar de Hauptschule. Dit niveau laat zich het beste met het Nederlandse VMBO vergelijken en wordt afgesloten met de Mittlere Reife.
Het woord gymnasium betekent 'plaats om naakt te zijn' in het Oudgrieks (vergelijk het Nederlandse woord gymnastiek). Het is afkomstig van het Griekse woord gumnós (γυμνός: naakt): in het oude Griekenland werd de sport naakt beoefend. Men hechtte veel waarde aan lichamelijke oefening vanwege de talrijke oorlogen.
Het Nederlandse onderwijssysteem is anders dan het Duitse, maar over het algemeen is een VWO-diploma equivalent aan het Abitur en het HAVO-diploma aan de Fachhochschulreife.
Het vwo duurt 6 jaar (leeftijd: 12-18 jaar) en bestaat uit atheneum, tweetalig onderwijs (tto), gymnasium, vwo-technasium en vwo-plus. Ongeveer 20% van de basisschoolleerlingen gaat naar het vwo.
In Duitsland bestaat er geen niveau dat precies overeenkomt met het Nederlandse mbo. Jongeren die een beroepsopleiding volgen, doen een Ausbildung (anders dan studenten die een Studium doen). Dit is een combinatie van theorie, die je in een vakschool leert, en praktisch werk dat je binnen een bedrijf doet.
Het vwo bestaat uit twee opleidingen: het gymnasium en het atheneum. Beide opleidingen hebben hetzelfde niveau, duren allebei zes jaar en bereiden je voor op het wetenschappelijk onderwijs (WO), de universiteit. Het belangrijkste verschil tussen de twee opleidingen is dat je op het gymnasium Grieks en Latijn leert.
Abitur: Het Abitur is het equivalent van een diploma voor de middelbare school, maar het is veel academischer en opent de deur naar universitaire studies. Het wordt behaald aan het einde van het Gymnasium of een vergelijkbare school voor hoger secundair onderwijs.
Het gymnasium is - net als het atheneum - een stroming binnen het vwo en duurt ook 6 jaar. Onze leerlingen op het gymnasium volgen in de onderbouw (tot en met het 3e leerjaar) extra vakken in klassieke culturele vorming, te weten Grieks en Latijn.
De schooldagen beginnen vroeg, om 7:20. De meeste kinderen komen lopend naar school, zelfstandig, in groepjes met vriendjes/klasgenoten. De schooldag eindigt om 13:00 (3 keer in de week) of 12:00 (2 keer in de week). De kinderen hebben altijd huiswerk, vanaf de 1e schooldag, meestal duits en mathematik.
Een vwo-opleiding omvat atheneum en gymnasium. Je krijgt er uitsluitend algemene theorievakken. Het tempo ligt er bovendien hoog en de opleiding duurt zes jaar. Je leert dus veel.
In Duitsland ben je leerplichtig van je zesde tot en met je achttiende. Je moet dus twaalf jaar lang onderwijs volgen, waarvan minstens negen jaar (in sommige deelstaten tien jaar) op een voltijdopleiding, twee jaar mag je deeltijdonderwijs volgen (bijvoorbeeld een beroepsopleiding).
Gymnasium (niveau VWO); deze opleiding wordt afgesloten met het Zeugnis der Allgemeinen Hochschulreife. Dit diploma geeft toegang tot Duitse en in principe tot Nederlandse universiteiten.
De verandering. Vroeger bestond de mulo, de mms en de hbs. Dit zijn de voorlopers van de vmbo, havo en het vwo.
Het voortgezet onderwijs omvat het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo), het hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo), het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) en het praktijkonderwijs.
Hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo) bereidt scholieren voor op een hogere beroepsopleiding (hbo). De havo duurt 5 jaar. Voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo) bereidt leerlingen voor op een studie aan een universiteit. Er zijn 2 typen vwo: atheneum en gymnasium.
In alle deelstaten van Duitsland gaan leerlingen vanaf 6 jaar naar de basisschool, de Grundschule. Het onderwijs duurt 4 jaar in de meeste deelstaten, 6 jaar in de deelstaten Berlijn en Brandenburg. Het basisonderwijs heet Primarstufe in Duitsland.
Met een havodiploma, een vwo-diploma of een mbo 4-diploma kunt u een opleiding gaan volgen aan een hogeschool. Voor toelating tot een universiteit heeft u een vwo-diploma of een propedeuse (eerste jaar) van een hbo-opleiding nodig.
Het vwo+ bestaat meestal uit meer (minimaal twee) vakken dan het reguliere vwo en beslaat zes jaar, gelijk aan het reguliere vwo. Omdat meer vakken binnen dezelfde tijdsduur doorlopen worden, is vwo+ een zwaardere opleiding dan het reguliere vwo (atheneum en gymnasium).
Het gymnasium is erg zwaar, zeggen de directeuren van die scholen. Nog zwaarder dan het atheneum, want kinderen krijgen er ook Latijn en Grieks. Niet elke leerling met een vwo-advies kan zoveel vakken aan. Voor sommige kinderen is het beter om gewoon naar het atheneum te gaan.
Het atheneum is één van de twee onderwijssoorten van het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo). Bij deze zesjarige opleiding wordt soms Grieks of Latijn als keuzevak aangeboden. De andere onderwijssoort in het vwo is het gymnasium.