De verpleegkundige zal een kleine hoeveelheid van de opgetrokken vloeistof op het pH-indicatiepapier druppelen. Als de pH-waarde 5,5 of lager is, ligt de sonde op de juiste positie in de maag. Als dit het geval is, wordt de sonde doorgespoeld met 20-50 ml lauw water en het dopje wordt weer teruggeplaatst op de sonde.
Schuif tijdens de slikbeweging de sonde rustig door totdat de markering op de sonde bij de neus zit. Controleer daarna of de sonde in de maag ligt. Als de sonde goed zit, plak deze dan meteen goed vast op de wang. Dan kan deze er niet meer uit glijden.
U kunt ook controleren of u maagsap op kunt trekken. Dit doet u door een lege spuit op het kraantje te zetten en vervolgens de spuit op te trekken. Komt het maagsap omhoog, dan weet u dat de sonde nog goed in de maag ligt. Krijgt u geen maaginhoud terug, wil dit niet zeggen dat de sonde niet goed zit.
De neusmaagsonde is een dun buigzaam slangetje. Een maag darm en leverarts plaatst die via de neus en slokdarm in de maag. Het materiaal van de sonde heet polyurethaan (PUR) en kan ongeveer 6 tot 8 weken blijven zitten.
De 'limonadetest' wordt beschreven als mogelijke methode om te bepalen of de sonde in de maag ligt bij personen met een goede slikfunctie die mogen drinken, maar waarbij moeilijk aspiraat kan worden verkregen of waarbij twijfel is over de pH van het aspiraat.
Jumbo verovert het brons. De siroop is zeer stroperig en robijnrood, en de smaak zoet, zonder door te slaan. Net als bij de biolimo van Albert Heijn - één tree hoger op het podium - is in het fruitsmaakje echter maar moeizaam aardbei te herkennen.
Het gebruik van sondevoeding kan complicaties met zich meebrengen. Misselijkheid en diarree zijn de meest voorkomende complicaties. Daarna volgen ongemakken veroorzaakt door een verstopte sonde.
Sondevoeding is dunne, vloeibare, volwaardige voeding die via een slangetje (sonde) rechtstreeks in de maag of de dunne darm (jejunum) kan worden toegediend. Het wordt gebruikt als volledige voeding of als aanvullende voeding. Sondevoeding wordt ook wel enterale voeding genoemd.
Dit zijn voedingssondes die via een kleine, hiervoor gemaakte opening (fistel) door de buikwand in de maag zijn geplaatst. Het grootste verschil tussen de PRG- en de PEG-sonde is de manier van plaatsing. De PEG-sonde wordt met een kijkbuis via de slokdarm geplaatst.
Gebruik bij (dreigende) verstopping: Spuit maximaal 20 milliliter natriumbicarbonaat 4,2% in de sonde. Laat 15 tot 30 minuten inweken. Spoel na met minimaal 20 milliliter lauwwarm water. De kleinste flesjes natriumbicarbonaat 4,2% bevatten 100 ml en zijn volgens de fabrikant na openen 24 uur houdbaar.
Probeer de sonde met een 5 ml spuitje met lauw kraanwater door te spuiten. Herhaal dit enkele malen. Als het niet lukt zal de sonde vervangen moeten worden. Neem contact op met de behandelend arts of de verpleegkundig consulent en overleg hoe verder te handelen.
De arts plaats een dun slangetje (katheter) via je neus in je slokdarm. Aan het uiteinde van het slangetje zit een meetpunt dat de zuurgraad meet. Dit meetpunt wordt verbonden met een kastje dat de metingen registreert. De arts plaats het meetpunt ongeveer vijf centimeter boven de maagingang.
Doorspoelen met lauw water
Ter voorkoming van verstopping van de sonde: Na elke toediening van sondevoeding moet u de sonde met 20-30 ml lauw water doorspoelen. Als u continu sondevoeding krijgt, dient u 4 tot 6 keer per dag de sonde door te spuiten om deze schoon te houden.
Dompelen PEG(J)-sonde
Hiermee wordt voorkomen dat het inwendige plaatje dat in de maag zit in het maagslijmvlies vast gaat groeien. De sonde mag niet gedraaid worden!
Hoe lang de maaghevel blijft zitten, is afhankelijk van de productie. De maag produceert ongeveer 1 tot 2 liter maagsappen per dag (dit hevelt de maaghevel eruit).
De sonde mag niet gedraaid worden! De dunnere sonde die door de PEG-sonde heen is gevoerd kan hierdoor namelijk terug krullen naar de maag. Het uiteinde van de sonde kan dan vanuit de darm in de maag terechtkomen.
Het is belangrijk de sonde goed open te houden. Om verstopping te voorkomen adviseren wij u het volgende: Spuit de sonde na elke portie sondevoeding door met lauw kraanwater. Spuit tijdens continue voeding de sonde iedere 4 uur per dag door met 20 ml lauw kraanwater.
93% van de patiënten met sondevoeding had een passagestoornis van oesofagus of maag en 58% van de patiënten met PV had een ileus. De mediane overleving was 17 weken voor de patiënten met SV en 12 weken voor de patiënten met PV; 29% was overleden binnen 6 weken.
Wat kan ik doen bij irritatie aan mijn neus, keel of slokdarm? Het kan zijn dat een voedingssonde irritatie geeft aan de neus, keel of slokdarm. Te dikke of te stugge sonde. Sonde drukt te lang op een plaats van de neus.
Bij een sonde via de neus en keel blijft er voldoende ruimte over om daarnaast nog 'gewone' voeding te kunnen slikken als dat medisch gezien toegestaan is. Sondevoeding kan als volledig voeding worden ingezet maar ook als aanvullende voeding worden voorgeschreven.
De ballonkatheter moet u dagelijks verzorgen. Ongeveer 1 keer in de 3 maanden moet deze vervangen worden. In deze folder leggen we u uit hoe u de ballonkatheter moet verzorgen en hoe de wissel verloopt.
Mogelijk wordt u misselijk doordat de sonde niet goed zit. Hierbij kan het helpen de positie van de sonde te laten verplaatsen; Mogelijk bent u misselijk doordat er een te hoge toedieningssnelheid is ingesteld. Door de toedieningssnelheid te verlagen zal de misselijkheid mogelijk kunnen zakken.
Deze patiënten worden behandeld via een neusmaagsonde, en krijgen via die weg vaak ook voeding toegediend. Je bepaalt regelmatig de maagretentie. Soms geef je het opgezogen maagvocht terug, soms niet, afhankelijk van de wens van de arts.