Aardappelen bewaren doe je daarom best op een koele (tussen 2 en 10 °C), donkere, droge en goed verluchte plaats (bv. kelder (kast)) in een geperforeerde papieren zak, een net of een open mand. Schud ze af en toe om. Bewaar aardappelen nooit in de koelkast.
Aardappelen bewaren doe je best in een geperforeerde papieren of juten zak, een net of een open mand. Plaats ze op een koele, donkere, goed verluchte en droge plaats (bvb. een kelder of berging), tussen 4 en 10°C is ideaal.
Wanneer u aardappelen al geschild heeft en deze nog wilt bewaren kan dit wel in de koelkast. De aardappelen blijven dan nog twee dagen goed.
Je kunt aardappelen in de koelkast bewaren als je thuis geen koele, donkere plek hebt. Doe dit alleen voor aardappelen om te koken en niet bij de aardappelen die je wilt frituren of bakken.
Alternatieve methodes om aardappelen kiemvrij te bewaren is ze onderbrengen in gekoelde ruimtes tussen de 5 en 7 graden; of ze behandelen met een plantaardig middel op basis van muntolie of karwijolie. Dat is het geval voor biologisch geteelde aardappelen waar geen chemische producten mogen op gebruikt worden.
Bewaar uien niet samen met aardappelen. Doe je dit wel, dan zullen de aardappelen sneller gaan rotten. Vermijd de koelkast als de uien ongeschild zijn. Uien nemen namelijk makkelijk vocht op en dat is in overvloed aanwezig in de koelkast.
Vroeger werden aardappels in grote hoeveelheden onder de grond bewaard, omdat er nog geen gekoelde magazijnen waren. Ze werden in een speciale ruimte gelegd zodat ze nog lang mee konden.
Bewaartip voor dit product. Laat restjes altijd snel afkoelen en zet ze goed afgesloten in de koelkast. Laat restjes niet langer dan 2 uur buiten de koelkast staan.
Eieren in de koelkast: langer vers
De koude temperatuur remt ook de groei van bacteriën. Ziekmakers zoals salmonella krijgen zo minder kans. Eieren bewaar je daarom het beste in de koelkast op 4 °C. Als je ze in het doosje bewaart, drogen ze niet uit en blijven ze langer goed.
Aardappelen Invriezen en bewaren. Aardappelen invriezen, en we begrijpen dat hier een aantal lezers bij zullen fronsen, is een prima methode om aardappels langer houdbaar te maken. Maar je kunt geen rauwe aardappelen invriezen, ze moet voor de tijd kort gekookt worden.
Krijg je visite? Mik dan op 250 gram ongekookte aardappelen per persoon. Dit is het gemiddelde voor een volwassene. Gebruik voor een grotere eter 300 gram aardappelen.
Ja hoor eet ze gerust, maar snij de uitlopers wel ruim uit. Op plaatsen waar uitlopers groeien, zit namelijk de natuurlijke gifstof solanine. Deze stof breekt niet af tijdens koken. Je kunt er allerlei klachten van krijgen, zoals buikpijn, diarree of koorts.
Bewaar aardappelen op een donkere, koele en droge plaats. Dit voorkomt de vorming van uitlopers en groene plekken met een hoog solanine-gehalte. Snijd groene plekken, uitlopers en beschadigde plekjes van aardappelen ruim weg. Snijd plekjes ook goed weg wanneer de aardappelen in de schil worden gegeten.
Primeuraardappelen of nieuwe aardappelen kunnen maar enkele dagen worden bewaard. Het zijn broze piepers met een flinterdunne pel. Schil ze niet voor het koken of het stomen en laat ze niet langer garen dan nodig. Zij moeten na het oogsten jong en snel worden gegeten.
Ongekookte, geschilde aardappelen kan je – onderdgedompeld in water – maximaal 2 dagen bewaren indien ze nog heel zijn. Als je ze niet in water bewaart worden de aardappelen snel bruin en zoet van smaak. Indien je ze reeds versneden hebt, is dit maar een halve dag.
Uitlopers ontstaan wanneer je een aardappel te lang of te warm bewaart. Als je aardappel uitlopers heeft, hoef je die niet meteen weg te gooien. Het is voldoende om ze te verwijderen en de ogen rond de uitlopers weg te snijden. Die bevatten namelijk solanine, een toxische stof die ook bij het koken niet verdwijnt.
Om temperatuurschommelingen te vermijden raden wij de supermarkten aan eieren niet in de koeling te bewaren. Door die temperatuurschommelingen zou er immers condens op de eischaal kunnen ontstaan waardoor bacteriën er zich gemakkelijker op kunnen ontwikkelen en door de poreuze schaal het ei kunnen binnendringen.
Eieren kunnen namelijk op twee verschillende manieren worden beschermd tegen salmonella. De eerste manier is door de schaal chemisch schoon te maken, zoals in Amerika. De schaal wordt zo wel kwetsbaarder en meer vatbaar voor andere bacteriën. En daarom bewaren ze daar eieren in de ijskast.
Het Voedingscentrum adviseert om niet meer dan 2 tot 3 eieren per week te eten. Dit omdat eigeel cholesterol en verzadigd vet bevat. Beiden, maar vooral verzadigd vet verhogen het cholesterol in je bloed. Dit is slecht voor je hart en bloedvaten.
Aardappels die gebruikt worden om te koken, kunnen wel in de koelkast worden bewaard. Als je aardappels gekookt hebt, zijn ze nog 2 dagen houdbaar in de koelkast en zo'n 3 maanden in de diepvries.
Ja, groene, bruine en beurse plekken en uitlopers moet je goed wegsnijden uit aardappels. In de uitlopers van oudere aardappelen en in de schil van onrijpe aardappelen kan namelijk de stof solanine voorkomen. In grote hoeveelheden is deze stof giftig voor de mens.
Bij het schillen van een aardappel wordt het vloeibare zetmeel in de aardappel blootgesteld aan de lucht en krijgt de aardappel snel een donkerroze of bruine kleur. Door de aardappel snel af te spoelen wordt het overtollige zetmeel verwijderd, zodat de aardappel minder snel verkleurt.
Het beste, en bij de groenteboer of boer kun je ze vaak zo kopen, zijn de jute zakken die vooral bij grotere hoeveelheden gebruikt worden. Aardappelen niet in de koelkast bewaren dat is eigenlijk net te koud. Het beste in een speciale bewaarbox of in een jute zak, en dan ook nog in de donkere kelder.
Hoe kan je voorkomen dat een aardappel begint te kiemen? Dat kun je voorkomen door de aardappelen in het donker en op een koele plaats te bewaren en er een appel tussen te leggen.
Je kunt ook uitgelopen aardappelen die je in de supermarkt heb gekocht gebruiken: snijd de aardappel in vier stukken en leg ze een paar dagen in de zon totdat ze beginnen uit te lopen. Week de aardappelen niet voor: het benodigde vocht voor het uitlopen zit in de aardappel zelf. Weken geeft een grote kans op rotting.