Gelijk toen de VOC werd opgericht, kon iedereen in het bedrijf investeren. Wie investeerde, ontving een aantal aandelen naar gelang de hoogte van zijn inleg. Deze aandelen waren toen eerder betalingsbewijzen. Er was geen minimum inlegbedrag, iedereen kon aandelen kopen, ook voor kleine bedragen.
Financiering. De samenstelling van de participanten in de VOC was zeer gevarieerd. De grootste aandeelhouders waren handelaren uit Amsterdam, Middelburg, Enkhuizen en andere steden. Ambachtslieden, loonarbeiders, doktoren, predikanten en ambtenaren bezaten doorgaans kleinere aandelen.
Bij het ondernemen van reizen naar Oost-Indië, die mogelijk waren geworden nadat Hollanders aan het einde van de 16de eeuw zeeroutes hadden ontdekt, was de kans op winst groot, maar het risico op verlies was dat ook. Bij de VOC kon men daarom één of meer aandelen kopen.
Ondergang en kritische kijk op de VOC
De schuld van het bedrijf was intussen opgelopen tot 120 miljoen gulden. Uiteindelijk werd het alleenrecht verlengd tot 31 december 1799. Dit betekende het einde van de VOC.
Het maandsalaris van een matroos in de 17e eeuw schommelde ergens tussen 10 en 20 gulden, afhankelijk van het feit of er een oorlog was of niet.
De VOC was in 1637 op de beurs 78 miljoen gulden waard. Als je dat omrekent naar nu, dan zou dat 7,9 biljoen dollar zijn, zo'n 6,7 biljoen euro. Daarbij is gerekend met een inflatie van iets meer dan 3 procent per jaar. De VOC was verreweg het grootste beursgenoteerde bedrijf dat ooit heeft bestaan.
In 1650 verdiende een timmerman en knecht samen 1 gulden en 8 stuivers. Een gulden was 28 stuivers + de 8 stuivers is 3 stuivers op één dag werk. Rond 1700 betaalde je voor een liter bier een stuiver.
Dit deed de zeereizen niet vaak goed. De VOC maakte een cruciale fout: de concurrentie onderschatten. De Compagnie bezat een monopolypositie op de handel van verschillende specerijen: kruidnagels, foelie en nootmuskaat. Maar er kwam een verschuiving in de vraag naar producten.
De meeste slaven voerde de VOC niet zelf aan. Slavernij kwam in Azië ook al voor de komst van de Europeanen voor. Het belang van de slavenhandel voor de Compagnie was relatief beperkt en zou naar schatting een half procent van de totale waarde van de VOC-handel in de achttiende eeuw uit hebben gemaakt.
Zeelieden van de VOC vermoordden binnen enkele dagen tussen de 5000 en 10.000 Chinezen. Ze werden nooit gestraft. De Europese kooplieden die vanaf de zestiende eeuw de Indonesische archipel binnenzeilden waren niet de eerste 'buitenlanders' die er kwamen handeldrijven. Lang voor hun komst waren er al Chinezen actief.
Hoe kwam het dat de VOC zo succesvol was? Antwoord: Omdat de VOC een monopolie had op de handel met Aziatische landen. Verder had het bevoegdheden die normaal alleen landen hadden, zoals het sluiten van handelsverdragen, het voeren van oorlog en het besturen van overzeese gebieden.
De Beurs van Hendrick de Keyser
Het Amsterdamse stadsbestuur liet hiervoor in 1611 een beursgebouw ontwerpen door Hendrick de Keyser, waar VOC-aandelen en later ook die van de West-Indische Compagnie werden verhandeld. Dit wordt beschouwd als de oudste aandelenbeurs ter wereld.
De Zeeuwse VOC-kantoren en de VOC-werf waren in Middelburg gevestigd. Op de werf aan en achter de huidige Maisbaai zijn tot 1794 zo'n 336 schepen te water gelaten. In totaal zijn van de meer dan 2000 VOC-schepen zo'n 675 schepen vermist of vergaan, dichtbij het vaderland of in den vreemde.
Zoals de VOC zelf een bundeling van krachten was om de Nederlandse handelspositie te versterken, zo gaf de handel in aandelen de mogelijkheid om het kapitaal uit het hele land in te zetten (zonder belastingen te hoeven heffen).
Johan van Oldenbarnevelt
In 1602 werd in Middelburg besloten om de VOC op te richten, nadat Van Oldenbarnevelt en Prins Maurits de compagnieën dwongen om samen te werken. Op 20 maart werd ze officieel leven ingeblazen en verkreeg de compagnie het monopolie over de Hollandse handel met het oosten.
Op het hoogtepunt in 1637 bedroeg de waarde van de VOC ongeveer 78 miljoen gulden, ofwel zo'n 8 biljoen (!)euro in 2023 na inflatie. Daarmee zou de Verenigde Oost-Indische Compagnie bedrijven als Apple, Google en Amazon meerdere keren kunnen oppeuzelen. What Was the Biggest Company in History? - $7.9 Trillion!
Jochem Matthijs en zijn zoon Coenraad Smitt waren in de achttiende eeuw de grootste slavenhandelaren in Amsterdam. Ze verscheepten 11.000 tot 13.000 slaafgemaakten. Aan boord van hun slavenschip 't Gezegende Suikerriet werd geweld niet geschuwd, ontdekten twee historici in het Stadsarchief.
In Azië werden tot slaaf gemaakte mensen verkocht en getransporteerd naar gebieden die bestuurd werden door de Verenigde Nederlandse Oostindische Compagnie (VOC). Generaties lang werden mensen geboren in slavernij en gedwongen hun hele leven op Nederlandse plantages te werken . Slavernij stelde Nederland in staat een economische wereldmacht te worden.
#10 Topper van alle tijden. Je zou denken dat Apple het meest waardevolle merk zou zijn met een geschatte waarde van 129 miljard euro. Dat is zeker niet niets, maar de Compagnie weet zelfs deze tech-gigant te overtreffen. De VOC had namelijk een geschatte waarde van 6,75 biljoen euro.
Waarom Was Peper zo Duur en Toch Zo Populair? Mensen waren bereid hoge bedragen voor peper te betalen vanwege de unieke smaak die het toevoegde aan hun gerechten, maar ook vanwege de schaarste en het exclusieve karakter.
Naast de uitgifte van aandelen schreef de VOC ook leningen uit om het bedrijf te financieren. Dit gebeurde al in 1603 toen de Kamer van Amsterdam een lening verstrekte. Vanaf 1622 (en mogelijk ook eerder) gaven de kamers obligaties uit met een looptijd van meestal zes maanden en na 1670 ook wel voor één jaar.
In de schaduw van een berg, genaamd de Tafelberg, werd een kasteel gebouwd met de naam De Goede Hoop. Rondom het kasteel ontstond de stad Kaapstad. Zodra de schepen van de VOC deze kaap hadden bereikt, kregen zij de goede hoop om ook Indië te bereiken. Zo kreeg deze kaap de naam: Kaap de Goede Hoop.
Een Carolusgulden was in de zestiende eeuw, in de tijd van keizer Karel V, een betaalmiddel. De waarde bedroeg ongeveer 20 stuivers, toen het dagloon van een timmerman of metselaar.
De geschiedenis van de Nederlandse gulden gaat terug tot 1252. De eerste gulden (betekent "gouden") werd florijn genoemd, naar de Florentijnse lelie uit het wapen van de stad Florence, waar in 1252 de eerste belangrijke gouden munt (gouden florijn) sinds de Karolingische tijd werd geslagen.
Toen de invoering der Ongevallenwet in 1900 voor het eerst het aanleggen van officieele loonstatistieken noodig maakte, kwam het ontstellende feit aan het licht, dat het doorsnee arbeidersloon in Nederland f 7 à 8 per week bedroeg.