Bij veel vormen van kanker komen uitzaaiingen naar de botten voor, ook wel botmetastasen genoemd. Deze kunnen zorgen voor hevige pijn en botbreuken. Bestraling geldt als de standaardbehandeling voor deze uitzaaiingen, met als doel de pijn te verlichten en de functie van het bot te behouden.
Botpijn komt voor als er uitzaaiingen zijn in een van de botten van het skelet. Botpijn wordt vaak omschreven als een diepe, doffe pijn (zoals groeipijn) die je niet echt kunt 'aanraken'. Tumoren en uitzaaiingen scheiden ook chemische stoffen af die soms ook rechtstreeks pijnzenuwen prikkelen en dus pijn veroorzaken.
Het vaakst in de botten. Mogelijke klachten bij uitzaaiingen zijn: botpijn, misselijkheid, hoofdpijn, benauwdheid en vermoeidheid. Bij uitzaaiingen zijn er behandelingen mogelijk die uw leven verlengen en klachten verminderen, bijvoorbeeld bestraling tegen pijn.
Maar de overleving van mensen met bot- en wervelmetastasen neemt toe. Botmetastasen geven veel pijn en tasten de mobiliteit aan, zeker als er een fractuur ontstaat. Patiënten kunnen dan volledig bedlegerig worden, wat de kwaliteit van leven en de conditie enorm aantast.
De levensverwachting van iemand met botuitzaaiingen hangt af van de soort kanker die naar de botten is uitgezaaid. En van hoe agressief die kankercellen zijn. Een aantal andere zaken zijn ook van invloed op de levensverwachting: andere plaatsen in het lichaam waar uitzaaiingen zitten.
Voordat zo'n uitzaaiing zichtbaar wordt moeten er enkele jaren verstrijken. Na vijf (of soms tien jaar) tumorvrij te zijn, gaat men ervan uit dat er geen uitzaaiingen waren. In feite was iemand dus al genezen op het moment dat de behandeling was gestopt. Het kan ook dat de kanker 'terugkomt'.
Nee, kanker opsporen met alleen een bloedafname, zonder te zoeken naar een specifieke kanker, kan niet. Als een arts een bepaalde kanker vermoedt, kan hij in een aantal gevallen wel (proberen) die op te sporen in het bloed. Meestal volstaat een bloedonderzoek echter niet.
Zoledroninezuur bindt zich aan het calcium (kalk) in het bot. Dit remt de afbraak van de botten. De snelheid van afbraak en opbouw van de aangetaste botten neemt af. Hierdoor heeft u minder botpijn en minder kans op botbreuken.
Helpt paracetamol met of zonder NSAID's onvoldoende, dan kan de arts morfine of een morfineachtige pijnstiller (opioïd) voorschrijven. Meestal schrijft de arts oxycodon (tablet), morfine (tablet) of fentanyl (pleister) voor.
Uitzaaiingen die mogelijk kunnen genezen zijn: uitzaaiingen in de lever, of. 1 of een paar uitzaaiingen in de longen, of. uitzaaiingen in het buikvlies en de buikholte.
Een MRI-scan maakt een serie foto's van het lichaam of een deel ervan. Hiermee kan de arts een beter beeld krijgen van de uitzaaiing en de weefsels eromheen.
Uitzaaiingen kunnen al bij de eerste diagnose aanwezig zijn, maar ook pas jaren later ontstaan. Als kankercellen losraken van de tumor, worden ze via het bloed of lymfebanen, of via beide, naar andere organen verspreid.
Wervelbreuken zijn in feite het ergste, deze ontstaan dikwijls ongemerkt. Soms ontstaat de pijn acuut, bijvoorbeeld in de rug doordat een wervel inzakt. Inzakken klinkt niet zo dramatisch maar is toch ook een breuk! De pijn is dan heftig, neemt langzaam af en kan na een aantal weken ( 6-8) helemaal weg zijn.
De fysiotherapeut helpt u om rustig in beweging te komen én te blijven. In veel gevallen zal de arts ook een pijnstiller voorschrijven. Omdat paracetamol vaak goed werkt, is dat de eerste keus. Vermindert paracetamol de pijn onvoldoende, dan krijgt u een sterkere pijnstiller.
Deze pijn kan brandend, tintelend, koud, stekend aanvoelen. Daarnaast is er vaak spontane pijn, elektrische scheuten, dof gevoel (ondanks pijn) en abnormaal pijngevoel bij een normale aanraking.
Bot- of wervelbreuken veroorzaken vanzelfsprekend ook pijn. En als je houding en manier van lopen verandert, kun je bovendien last krijgen van spierpijn.
Tramadol is een sterke pijnstiller. Morfine, fentanyl en oxycodon zijn heel sterke pijnstillers. Bijwerkingen zijn suf zijn, moeilijk poepen, duizelig zijn en verslaving.
De hoogste score werd gehaald door de combinatie ibuprofen (400 of 200 mg) plus paracetamol (1000 of 500 mg). Interessant weetje: een kop sterke koffie bleek het effect van de meeste pijnstillers nog te versterken. Er werden geen noemenswaardige nevenwerkingen gemeld na eenmalige inname van de diverse pijnstillers.
Terwijl de tafel verschuift, maakt de CT-scan een aantal foto's. Op een foto is telkens een ander stukje van het orgaan of weefsel afgebeeld. Deze foto's maken een tumor en eventuele uitzaaiingen zichtbaar. Ze laten ook zien hoe groot de tumor is en welke vorm deze heeft.
Het woord 'uitbehandeld' betekent voor iedereen die kanker heeft wat anders. Soms kan het betekenen dat je niet meer lang zult leven. Het kan ook inhouden dat je nog jaren kunt leven. Je ziekte is niet te behandelen of te genezen, maar gelukkig niet zo agressief dat je direct moet vrezen voor je leven.
Kankercellen voeden zich, meer dan gezonde cellen, met suikers. Daarom zou een beperking van suikerinname via de voeding in theorie tumorgroei kunnen helpen vertragen. In de praktijk gebeurden de meeste wetenschappelijke studies die het verband tussen suiker en kanker bestudeerden, op dieren.
De arts kan longuitzaaiingen ontdekken doordat op een röntgenfoto afwijkingen zijn te zien. Een röntgenfoto van de longen kan horen bij standaardonderzoek na de diagnose kanker. Dit onderzoek gebruikt de arts om vast te stellen of er uitzaaiingen zijn.