Parenterale toediening
Er zijn verschillende manieren om te injecteren: subcutaan: injectie onder de huid.intracutaan: injectie in de huid bij een vaccin.intra-vitreaal: injectie in het glasachtig lichaam van het oog.
Parenterale toedieningsvormen zijn bijvoorbeeld: dermaal, bijvoorbeeld een fentanylpleister. infuus, vaak intraveneus in de aders. injectie: onder andere intramusculair en subcutaan.
Voorbeelden van daarvoor geschikte toedieningsvormen zijn de verschillende orale (tablet, dragee, capsule, drank) en parenterale toedieningsvormen (intraveneus, intramusculair, subcutaan, epiduraal, intrathecaal), de rectale (zetpil, klysma), sublinguale (tablet) en soms nasale (spray) en een transdermale ...
De toediening kan grofweg worden ingedeeld in drie groepen: enteraal, parenteraal en topisch. Enteraal betekent dat de toediening via het maag-darmstelsel plaatsvindt, parenteraal dat de toediening door een injectie of infuus plaatsvindt en topisch dat de toediening op een bepaalde plaats plaatsvindt.
Als de darmen niet voldoende voeding (en/of vocht) kunnen opnemen, is het mogelijk dit via de bloedbaan toe te dienen. Zo krijgt u toch de benodigde voeding, vitamines en mineralen (en/of vocht) binnen. Deze methode heet totale parenterale voeding (TPV). Parenteraal betekent letterlijk 'buiten de darm'.
De orale route is ondanks diverse bezwaren nog steeds verreweg de meest gebruikte. Belangrijke voordelen zijn het innamegemak voor de patiënt, de toedieningsvorm is gewoonlijk goedkoop en heeft een hoge stabiliteit bij bewaren.
toedieningswegen: lokale toediening (medicijn direct op de plaats die behandeld moet worden), systemische toediening (medicijn wordt eerst opgenomen in het bloed), enterale toediening (oraal), parenterale toediening (buiten het maag-darmkanaal om, direct in de bloedbaan);
Rectaal. Geneesmiddelen kunnen ook direct in het spijsverteringskanaal worden toegediend via de anus en endeldarm, door middel van een zetpil. Rectale toediening van medicijnen wordt o.a. toegepast: als de patiënt misselijk is en moet overgeven.
Medicatie kan op verschillende manieren gegeven worden. Zo kunnen medicijnen o.a. oraal, rectaal, sublinguaal, intraveneus, intramusculair of subcutaan toegediend worden.
Uit de Centrale Medicatiefouten Registratie (CMR) blijkt dat de meeste medicatiefouten optreden bij parenterale geneesmiddelen. Dit zijn alle geneesmiddelen die worden geïnjecteerd. Bijna de helft van de geregistreerde fouten vindt plaats tijdens het toedienproces.
Toedieningsweg: Een toedieningsweg is de weg waarlangs een geneesmiddel aan een patient wordt toegediend. Bijvoorbeeld via de mond (oraal) of per injectie in de spier (intramusculair).
We starten alleen met TPN als het niet anders kan. Voeden via het maag-darmstelsel ('sondevoeding') is immers de veiligste en meest efficiënte methode. Pas als het maag-darmstelsel onvoldoende of helemaal niet in staat is om voeding te tolereren of op te nemen, overwegen we om TPN toe te dienen.
Totale Parenterale Voeding (TPV)
Is sondevoeding geen optie, bijvoorbeeld omdat je de sonde steeds uitspuugt, dan wordt soms Totale Parenterale voeding toegediend. Dit is een vorm van voeding die niet via het maag-darmstelsel loopt, maar direct in de bloedbaan wordt gebracht.
Parenterale geneesmiddelen zijn alle geneesmiddelen die worden geïnjecteerd (intramusculair, sub- cutaan, intraveneus perifeer, intraveneus centraal, epiduraal, etc.).
Het rechtstreeks in de maag of de dunne darm inbrengen van voedingsstoffen en andere stoffen. Enterale voeding kan toegediend worden in vloeibare vorm m.b.v. een nasogastrische sonde (NS) die in de neus ingebracht wordt en die men laat afdalen in de farynx (of de keelholte) tot aan de slokdarm en vervolgens de maag.
De verschillende toedieningswijzen van geneesmiddelen zoals oraal, enteraal, inhalatie, parenteraal en lokale applicatie en de (verschillen in) werking bij de diverse vormen van toediening: Enteraal = Orale toediening. Rectale toediening. Inhalatie.
Dit gebeurt via een kleine ingreep. Bij de ingreep wordt een dun slangetje (katheter) via een bloedvat in uw bovenarm ingebracht. Het uiteinde van de PICC komt uit in een groot bloedvat, vlak boven het hart. Op het andere uiteinde van het slangetje, buiten uw lichaam, sluiten we de voeding aan.
Injecteren in de bloedbaan (intraveneus) is de meest directe wijze van toedienen. Met een injectienaald wordt het medicijn rechtstreeks in de bloedbaan gebracht. Injecteren leidt snel tot het gewenst effect, soms al binnen enkele seconden.
Zetpillen en klysma's worden voorgeschreven als alleen het laatste deel van de dikke darm ontstoken is. Zetpillen kunnen met een maximaal bereik van 10- 15 cm de endeldarm behandelen.Klysma's hebben een groter bereik en kunnen 30-40 cm van het onderste deel van de dikke darm behandelen.
Er zijn diverse toedieningsvormen: oraal, rectaal en intraveneus. Paracetamol beïnvloedt de rijvaardigheid niet. In het algemeen geldt wel: niet rijden zolang er bijwerkingen optreden.
De belangrijkste reden om handschoenen te dragen is het voorkomen van kruisbesmetting. Het is natuurlijk niet de bedoeling dat jij als zorgverlener micro-organismen overdraagt van de ene op de andere cliënt. Die handschoenen beschermen echter niet alleen de kwetsbare ouderen, maar ook jou als zorgverlener.
Voeding en procedure
Moet er langere tijd parenterale voeding gegeven worden dan wordt gebruikgemaakt van een glucoseoplossing. Omdat deze oplossing hypertoon is kan deze niet perifeer worden toegediend. Het bloedvat waarin de katheter is geplaatst zou daar op reageren door sterk samen te trekken.
In ernstige gevallen zijn ze zelfs aangewezen op totale parenterale voeding (TPV), zodat zij toch voldoende voedingstoffen en/of vocht binnenkrijgen. TPV houdt in dat de voeding via een infuuspomp met een dun slangetje rechtstreeks in de bloedbaan gaat.