In het Nieuwe Testament worden kruis en kruisdragen, zowel dat van Jezus als dat van zijn volgelingen, voortdurend in verband gebracht met zelfverloochening, zelfopoffering, nederigheid en dienstbaarheid.
Volgens de evangelist Johannes moest Jezus zijn eigen kruis erheen dragen. Andere evangelisten melden dat ene Simon van Cyrene hem moest helpen. Ook Jezus' naasten kwamen mee: zijn moeder Maria, haar halfzuster Maria Klopas en Maria Magdalena.
Sint Simon was een van de twaalf mannen die door Jezus werden aangesteld tot apostel. In de lijst van de Twaalf Apostelen in de evangeliën van Marcus en Mattheüs wordt Simon als elfde genoemd. Daarbij wordt ook zijn bijnaam vermeld.
Het kwetste Petrus toen Jezus hem een derde keer vroeg om zijn liefde te bevestigen. We kunnen de passie in Petrus' derde betuiging voelen als Hij aangedaan zegt: 'Heere, U weet alle dingen, U weet dat ik van U houd' (Johannes 21:17). Nogmaals gebood Jezus: 'Weid mijn schapen' (Johannes 21:17).
Een nieuwe naam
Ik noem je Petrus.” (Joh. 1:43). Door zijn broer Andreas was Simon tot Jezus geleid.
Na Jezus' dood vroeg hij aan Pontius Pilatus om het lichaam in zijn graf te mogen begraven. Hierom wordt Jozef vereerd door begrafenisondernemers, van wie hij de beschermheilige is. Hij was ook degene die Jezus van het kruis haalde en in een linnen doek wikkelde.
Maar hij heeft niets verkeerds gedaan. Daarop zei hij: Jesus denk aan mij wanneer gij in uw koninkrijk zijt gekomen. Jesus zei; Voorwaar ik zeg u. Vandaag nog zult gij met mij in het paradijs zijn…..
Judas Iskariot was een van de twaalf apostelen. Volgens de evangelist Johannes was hij de penningmeester van het gezelschap rond Jezus. Judas is berucht geworden door zijn verraad van Jezus, wat leidde tot diens kruisdood. De gewezen apostel stierf een eerloze dood.
Judas verraadde Jezus voor de prijs van 30 zilveren munten. Hij kust Jezus op de wang zodat de soldaten wisten wie Jezus was. Deze Judas-kus is vaak afgebeeld in de schilderkunst.
De twaalf apostelen waren: Petrus, Andreas, Jakobus de Meerdere, Johannes, Filippus, Bartholomeüs, Mattheüs, Thomas, Jakobus de Mindere, diens broer Thaddeüs, Simon, en Judas Iskariot. De laatste verraadde Jezus en pleegde zelfmoord.
In de grondtaal, het Grieks, staat er tetelestai. Dat betekent gewoon: het karwei is af.
De kruisiging werd waarschijnlijk in de 6e eeuw v. Chr. uitgevonden door de Perzen. De pijnlijke straf verspreidde zich vanuit Perzië over het Middellandse Zeegebied en was met name bijzonder geliefd bij de Romeinen.
Kruisiging is een methode om iemand ter dood te brengen, waarbij het slachtoffer wordt vastgebonden of vastgenageld aan een kruis en blijft hangen totdat de dood erop volgt.
Het graf van Jezus
De Heilig Grafkerk bevindt zich in Jeruzalem en is een heilige plek voor Christenen. Zij geloven namelijk dat het graf van Jezus (zie kader) in deze kerk te vinden is. De Bijbel vertelt dat Jezus Christus na de kruisiging door twee van zijn volgelingen begraven werd.
De lijdensaankondigingen
In Matteüs 20:19 (de derde lijdensaankondiging) en Lucas 24:6(de woorden van de engel) wordt daarbij expliciet melding gemaakt van het 'gekruisigd worden'.
Vrijdag 3 april in het jaar 33 zou de dag zijn waarop Jezus Christus aan het kruis genageld werd.
En omdat hij onvoldoende in staat was zich op te drukken raakten de grote spieren van de borstkas verlamd. De kleine spieren tussen de ribben konden zodoende slechts beperkt werken, waardoor Jezus wel wat lucht kon inzuigen, maar bijna niet uitademen. Gevolg: al na tien minuten hing hij half stikkend aan het kruis.
Muntjes verraden dat Pilatus – bekend uit de Bijbel als de man die Jezus Christus liet kruisigen – opdracht gaf om deze weg aan te leggen.
Pilatus onderwerpt Jezus ( naar Johannes) aan een ondervraging. Na diens zoveelste cryptische antwoord verzucht Pilatus: 'Wat is waarheid?' Wie het Johannesevangelie tot dat punt gelezen heeft, weet het antwoord -Jezus' bekende 'oneliner' : 'Ik ben de weg, de waarheid en het leven'.
Willibrord was in de 14e eeuw dé verspreider van het christelijk geloof in Nederland. In die tijd werden er hier allerlei goden aangehangen. Willibrord besloot de andersdenkenden te bekeren. Sindsdien kennen wij het christendom in Nederland en vieren we christelijke feestdagen als Kerstmis en Pasen.
Al twee keer eerder baarde hij opzien met aankondigingen van de wederkomst van Christus: in 2005 was het over 50 tot 75 jaar. Tien jaar terug werd het 'uiterlijk 2035'.
De bijbelse Jezus is 2 jaar jonger dan de historische Jezus. Hij is niet op 25 december in het jaar 0 geboren, maar op 17 juni in 2 voor Christus. Conclusie: onze jaartelling is 2 jaar te laat begonnen. En bovendien vieren we kerst in het verkeerde jaargetijde.
Jeugd. Zelfs toen Hij nog jong was, leerde Jezus het woord van God. Toen Jezus 12 jaar was, vond men Hem 'in de tempel […], terwijl Hij te midden van de leraars zat, naar hen luisterde en vragen aan hen stelde. Allen die Hem hoorden, stonden versteld van Zijn verstand en antwoorden' (Lukas 2:46–47).