Vanaf de 3 maanden wordt het slapen steeds iets minder en zal je baby ook vaker gezellig wakker zijn. Meestal hebben baby's van 3 maanden 3 dutjes op een dag nodig. Tussen de 6 en 8 maanden gaat je baby langzaam van 3 naar 2 dutjes. Hoe ouder je kindje wordt, hoe minder ze slapen overdag.
Vanaf 6 maanden: je baby heeft vanaf 6 maanden zo'n 14 uur slaap per dag nodig, met 2 slaapjes overdag van in het totaal 4 uur. Vanaf 9 maanden: je baby heeft vanaf 9 maanden ook zo'n 14 uur slaap nodig, met 2 slaapjes overdag van 4 uur in het totaal. Ongeveer dus nog hetzelfde als een baby van 6 maanden.
Tussen de drie en vier maanden dient een slaapje overdag verdeeld te worden over drie dutjes. Het gaat om zo'n 3,5 uur per dag aan slapen. Dat betekent ongeveer drie kwartier tot een uur per keer. De meeste baby's slapen rond de 3 tot 5 maanden volgens een vast schema.
Eerst gaat je hij van om de paar uur slapen naar 3 vaste dutjes op een dag. Hierna maakt je kindje de overgang van 3 naar 2 slaapjes en daarna komt dus het moment dat hij nog maar 1 slaapje nodig heeft. Op welke leeftijd je kleintje van 2 naar 1 slaapje overgaat is ongeveer rond de 15 – 18 maanden.
Idealiter wil je gaan voor 3-5 uur slaap overdag, waarbij het eerste en tweede dutje gemiddeld minstens een uur zijn en dan nog een powernap die ongeveer 45 minuten duurt. Als uw baby niet al in zijn bedje slaapt voor alle dutjes, is dit de ideale leeftijd om de overgang te beginnen maken.
Overgang van 2 naar 1 slaapje / 8 Tips
Doe dit geleidelijk (dwz in kleine stappen gedurende 2-3 dagen) om oververmoeidheid te voorkomen. Je wilt uiteindelijk dat het middagslaapje start tussen 12-13.00 uur (of ongeveer 5,5 uur nadat de baby overdag wakker is).
Wat houdt de 2-3-4 regel bij een baby in? Het 2-3-4 ritme betekent dat je op een dag achtereenvolgens rekening houdt met 2 uur, 3 uur en 4 uur tussen dutjes: 2 uur: tel 2 uur op bij het moment van wakker worden om het tijdstip van het eerste dutje te bepalen.
Slaapregressie 4 maanden: omrollen. Slaapregressie 8 maanden: zitten en kruipen. Slaapregressie 12 maanden: beginnen met lopen. Slaapregressie 18 maanden: zelfstandig lopen.
Rond het derde levensjaar stoppen de meeste kinderen met het middagslaapje. Ze gaan dan naar een langere aaneengesloten slaap 's nachts van twaalf tot dertien uur. Terwijl het voortzetten van dat slaapje misschien helemaal niet zo'n verkeerd idee zou zijn!
Het kan daarom soms helpen om je kindje wakker te maken voor 7.30 uur en bij het ochtenddutje. Afhankelijk van de leeftijd van je kindje kan je het ochtenddutje vanaf de leeftijd van vier maanden inkorten naar een uur, 45 minuten of zelfs een half uur als je kindje 's middags lastig slaapt.
Laat je baby in eigen bedje slapen:
Vooral overdag hebben ouders dan de neiging maar wat toegeeflijk te zijn en het kindje in de box of op schoot te laten slapen. Het gevaar daarvan is dat de baby helemaal niet meer in zijn eigen bedje wil slapen en bovendien ook overprikkeld raakt.
Je kunt je baby een paar minuutjes laten huilen, in de hoop dat de baby zichzelf in slaap 'jengelt', maar als de baby na een paar minuten nog niet slaapt, ga dan naar je baby toe om hem te troosten.
Hoe lang duurt een powernap? Volgens de meeste onderzoeken is een powernap van ongeveer 20 minuten het meest effectief. Tijdens deze 20 minuten blijf je in lichtere slaap en hierdoor wordt je ook weer makkelijk wakker. Slaap je langer dan dit, bijvoorbeeld een uur, kom je in je REM-slaap.
Het is verstandig het middagdutje geleidelijk aan af te bouwen. Om het slaapje af te bouwen, maak je het bijvoorbeeld telkens een kwartier korter. Breng je kind dan 's avonds wel wat eerder naar bed. Een andere manier om het middagslaapje peuter af te bouwen, is je kind om de dag 's middags te laten slapen.
Spreek met jezelf (en je partner) af, hoe lang jullie het kind laten huilen. Een richtlijn is minimaal 3 tot maximaal 10/15 minuten.
Veel mensen denken vaak dat de siësta langer dan één uur duurt, maar dit is echter niet waar. Officieel duurt een siësta maar tussen de 15 en 30 minuten en kan het gezien worden als een soort middagdutje.
Kinderen tussen 1 en 3 jaar slapen 's nachts gemiddeld 10 tot 12 uur. Het middagdutje neemt af van 2 tot 3 uur naar 1 tot 2 uur. Daarna slapen kinderen tot 6 jaar ongeveer 10 tot 12 uur per nacht, zonder middagdutje.
Ons advies is om de ochtenddut niet te lang te laten duren. Met een kort ochtendslaapje zorg je ervoor dat je baby nog voldoende slaap over heeft voor een langer middagdutje. Is het ochtendslaapje te lang? Dan hebben baby's vaak meer moeite met een (langere) middagslaap.
Tijdens een slaapregressie zal je meestal een aantal veranderingen zien in het gedrag en de gewoontes van je baby, zoals: Meer honger en frequenter eten. Regelmatig wakker worden 's nachts. Korte dutjes of zelfs weigeren om te slapen overdag.
Droomvoeding is de voeding die je aan je baby geeft rond het moment dat jij gaat slapen. Normaal gaat het vaak zo: je baby drinkt om 19.00 – 20.00 uur de laatste fles van de avond.
De meeste baby's en jonge kinderen worden wakker tussen 6:00 en 7:00. Wordt een kindje wakker voor 6:00, dan wordt dat als extreem vroeg gezien. Er zijn baby's die af en toe om 5:30 wakker worden, maar er zijn ook kleintjes die er een gewoonte van maken om iedere ochtend al om 4:30 de dag willen beginnen!
Je baby zal gemiddeld tussen de 3 en 6 maanden in de wieg kunnen liggen, daarna is ze te groot en moet ze verhuizen naar het ledikant. Wiegen zijn er in alle soorten en maten.
Wat is slaapregressie? Een slaapregressie is een periode waarin je baby slechter slaapt. Je baby wordt 's nachts regelmatig wakker en kan vervolgens niet of moeilijk meer in slaap komen. Het kan elke baby overkomen: baby's die altijd al wat moeilijker slapen, maar ook baby's die voorheen sliepen als een roosje.