Sensoren zijn een essentiëel gedeelte van het reguleringssysteem van verkeerslichten. Om een ononderbroken toename van het verkeer te confronteren, bestaat er een dwingende behoefte aan optimisatie met het oog op een vermindering van de verkeersopstoppingen, het energieverbruik en de CO2 uitstoten.
Elk verkeerslichtsignaal heeft een timer of sensor , die helpt bij het regelen van de verkeersstroom. In grote steden, waar voertuigen dag en nacht kruispunten oversteken, wordt het verkeer meestal bepaald door verkeerslichten die timers gebruiken.
Bijna alle verkeerslichten werken hetzelfde
In het wegdek zitten detectielussen die ervoor zorgen dat de regelautomaat signalen doorkrijgt. Deze lussen zijn gemaakt van koperdraad. Als het ijzer aan de onderkant van de auto in contact komt met een detectielus, weet de regelautomaat dat er een auto staat te wachten.
Wat als de defecte verkeerslichten helemaal niet werken? Als de verkeerslichten op een zodanige manier defect zijn dat ze gewoon helemaal niet werken, schieten de normale verkeersregels terug in gang. Dat wil zeggen dat je je gedraagt alsof er helemaal geen lichten zouden staan.
Rood betekent stoppen, geel betekent stoppen als dit nog mogelijk is en groen betekent doorrijden. Vanaf deze positie mag je niet van rijstrook wisselen. Je ziet dit aan de ononderbroken witte belijning. Matig je snelheid, het verkeerslicht kan op rood staan.
Verkeerslichten detecteren voertuigen doorgaans met behulp van digitale sensoren die op de lichten zelf zijn gemonteerd, of via een inductielus die in het wegdek is ingebouwd . Beide methoden stellen het verkeerssysteem in staat om stilstaande voertuigen op het kruispunt in de gaten te houden en het verkeer soepel te laten doorstromen.
De regelautomaat krijgt signalen van lussen die in het wegdek bij elke rijstrook liggen of van een signaal die de fietser of voetganger via een drukknop geeft. De lus in het wegdek kun je gewoon zien liggen: het zijn die zwarte vierkanten of rechthoeken in het asfalt.
Op dit moment zijn er 1450 van deze verkeerslichten in Nederland. De meeste zijn van provincies en gemeenten. Rijkswaterstaat beheert er 22 en wil dat aantal uitbreiden.
Als verkeerslichten niet werken kan dit voor gevaarlijke situaties zorgen. Meld een kapot verkeerslicht dan ook zo snel mogelijk bij de gemeente. Er kan dan meteen actie worden ondernomen voor herstel. Of u constateert dat verkeersborden kapot of verdwenen zijn, dan horen we dat graag.
Knipperende signalen
Een knipperend rood licht heeft dezelfde betekenis als een STOP-bord. U moet volledig stoppen . Kijk vervolgens beide kanten op en rijd pas verder als de kruising vrij is. Een knipperend geel licht betekent VOORZICHTIG. Rijd langzamer, kijk goed en rijd voorzichtig verder.
Een detectielus werkt op basis van een inductief of magnetisch veld. De lusdetector neemt een voertuig waar doordat het metaal in het voertuig het inductief of magnetisch veld van de detectielus verstoort. Die verstoring veroorzaakt een meetbare verandering in de wisselstroomeigenschappen van de detectielus.
Een lichtsensor is een slimme schakelaar die lampen automatisch aan of uit kunnen doen op basis van het lichtniveau. De lichtsensor meet de hoeveelheid licht door middel van fotoweerstand (of LDR), waarbij de weerstand afhankelijk is van de hoeveel licht.
Infraroodsensoren worden doorgaans gebruikt in verkeerslichten om de aanwezigheid van voertuigen op een kruispunt te bepalen. In tegenstelling tot inductieve lussen worden infraroodsensoren boven het hoofd gemonteerd. Er zijn twee soorten infraroodsensoren: actief en passief. Actieve infraroodsensoren zenden laag-niveau infraroodsignalen uit in een specifieke zone.
Als u bent aangereden voor een verkeerslicht is over het algemeen de bestuurder aansprakelijk die u van achteren heeft aangereden. Maar het kan zijn dat de situatie niet zo zwart-wit en zo duidelijk is.
Infraroodsensoren : Verbetering van verkeersdetectie en -controle
Door verkeersvolumes te analyseren, faciliteren ze tijdige signaalaanpassingen, wat zorgt voor continue doorstroming en veiligheid. Hoewel dit een veelvoorkomend type verkeerslichttechnologie is, is het nog nieuw in de geschiedenis van verkeerslichten.
Meld het. Bel 14 010 bij gevaar. Ook bij geen direct gevaar mag u bellen.
Rijd je door het oranje licht, maar niet te snel dan word je niet geflitst of beboet. Rijd je daarentegen door het oranje terwijl je het gaspedaal dieper indrukt dan wettelijk toegelaten, dan word je geflitst en beboet voor beide verkeersovertredingen.
In Bhutan zijn geen stoplichten aanwezig, maar soms wel een verkeersregelaar. Verleen op kruisingen altijd voorrang en volg altijd de aanwijzingen op van een verkeersregelaar.
De stoplichten communiceren met de apps Flitsmeister en Karta. Later kunnen daar nog Google Maps en Waze bijkomen. Flitsmeister laat aan de verkeerslicht weten dat je eraan komt. Is er dan geen ander verkeer op het kruispunt, dan gaat het stoplicht alvast op groen.
E-wegen (Europese autosnelwegen) zijn rijkswegen met een Europese aansluiting op buitenlandse doorgaande wegen.
Zo zet zij slimme verkeerslichten in (intelligente verkeersregel-installatie- iVRI's). Deze slimme verkeerslichten helpen het verkeer te regelen met behulp van data van navigatie apps van weggebruikers. Zo kunnen verkeerslichten in een eerder stadium verkeer zien “aankomen”.
Dichter bij het verkeerslicht liggen vaak twee andere lussen, de 'lange lus' en de 'koplus'. Deze detecteren wanneer het laatste voertuig is gepasseerd en het verkeerslicht op geel en rood kan. Er zijn ook eenvoudige toepassingen, het automatisch openen en/of sluiten van bijvoorbeeld een hek, deur of slagboom.
De timing van verkeerslichten wordt beheerd door een speciale computer, een verkeerslichtcontroller . Deze controller is geprogrammeerd met de tijd die nodig is voor elke signaalfase (groen en looptijden) en ontruimingstijden (rood, geel en loop niet).
Er zijn ook zebrapaden waar een stoplicht bij staat. Deze zebrapaden hebben eigenlijk geen functie.Voetgangers hebben dan namelijk zelfs geen voorrang als de stoplichten het niet doen.