De meest gangbare stoffen voor broeken zijn: jeansstof (denim) met of zonder stretch, gabardine, bengaline, linnen, (stretch)katoen.Je kunt ook ribcord of wol gebruiken.
Als we uitgaan van een stofbreedte van 1.40m of 1.50m dan geldt tot maat 40 dat je één keer de lengte van de broek nodig hebt voor een wijder model broek. Voor een wijde broek heb je twee keer de lengte nodig.
De broek kun je maken van rekbare stof. Dit kan een stevige jersey/tricot zijn, maar er zijn ook synthetische stoffen met rek erin die ook heel geschikt zijn! De populaire ribstof is natuurlijk ook goed en zeker een heerlijk stofje om te dragen!
Belangrijke stoffen zijn denim (spijkerbroek), katoen in het algemeen, corduroy (ribfluweel) en linnen.Daarnaast zijn enkele kunststoffen populair geworden door toepassing als broek (bijvoorbeeld Terlenka). Onder de broek wordt meestal een onderbroek gedragen.
Met een heupwijdte tot 120 cm heb je ongeveer 1,5 tot 2 keer de lengte van de broek nodig. Voorbeeld: Heeft de broek een lengte van 80 cm (inclusief zoom), en heeft de paspersoon een heupwijdte van 100 cm? Dan heb je 80 x 1,5 tot 2 = 120 tot 160 cm stof nodig.
Wat moet je weten? Kleding wordt vaak gemaakt van katoen, polyester en elastaan. Elastaan is beter bekend als spandex of lycra. Daarnaast worden ook synthetische vezels gebruikt, zoals viscose (kunstzijde), polyamide (nylon), acryl, en natuurlijke vezels, zoals wol (merino, kasjmier, schaap), leer en zijde.
De patroondelen op de stof leggen
Leg de patroondelen in één richting, rekening houdend met de vleug of het dessin. Patroondelen horen recht van draad uit de stof geknipt te worden. In het patroondeel staat de recht van draad lijn aangegeven. Zorg dat deze lijn evenwijdig loopt met de zelfkant van de stof.
Plus: net als katoen is viscose goed vochtabsorberend en prettig draagbaar. Min: is vrij slap van structuur en als de stof nat wordt, bijvoorbeeld door zweet, trek je er makkelijk een gat in. Daarom is viscose niet geschikt voor onder meer sportkleding.
Polyester is de kreukvrije stof bij uitstek. Als we het hebben over een stof die niet kreukt, is polyester een van de meest bekende voor deze eigenschap, naast een grote duurzaamheid, buigzaamheid, bruikbaarheid en kwaliteit, want het is gemakkelijk schoon te maken en verliest zijn omvang niet.
Pas goed op met wollen kledingstukken; deze pillen erg snel. Ook acryl, polyester en viscose zijn erg gevoelig voor pillen en pluizen. Een stof die niet snel pilt is katoen of een ribstof.
Flared pijp en bootcut
Afhankelijk van de breedte van de broekspijp zien ook deze broeken er meestal het beste uit als ze de bovenkant van je voet bedekken. Maar ze kunnen wel iets korter zijn dan de broek met de wijde pijp. Als richtlijn kun je 2 cm van de vloer aanhouden als je er een platte schoen onder draagt.
In de jaren '70 was het al een populair item, maar ook in 2022 is de flared broek niet meer weg te denken! Doordat deze broeken comfortabel én stijlvol zijn, is het dé favoriet van veel vrouwen. Wist je dat je - door het dragen van een flared - ook nog eens optisch langer lijkt?
Tricot is de algemene benaming voor gebreide stoffen, doordat tricot is gebreid, is het rekbaar. Vaak worden er elastische garens in meegebreid zoals elastaan (elastiek), ook wel Lycra genoemd.
Gewone truien en broeken kan je zeker vijf keer dragen voor ze gewassen moeten worden.
In het voor- en najaar (maart, april mei en september, oktober, november) liggen de temperaturen gemiddeld tussen de 10 en 20 twintig graden en draag je veelal een lange broek en lange mouwen. Echter, in het zonnetje kan het nog aangenaam warm kan worden en op sommige dagen is een korte broek/rokje meer dan genoeg.
Een broek van 100% spijkerstof loopt tot een halve maat uit op de plekken waar de broek strak zit. Koop je een spijkerbroek van stretchstof? Die kun je vaak zelfs 1,5 maat kleiner kopen! De broek moet natuurlijk wel dicht kunnen en je moet nog kunnen lopen, dan zit je goed.
Synthetische materialen
Als je écht veel zweet, dan houden katoenvezels vocht veel langer vast dan synthetische stoffen als acryl, rayon, polyamide en polyester. Tijdens het sporten is daarom verstandig om technische kunststoffen zoals de speciale dri-fits en dry-techs te dragen, die vocht afvoeren.
Polyester is erg sterk, het krimpt niet, kreukt niet en vervormt niet. Een nadeel van polyester is dat het niet zo goed ademt: het neemt niet goed vocht op en kan dus zweterig aanvoelen. Vaak wordt polyester mede om deze reden gemengd met andere stoffen.
Nadelen van viscose
De stof krimpt snel, waardoor je goed op moet letten met wassen. De stof wordt minder sterk als hij nat wordt. De stof is van zichzelf niet rekbaar. De stof is niet op alle fronten duurzaam.
Omdat viscose de neiging heeft om te krimpen, tolereert het alleen lage temperaturen tot maximaal 40°C. Dit geldt voor het wassen van een viscose overhemd, maar ook voor andere kledingstukken. Als je elk risico wilt uitsluiten, ga je voor een lagere temperatuur en was je viscose op 30°C.
Viscose is rekbaar en comfortabel om te dragen, maar absorbeert niet erg en doet u veel zweten. Pas op dat u dit materiaal niet draagt bij warm weer, want viscose is zwaar om te dragen.
De goede kant van de stof is de kant waar de stof bijvoorbeeld een print heeft. Je wil deze kant van de stof straks aan de buitenkant van je kledingstuk zien. Het is niet altijd heel duidelijk te zien wat de goede kant is, dus bekijk de stof goed. Het tegenovergestelde is de verkeerde kant van de stof.
Voel over de stof; bij de meeste geweven, bedrukte stoffen voelt de stof aan de buitenkant met meer structuur aan en is de binnenkant slecht de achterzijde van het weefsel. Kijk naar de draadrichting en de vleug. Deze is vaak aan de goede kant van de stof beter te zien.
Bij Fleece stoffen heb je meestal een duidelijke voor- en achterkant. Wat niet zo duidelijk is, is welke kant JIJ als voorkant wilt gebruiken. Bij het maken van kleding wordt meestal de gladde kant gebruikt als goede kant, dus als voorkant van de stof.