In 1907 maakt de Belgisch-Amerikaanse Leo Baekeland het eerste volledig synthetische plastic uit aardolie. Hij vernoemt het naar zichzelf: bakeliet. De nieuwe stof geleidt geen stroom en kan goed tegen hitte.
De eerste kunststof die gebruikt werd was bakeliet (PF). Dit was omstreeks 1908. Bakeliet was ontwikkeld door de Leo Baekeland, een Amerikaanse uitvinder van Belgische afkomst. Het werd gebruikt in de elektrotechniek, in radiokasten en als deurklinken.
De eerste volledig synthetische kunststof ontsproot uit handen van Leo Baekeland, een Amerikaanse chemicus van Belgische afkomst. Met het bakeliet, dat hij in 1907 ontwikkelde, konden spullen mooier, goedkoper, sneller en veiliger gemaakt worden.
Plastic wordt voornamelijk gemaakt van ruwe aardolie. Deze aardolie wordt allereerst uit de grond gepompt. Ruwe aardolie is een mix van diverse verbindingen van verschillende omvang en eigenschappen. In een olieraffinaderij zuiveren ze het aardoliemengsel door destillatie.
Het lijkt alsof plastic er altijd al is geweest. We zijn er zo aan gewend dat een leven zonder niet eens meer kan. Maar toch is plastic pas in 1950 voor het eerst in massa geproduceerd. ”Van de steentijd, naar de ijzertijd, leven we nu in het plastic tijdperk”.
Plastic vergaat niet. Dat betekent dat al het geproduceerde plastic dat in de natuur terecht is gekomen daar op de een of andere wijze nog aanwezig is.
In 1950 produceerden fabrieken wereldwijd 2 miljoen ton plastic. Sindsdien groeide de productie jaarlijks met 8,4 procent tot 380 miljoen ton in 2015. De onderzoekers schatten dat al het sinds 1950 geproduceerd plastic bij elkaar optelt tot de bizarre hoeveelheid van 8,3 miljard ton.
Plastic heeft een nare eigenschap: het vergaat niet. In de natuur of in zee valt het langzaam uit elkaar in steeds kleinere stukjes, maar het blijft plastic. Dieren kunnen plastic niet verteren, als ze het opeten kunnen ze er dood van gaan. Plastic kan op allerlei manieren in zee belanden.
De plasticvervuiling van de oceanen is gekend als de plastic soep, een immens en mondiaal probleem. Inderdaad, immens groot, zelfs zo groot dat er geen exacte cijfers bekend zijn. Momenteel wordt er geschat dat er ca. 100 tot 150 miljoen ton plastic afval in onze oceanen en zeeën ronddrijft.
Maar de grootste boosdoener is vuilnis dat van straten via de rivieren naar zee stroomt. Ook komt er veel zwerfvuil van vuilstortplaatsen dat in rivieren lekt of van stortplaatsen die zelfs direct aan zee liggen. Een groot deel van dit afval bestaat uit plastic.
Plastic frisdrankflesje: 5 -10 jaar. Plastic zak: 10 - 20 jaar. Kauwgom: 20 - 25 jaar. Aluminium blikje: tot 1 miljoen jaar.
Er zijn drie soorten kunststoffen: thermoharders, thermoplasten en elastomeren.
Het woord 'plastic' is afkomstig van het het Latijns 'plasticus' en het Griekse 'plastikos' en wordt sinds de zeventiende eeuw gebruikt in de betekenis van 'in staat om te vormen'. De huidige betekenis van plastic als een stof die kan worden omgevormd dateert uit 1905 (oorspronkelijk in de context van tandvormen.
Zoals gezegd, worden de meeste plastics gemaakt uit aardolie, maar er zijn ook plastics die gemaakt worden uit hernieuwbaar materiaal (biobased plastics). En soms is plastic biologisch afbreekbaar, ook wel composteerbaar of biodegradeerbaar genoemd.
Meervoud (zn.): plastics.
- Great Pacific Garbage Patch: De grootste afvalhoop ter wereld. Ligt in de Grote Oceaan tussen de Amerikaanse westkust en Hawaï. Bestaat uit naar schatting 80 miljoen kilo afval, verspreid over een gebied dat drie keer zo groot is als Frankrijk.
Als de dichtheid van plastic lager is dan water, blijft het plastic drijven. Als het juist hoger is dan water, zinkt het naar de bodem van de oceaan. Zout water heeft een hogere dichtheid dan gewoon kraanwater. Daarom blijft een deel van het plastic wel drijven in zout water, maar niet in zoet water.
Conclusie. Het kan geen enkele kwaad een bananenschil in de berm te gooien. Het brengt geen enkele schade toe aan de natuur. Doe dit dan wel op een plek waar ie niet in het zicht ligt (of in de weg), want het oog wil natuurlijk ook wat.
De zee vervuilt steeds meer
Het zeewater is op veel plaatsen flink vervuild door bijvoorbeeld pesticiden uit de landbouw, afval uit rioleringen en verloren vistuig uit de visserij. Veel dieren hebben hier last van zoals koralen, zeeschildpadden en walvissen.
De plastic soep is gevaarlijk voor al het leven in zee. Dieren eten plastic op of raken erin verstrikt. Dit resulteert in verwondingen of zelfs de dood. Jaarlijks gaan een miljoen zeevogels, 100.000 zeezoogdieren, zeeschildpadden en een ontelbaar aantal vissen dood door plastic afval [1].
Nederlander Boyan Slat is al vanaf zijn 16e bezig met het verwezenlijken van zijn droom: het opruimen van de plastic soep. In 2012 startte hij het project The Ocean Cleanup, met als doel om 90% van al het plastic uit de oceaan te vissen.
In 1997 werd voor 267 diersoorten vastgesteld dat ze of plastic binnenkrijgen of erin verstrikt kunnen raken. In 2015 was dat aantal gestegen tot 557 en in 2020 jaar kwamen Nederlandse onderzoekers uit op 914 mariene soorten. Je kunt je langzamerhand beter afvragen welke soorten geen hinder ondervinden van plastic.