Het antwoord hierop is ja. Het is opvallend dat er zo veel vragen zijn over het vaststellen van dyslexie bij hoogbegaafde kinderen. Dyslexie staat namelijk los van intelligentie en er is dus geen verschil met beneden gemiddeld of gemiddeld begaafde kinderen bij het vaststellen van dyslexie.
Vaak vrezen ouders dat een dyslexiediagnose aangeeft dat hun kind minder intelligent is dan leeftijdsgenoten. Toch is dyslexie niet exclusief voor een bepaald intelligentieniveau; het kan individuen treffen met een gemiddeld, bovengemiddeld en hoogbegaafd intellect.
Als een kind dyslexie heeft en daarnaast ook hoogbegaafd is, dan noemen we dat een dubbeldiagnose of in in het Engels: Twice-Exceptional. Een kind heeft dan 2 kenmerken die op elkaar inwerken, maar elkaar ook maskeren. Door de hoge intelligentie zijn ze bijvoorbeeld in staat om hun dyslexie goed te compenseren.
Voor de classificatie of onderkennende diagnose (antwoord op de vraag: 'Is er sprake van dyslexie? ') is een intelligentiebepaling alleen aan de orde om mentale retardatie als eerste diagnose uit te sluiten. Gewoonlijk geldt een IQ van 70 daarvoor als grens.
In werkelijkheid zijn de twee – dyslexie en intelligentie – niet gerelateerd . De misvatting dat kinderen met dyslexie niet intelligent zijn, komt voort uit een paar factoren: Misinterpretatie van prestaties: aangezien dyslexie voornamelijk lezen en schrijven beïnvloedt, kunnen kinderen met dyslexie moeite hebben met academische taken.
Personen met leerproblemen zijn over het algemeen (maar niet noodzakelijkerwijs) bovengemiddeld intelligent. Er ontstaat altijd een discrepantie tussen het gemeten IQ van het individu en het prestatie-IQ. Bijvoorbeeld, het individu kan een gemeten IQ van 125 hebben, maar als gevolg van dyslexie, leesvaardigheden die onder het gemiddelde liggen .
Ben je leerling op het atheneum? Dan kun je in bepaalde gevallen vrijstelling krijgen voor een 2e moderne taal naast Engels. Bijvoorbeeld als je dyslexie hebt of een andere taal dan Nederlands of Fries als moedertaal. De vrijstelling is geen recht, het schoolbestuur beslist hierover.
Hoewel ADHD geen invloed heeft op je intelligentie, blijven je (cognitieve) prestaties vaak achter. Omdat taken vaak niet lukken, kan dit leiden tot frustraties en een negatief zelfbeeld. Voor kinderen is het op school moeilijk om stil te zitten en voldoende concentratie voor opdrachten op te brengen.
“Dyslexie is een specifieke leerstoornis die zich kenmerkt door een hardnekkig probleem in het aanleren van accuraat en vlot lezen en/of spellen op woordniveau, dat niet het gevolg is van omgevingsfactoren en/of een lichamelijke, neurologische of algemene verstandelijke beperking.”
Het antwoord hierop is ja. Het is opvallend dat er zo veel vragen zijn over het vaststellen van dyslexie bij hoogbegaafde kinderen. Dyslexie staat namelijk los van intelligentie en er is dus geen verschil met beneden gemiddeld of gemiddeld begaafde kinderen bij het vaststellen van dyslexie.
Uit sommige onderzoeken is ook gebleken dat dyslexie vaker voorkomt bij hoogbegaafde mensen in beroepen waarin ruimtelijk inzicht een rol speelt , zoals kunst, wiskunde, architectuur en natuurkunde.
100 is het gemiddelde dat overeenkomt met mavo/vmbo-denkniveau. Vanaf een score van 130 spreekt men van hoogbegaafdheid. Met een IQ score tussen de 120 en 130, wordt vaak gesproken over 'meerbegaafd'. Een score van 145 of meer valt in de categorie 'uitzonderlijk begaafd'.
Bij dyslexie gaat het vaak om beelddenken of conceptueel denken: denken via plaatjes, beelden of filmpjes in je hoofd die soms razendsnel leiden tot een idee, een conclusie, een ontwerp. Oplossingen vóór je zien, terwijl anderen nog over het probleem praten.
Ze zijn misschien erg creatief met kunst, of goed in sport, of in het aansturen van een groep mensen voor een gemeenschappelijk doel, of in hun sociale interactie . Een dyslecticus kan bijvoorbeeld niet goed tekenen, maar is misschien wel heel goed in sporten.) Sterke punten van dyslectici zijn onder meer: Goede probleemoplossers. Creatief.
Hoogbegaafden zijn ook intelligent, maar dat is niet het enige. Hoogbegaafdheid is de aanleg om tot uitzonderlijke prestaties te komen.Het is dus meer dan intelligentie alleen, want dat is slechts de score uit een intelligentieonderzoek. Men spreekt van hoogbegaafdheid bij een IQ van boven de 130.
Zelfs als je een laag IQ hebt, kun je op veel andere manieren slim zijn en veel andere talenten en vaardigheden hebben die niet op één enkele test worden weerspiegeld . Andere factoren zoals hard werken, veerkracht, doorzettingsvermogen en algemene houding zijn belangrijke puzzelstukjes.
Niet iedereen kan even slim zijn. Naast heel slimme mensen bestaan er ook mensen die laag scoren op een IQ-test.
Er is een aanzienlijke overlapping van kenmerken tussen mensen met ADHD, een hoog IQ en creativiteit, zoals nieuwsgierigheid, ongeduld, veel energie, lage tolerantie voor verveling, charisma, non-conformisme, risicobereidheid en weerstand tegen autoriteit.
Vrijwel iedereen heeft weleens een Disney klassieker gezien, maar vele weten niet dat de oprichter zelf, Walt Disney, dyslexie heeft. Als kind kreeg hij vaak van leraren te horen dat hij teveel zat te dagdromen. Door zijn dyslexie had hij veel moeite met lezen en spelling en ging hij daarom veel liever tekenen.
Uit studies van de hersenen en het gedrag van mensen met dyslexie blijkt immers dat ze globaal denken en daardoor goed zijn in het 'grote geheel' zien. Ze verkennen graag het onbekende en zijn bovengemiddeld creatief en inventief.
1 van Nederlands bekendste YouTube-sterren is Jordi van den Bussche, beter bekend als Kwebbelkop. Het feit dat hij dyslectisch is, heeft hem er nooit van weerhouden dingen uit te proberen.
Er is niet één enkel "dyslexie-gen"; momenteel zijn er meer dan 40 genen gekoppeld aan dyslexie, elk waarschijnlijk met een klein effect op zichzelf. Er is in geval van dyslexie geen enkel "dominant" of "recessief" gen.
vindt het lastig om rijtjes, spellingregels en soms ook tafels te onthouden. heeft moeite met het onthouden van vaste woordcombinaties, uitdrukkingen of gezegdes. heeft moeite met snel lezen en nauwkeurig lezen (in verhouding tot klasgenootjes). vertoont ontwijkend gedrag als hij of zij moet lezen.
Leerlingen met dyslexie hebben het recht om gelijk behandeld te worden, net zoals alle andere leerlingen. Dit is geregeld in de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte (WGBH). Scholen zijn verplicht om aanpassingen te doen als u of uw kind hierom vragen.