De of het koekje? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord koekje? Is het de koekje of het koekje? Het juiste lidwoord dat je voor het woord koekje moet gebruiken is:
Het koekje
Aanwijzend voornaamwoord koekje
Dit of deze koekje: dit koekje
Dat of die koekje: dat koekje

Bezittelijk voornaamwoord koekje
Onze of ons koekje: ons koekje
Jouw of jou: jouw koekje

Elke of elk koekje?
Elk koekje
Gerelateerd aan koekje