Wat betreft de vaste activa is de balanswaarde gelijk aan de aanschafwaarde minus de afschrijving/waardedaling op de vaste activa tot het moment waarop de balans wordt opgemaakt.
De waarde van een bedrijf of een deel daarvan zoals uit de balans kan worden opgemaakt. Het is de waarde waarvoor eigendommen in de boeken van een onderneming vermeld staan ten opzichte van.de aanschaffingswaarde, verminderd met afschrijving.
Je kunt de boekwaarde berekenen met een formule. Je neemt dan de aanschafwaarde minus de afschrijvingen en je vermenigvuldig dit met het aantal jaren. Vaak wordt de boekwaarde verwart met de restwaarde.
De term boekwaarde, of nettoboekwaarde, wordt gebruikt om te beschrijven hoeveel een bedrijf of bezit waard is op basis van de eigen financiën. Voor bedrijven is dit de totale waarde van de vaste activa minus de passiva.
Netto boekwaarde van een bedrijf
De nettoboekwaarde van de onderneming wordt weerspiegeld door de waarde van het eigen vermogen dat op haar balans staat, gelijk aan de aftrek van de activa minus de passiva hiervan.
Het eigen vermogen is een eenvoudige berekening van alle bezittingen minus de schulden. In formule kun je dit dus als volgt berekenen: eigen vermogen = bezittingen – schulden.
Een fabrikant van koffie koopt voor €25 aan koffie in. Uiteindelijk verkoopt de fabrikant deze koffie voor €75 aan de supermarkt. De waarde die dan door de fabrikant is toegevoegd is: 75 – 25 = €50.
De boekhoudkundige waarde of boekwaarde van een bedrijf is de waarde van alle activa, na aftrek van de schulden. Anders uitgedrukt stemt de boekwaarde dus overeen met het eigen vermogen van een bedrijf.
De boekwaarde betekent letterlijk de waarde van een onderneming volgens haar boeken (rekeningen) die tot uitdrukking komt in haar jaarrekening. Theoretisch betekent de boekwaarde het totale bedrag dat een onderneming waard is als al haar activa worden verkocht en alle verplichtingen worden terugbetaald.
Wat is activa en passiva op je balans
De activa bevat al je bezittingen, zoals je bedrijfspand, voorraden, vervoersmiddelen, maar ook het nog te ontvangen geld (debiteuren).
Een balans is een momentopname van de bezittingen, de schulden en het eigen vermogen van een onderneming. De balans bestaat uit twee gedeelten die met elkaar in evenwicht zijn: de activa (bezittingen) en de passiva (schulden en het eigen vermogen).
De restwaarde is het verschil tussen de aanschafkosten en de kosten van afschrijving. De formule: Aanschafwaarde – de afschrijvingskosten per jaar (x het aantal jaar) = restwaarde.
De boekwaarde is de waarde waartegen de activa en passiva op de balans zijn opgenomen. Voor de meeste balansposten is de boekwaarde ook de werkelijke waarde. Een banktegoed van 1000 euro is ook werkelijk 1000 euro waard. Maar soms kan de boekwaarde fors afwijken van de werkelijke waarde, zoals bij een gebouw.
Je maakt een balans kloppend door al je bezittingen en schulden onder elkaar te zetten. Uiteindelijk moeten aan beide kanten dezelfde bedragen bij elkaar opgeteld staan. Het verschil tussen je bezittingen en je schulden is je eigen vermogen. Door dit bedrag op de balans in te vullen, maak je de balans kloppend.
In een boekhouding zijn de balans en de resultatenrekening aan elkaar gekoppeld. Op de balans staan je bezittingen en schulden, en in de resultatenrekening staan je kosten en opbrengsten.
Aan beide zijden van de balans zijn zogeheten balansposten opgenomen. Tel je die aan één zijde bij elkaar op, dan krijg je het balanstotaal. Die zijn links en rechts - het woord zegt het al - in balans. Ze komen altijd op precies hetzelfde bedrag uit.
Je moet afschrijven in 5 jaar tot 0 inderdaad. Na 5 jaar is de boekwaarde nul, de bedrijfswaarde zal hiervan afwijken maar dat maakt verder niet uit. Je hebt dan geen afschrijvingskosten meer.
De formule voor deze berekening van de afschrijving luidt: afschrijving per jaar = (aanschafkosten - restwaarde) : vermoedelijke gebruiksduur. U koopt een machine. De aanschafprijs bedraagt € 30.000, de vermoedelijke gebruiksduur is 10 jaar en de restwaarde na 10 jaar is € 5.000.
De boekwaarde (ook wel boekhoudkundige waarde genoemd) is de waarde die onder activa op de balans staat. Voor de boekwaarde gebruikt u de rekensom: aanschafwaarde – afschrijvingen. Let wel op dat de boekwaarde op de balans vaak in waarde afwijkt van de werkelijke waarde indien u verkoopt.
Bedrijfswaarde berekenen op basis van vuistregels
Het gaat daarbij om formules als: 5 x de nettowinst. 0,75-1,5 x de jaaromzet. 1 x de intrinsieke waarde + 2 x de nettowinst.
De intrinsieke waarde van een bedrijf geeft aan wat de waarde is van het eigen vermogen van de onderneming. Denk dus aan het totaal van de gebouwen, machines, voorraden, liquide middelen en dergelijke, verminderd met de schulden.
Eigenlijk is het eigen vermogen het geld dat jij in je onderneming hebt gestopt, plus de winst die je maakt. Een gezond bedrijf heeft een positief eigen vermogen.
EBITDA geeft het kasgenererend vermogen van een onderneming weer en is daarmee dus een indicatie van de vitaliteit van het bedrijf. EBITDA staat voor Earnings Before Interest, Tax, Depreciation and Amortisation. Oftewel: winst vóór aftrek van rentekosten, belastingen, afschrijving en afboekingen.
Intrinsieke waarde heeft enkel betrekking op opties die in the money zijn. Een negatieve intrinsieke waarde zou betekenen dat de optie ofwel at the money ofwel out of the money is. Ook in de optiehandel dient men rekening te houden met de 'extrinsieke waarde'.
Vuistregels voor bedrijfswaardering
Veelgebruikte vuistregels zijn: 5 tot 8 keer de nettowinst. 3 tot 5 keer EBITDA.