Voorbeelden van onbewerkt mager vlees zijn: kipfilet, kipdrumstick, kalkoenfilet, biefstuk, magere runderlappen, sukadelap, varkenshaas, haaskarbonades, magere varkenslappen, varkensfiletlapjes, hamlap en mager lamsvlees.
Magere, onbewerkte vleeswaren
Dan kunt u het best kiezen voor magere vleeswaren als achterham, kipfilet, rosbief , kalkoenfilet en runderrookvlees. Deze vleeswaren bevatten bovendien slechts ongeveer 20 kcal per portie. Vette vleeswaren bevatten 3 keer zoveel calorieën.
Onbewerkt vlees is dus vlees waaraan voorafgaande géén extra bewerkingen zijn gedaan of toevoegingen zijn gevoegd. Onbewerkt vlees is bijvoorbeeld een heerlijke malse biefstuk of entrecôte. Onbewerkt vlees, zoals kalfsvlees en rundvlees, is daarom beter voor je gezondheid, in tegenstelling tot bewerkt vlees.
Officieel is mager vlees vastgelegd in het warenwetbesluit waarin staat dat vlees de vermelding “mager” mag krijgen zodra het minder dan 20% vet bevat. Voor gehakt is dat 15%. Hiermee sluit je de meest vette soorten zoals spek wel uit (spek bevat 53% vet), maar toch zijn deze percentages nog relatief hoog.
Vooral vette vis remt ontstekingen en draagt bij tot een goede darmflora. Een gezond dieet bestaat uit groenten, vetten en eiwitten. Dierlijke eiwitten vinden we met name in zuivel, kip, roodvlees en vis. Het eten van vis is gezonder dan het eten van rood vlees.
Vleeswaren, zoals worst, ham of paté, en bewerkt vlees zoals hamburger, worst en gemarineerd vlees vallen in de categorie bewerkt vlees. Dit geldt overigens ook voor gevogelte (denk aan gerookte kipfilet) en vis (bijvoorbeeld gerookte paling en ingeblikt tonijn).
Maar wist je dat het ook schadelijk voor je gezondheid is om regelmatig kipfilet, ham of boterhamworst te eten? Vleeswaren voor op brood vallen namelijk allemaal in de categorie bewerkt vlees.
Bewerkt vlees is rood of wit vlees dat bewerkt werd door het te zouten, roken, drogen, fermenteren of door er bewaarmiddelen aan toe te voegen. Voorbeelden zijn ham, spek, salami, rookworst ... Hamburgers en gehakt vallen ook onder bewerkt vlees als er zout of chemische additieven in gebruikt zijn als bewaarmiddelen.
Er zijn ook soorten vlees die zowel vers als bewerkt kunnen zijn. Denk hierbij aan gehakt. Gehakt kan onbewerkt zijn, maar zodra er zout aan toegevoegd is valt gehakt onder de noemer bewerkt vlees.
Filet americain is gemaakt van rauw vlees. Daarom bederft het sneller en loop je meer risico dat je ziek wordt als je ervan eet. Filet americain staat niet in de Schijf van Vijf. Dat komt omdat het vaak zout, suiker en/of verzadigd vet bevat.
5x toch even wat anders
Toch kan je vleeswaren als ham, boterhamworst en kipfilet wel maximaal één keer per dag wel eten. Deze drie soorten vleeswaren zijn namelijk minder vet, alleen bevatten wel zout. Kaas bevat daarentegen veel vetten, dus ook hiervoor geldt niet te veel kaas als je gezond wil eten.
Wil je de oermens in je tevreden houden, dan gaat biefstuk er zonder twijfel met de prijs vandoor. Maar tegen de superieure nutritionele waarden van kip kan een steak niet op. De magere – en goedkopere – eiwitten maken gevogelte bovendien de beste keuze voor spierbundels.
Hoe gezond is kaas? Kaas is rijk aan vitamine A, vitamine B12 en mineralen als calcium, fosfor, magnesium en zink. Bovendien is kaas een bron van vitamine B2 en selenium. Kaas bevat eiwit en vet en weinig of geen koolhydraten.
Ten eerste is varkenshaas, varkensfilet en karbonade niet vetter dan mager rundvlees. Ten tweede is inmiddels onomstreden dat rundvlees een veel hogere milieubelasting heeft dan varkensvlees. Dat komt doordat er veel meer voedsel nodig is voor een kilo rundvlees dan voor een kilo varken.
Gehakt, hamburgers of een tartaartje kúnnen bewerkt zijn.
Vlees is ook bewerkt wanneer er conserveringsmiddelen aan zijn toegevoegd. Voorbeelden van bewerkt vlees zijn ham, salami, bacon, rookworst en knakworst.
Bewerkt vlees is vlees dat is bewerkt door het te zouten, roken, drogen of door er conserveringsmiddelen aan toe te voegen. Het doel hiervan is de smaak en houdbaarheid te verbeteren. Voorbeelden van bewerkt vlees zijn vleeswaren als ham, salami en bacon, en bepaalde soorten worst als rookworst en knakworst.
Mager vlees is gezond broodbeleg
Mager vlees bevat relatief weinig verzadigde vetten en veel eiwitten, vitamines, mineralen en spoorelementen. Rookvlees, rosbief, kipfilet en kalkoenfilet zijn goede voorbeelden van magere vleeswaren.
Ja. Bewerkt vlees is al het vlees dat is geconserveerd door middel van roken, drogen, zouten of door toevoeging van conserveringsmiddelen. En dat is bijna alles: van de knakworst tot het plakje ham, en van de salami tot de hamburger. Het advies van KWF om ham, salami en worst te vermijden betreft dus ook beenham.
Ook als vlees gedroogd, gerookt of gezouten is noemen we het bewerkt. Het gaat om vrijwel alle vleeswaren, om (rook)worsten, om kant-en-klare hamburgers en om bijvoorbeeld paté. Kipfilet (zonder marinade), biefstuk, runderlappen of bijvoorbeeld varkensfilet zijn voorbeelden van onbewerkt vlees.
Het Voedingscentrum adviseert om maximaal 300 gram rood vlees per week te eten [8]. Voor bewerkt vlees is geen bovengrens gesteld, al raadt de Gezondheidsraad aan om de consumptie hiervan te beperken [7]. Jongvolwassen eten gemiddeld 70 gram rood vlees en 47 gram bewerkt vlees per dag.
Magere soorten rood vlees zoals rosbief en magere runderlappen bevatten minder verzadigde vetten dan vette soorten. In die laatste categorie vallen onder andere een speklapje, schouderkarbonade en rookworst.