De molens zullen hebben een ashoogte van 135 meter, een tiphoogte (ashoogte + lengte van een molenwiek) van 198 meter. De diameter van de vereiste fundering is 26 meter, de hoogte 4 meter. In elke fundering is 1400 m³ beton nodig en 9 ton wapeningsstaal.
Er wordt een betonnen fundering gestort waar de windmolen op komt te staan. Het is uiteraard belangrijk dat de windmolens ook tijdens harde wind blijven presteren. Deze prestatie begint bij een goed fundament. Het standaard fundament heeft een diameter van 4400mm en 1000mm diep.
In de voet van de windturbine is 34000 kg bewapening aangebracht en wordt ongeveer 400 m3 beton gestort. Afhankelijk van de breedte van de voet is deze hoeveelheid nog veranderlijk. Glansbeton begeleidt u uiteraard in de berekening van de nodige hoeveelheden.
De meeste windmolens op zee, zoals voor de Nederlandse kust, staan op de zeebodem. Dat kan tot ongeveer 60 meter diepte. Als de zee te diep is voor een vaste constructie, biedt de drijvende windturbine uitkomst.
Het park C-Power met 54 windmolens ligt op 27 kilometer uit de kust van Zeebrugge op de Thorntonbank. De diepte varieert van 10 tot 25 meter. Het park heeft een oppervlakte van 18 km² en een totaal vermogen van 300 megawatt.
Windmolens staan soms stil omdat we tijdelijk de opwek verminderen of zelfs volledig stoppen met de opwek van windenergie. Dit noemen we curtailment. De voornaamste reden hiervoor is dat de vraag naar stroom lager is dan het aanbod.
Een verplichting om bij massale vogeltrek de windturbines (nagenoeg) stil te zetten om botsingen met de wieken te voorkomen.
Een windmolen neemt aan de voet een ruimte van 15 x 15 meter in beslag. Om de molen te bouwen en voor periodiek onderhoud is verder een verharde kraanopstelplaats nodig van maximaal 40 x 60 meter.
Op de Maasvlakte 2 draaien sinds kort gigantische bladen met een lengte van 107 meter. Deze behoren toe aan de Haliade-X 12 MW, 's werelds krachtigste windturbine. Hij is 248 meter hoog, heeft een vermogen van 12 megawatt en kan daarmee genoeg energie opwekken om 16.000 huishoudens in de regio van stroom te voorzien.
Bij de meeste windmolens kun je, als je er in staat, helemaal naar de top kijken. Bij deze kon dat niet, door een extra plafond op zo'n drie meter hoogte. 'Dat is toch wel balen', hoor je meerdere mensen zeggen.
Een windmolen met een vermogen van 3 MW kan in theorie 6,5 miljoen kWH aan stroom per jaar opwekken. Een gemiddeld huishouden in Nederland verbruikt zo'n 3000 kWh per jaar. Dit wil dus zeggen dat één windmolen 2100 huishouden van stroom kan voorzien.
Een onshore windmolen van 0,6MW1 met een hoogte van 50 m en een rotordiameter van 40 m bevat grofweg 57 ton staal. Daarbovenop komt dan nog 3 ton koper, 300 kg aluminium en ongeveer 4,5 ton versterkt epoxyhars voor de rotorbladen.
Wetenschappers hebben een bijzondere windturbine ontwikkeld: zonder wieken. Ze zijn stiller, werken met veel en weinig wind en zijn de helft goedkoper. Verticale, witte palen van zo'n 12 meter hoog die groene stroom opwekken.
Deze turbines hebben een rotordiameter (de doorsnede van de cirkel die de wieken maken) van ongeveer 165 meter. Met één van de bladen in de hoogste (verticale) stand is de turbine ongeveer 190 meter hoog. Windturbines van 12 MW zijn inmiddels ook beschikbaar.
Windmolens zijn opgebouwd uit vooral beton (voor de fundering) en staal (toren). Voor de bladen maakt men gebruik van kunstvezels (glasvezel, carbon) in combinatie met composieten. Voor één windturbine is zo'n 900 ton staal, 2.500 ton beton en 45 ton kunststoffen benodigd.
Koploper is Denemarken dat met een vergelijkbaar vermogen aan windturbines als Nederland in 48% van de elektriciteitsbehoefte voorziet.
Windturbines hebben een levensduur van 20-25 jaar.
Dit zorgt voor de nodige problemen, want er is geen plan voor wat er gedaan moet worden met de oude onderdelen. Elke wieken weegt ongeveer 1400 kg en is gemaakt van glasvezel, koolstofvezel en andere moeilijk recyclebare materialen.
De wieken van een windturbine zijn belangrijke onderdelen. Moderne wieken zijn gemaakt van met glasvezel of koolstofvezel versterkte kunststof. De maximale bladlengte van moderne windturbines ligt rond de 65 meter bij turbines op het land en rond de 85 meter bij offshore turbines.
Maar als er de ruimte is om meer zonnepanelen te plaatsen, kan de productie van een zonnepark wel vergelijkbaar zijn met die van een moderne windmolen. Om evenveel op te wekken als één van onze windmolens van Windpark Deil, is er circa elf á vijftien hectare aan zonnepanelen nodig.
Altijd met de neus in de wind
Een windvaan boven op de molen meet uit welke richting de wind komt. Een motor, de kruimotor, draait de gondel precies met de wieken naar de wind. Pitch-motoren draaien de wieken zelf in of uit de wind. Zo profiteert de windturbine steeds van de windsnelheid en windrichting.
Bij een windturbine met drie wieken worden de krachten beter verdeeld, waardoor ze steviger en stabieler staat. Je zou perfect een windturbine met vier of vijf wieken kunnen maken, maar dat zou de turbine nodeloos zwaar en duurder maken. Met één of twee wieken ligt de rotatiesnelheid dan weer hoger.
Een windmolen heeft een snelheidsbegrenzer.Waait het te hard dan draaien de bladen minder snel of staan ze zelfs helemaal stil. Bij windkracht 11 of hoger is anders de kans op ernstige schade aan de windmolen groot.
Heb je je ooit afgevraagd waarom windmolens niet draaien, terwijl het toch lekker waait? Het antwoord klinkt misschien vreemd: dat komt door de wind! Als het heel hard waait zetten we de wieken vaak stil om schade aan de windmolen te voorkomen.