Om inzicht te krijgen in de oorzaken van het (ongezonde) gedrag kun je gebruik maken van verschillende modellen, zoals theory of planned behaviour, health belief model, ANGELO framework en het EnRG framework. Op Loketgezondleven.nl lees je meer over deze modellen.
Bekende theorieën zijn the Theory of Planned Behavior (Azjen), Social Cognitive Theory (Bandura), Transtheoretical Model (Prochaska), the Health Belief Model (HBM), the Goal Setting theory en the Attitude-Social Influence-Self-efficacy model (ASE).
In het gedragswiel vind je drie grote categorieën van determinanten: competenties, drijfveren en context.
Gezondheid wordt beïnvloed door verschillende soorten factoren, we noemen ze gezondheidsdeterminanten. Het Health Field Concept (Lalonde, 1974) vat deze in 4 categorieën samen: biologische factoren, voorzieningen in gezondheidszorg, leefstijl en omgeving.
Wat is de 'Health belief model'?
Een vroege en uitgebreid onderzochte theorie over waarom mensen bepaald gezond gedrag wel en niet in de praktijk brengen. Volgens het model is de ervaren dreiging de belangrijkste determinant van motivatie of intentie om preventief of gezondheidsbevorderend gedrag te vertonen.
Het ANGELO-raamwerk (Swinburn e.a., 1999) is een ecologisch model ontwikkeld voor het in kaart brengen van de omgevingsfactoren in relatie tot overgewicht en obesitas. ANGELO staat voor 'Analysis grid for environments linked to obesity'.
Het ASE-model is een uitbreiding van de Theory of Planned Behavior en houdt rekening met externe variabelen die indirect het gedrag van mensen beïnvloeden en barrières tussen de intentie en het daadwerkelijke gedrag.
GVO staat voor gezondheidsvoorlichting, voorlichting gericht op de zorgvrager met het verpleegkundige doel de zorgvrager te motiveren zich anders, gezonder te gaan gedragen. Dit doelgericht motiveren tot ander, gezonder gedrag noemen we intentionele voorlichting.
Het Health Field Concept (Lalonde, 1974) verdeelt de beïnvloedende factoren of determinanten van gezondheid onder in vier categorieën: biologische factoren, voorzieningen in de gezondheidzorg, leefstijl en omgeving.
Het regenboogmodel voor geïntegreerde zorg is een zorgmodel dat tot doel heeft om uitgebreide en gecoördineerde zorg te bieden aan patiënten. Dit model is gebaseerd op het idee dat zorgverleners samen moeten werken om zorg te leveren die is afgestemd op de unieke behoeften van elke patiënt.
Deze factoren zijn geformuleerd naar aanleiding van de Volksgezondheid Toekomst Verkenning (VTV) 1997. BRAVO staat voor Beweging, Roken, Alcohol, Voeding en Ontspanning.
Gedrag wordt volgens Theo Poiesz bepaald door drie factoren, namelijk motivatie, gelegenheid en capaciteit. Motivatie is de mate waarin de persoon een doel wenst te bereiken, of interesse heeft voor specifiek gedrag.
Antwoord en uitleg:
De belangrijkste bepalende factoren voor gedrag zijn individuen, groepen en structuren .
Het COM-B-model is een wetenschappelijk onderbouwd gedragsmodel. De letters COM-B-staan voor: capability (capaciteit), opportunity (omgeving*), motivation (motivatie) en behaviour (gedrag). Het model dient als vertrekpunt om gedrag te analyseren.
Prochaska en DiClemente hebben in een model beschreven welke fasen mensen doorlopen voordat zij bereid zijn om hun gedrag aan te passen. Het model lijkt op een draaideur van bovenaf bezien. Je doorloopt de fasen vanaf de ingang naar de tussentijdse of permanente uitgang.
Stages of Change Model van Prochaska en DiClemente
Het Stages of Change Model, ook bekend als het Transtheoretisch Model (TTM), is een model ontwikkeld door Prochaska en DiClemente om te begrijpen hoe individuen veranderingen in gedrag doorlopen.
Het verandermodel van psycholoog Lewin is een van de bekendere modellen die bij verandermanagement worden gebruikt. Het model gaat uit van drie fasen, waarbij open communicatie, betrokkenheid en ondersteuning belangrijke factoren zijn.
Het model van Dahlgren en Whitehead: Dit model laat zien dat gezondheid mede bepaald wordt door bijvoorbeeld het sociale netwerk en de cultuur van een land (van herkomst). Of mensen op straat elkaar kennen, kan invloed hebben op de fysieke gezondheid.
In het zorgprestatiemodel is afgesproken hoe GGNet een behandeling in rekening moet brengen.Ook is er afgesproken hoe de rekening betaald moet worden. Het zorgprestatiemodel gaat dus niet over wélke zorg u krijgt of hoe u die krijgt. Wel over de betaling ervan.
Het GGGGG-schema is een hulpmiddel dat gebruikt kan worden om erachter te komen welke (onbewuste of automatische) gedachten ertoe leiden dat een bepaalde gebeurtenis of feit bepaalde gevoelens bij je wakker roept. Deze gevoelens leiden tot bepaald gedrag en dat gedrag leidt weer tot bepaalde gevolgen.
Een veelgebruikte model binnen de psychologie is het ASE-model. Deze theorie stelt dat ons gedrag bewust tot stand komt via onze intentie (het voornemen om een handeling wel of niet te verrichten). De intentie kan zowel positief als negatief zijn [1].
Het SGG-schema is een veelgebruikt denkkader van kinderpsychologen. Het schema kan helpen om van een afstandje te leren kijken naar (lastig) gedrag van een kind en vervolgens te zoeken naar oplossingen voor dat gedrag, voor de beste goodness of fit in die specifieke situatie.
Gezondheidsbevordering betekent bevorderen dat mensen zich gezonder gedragen. Dan is de kans groter dat zij langer leven in goede gezondheid. Dit kan door individueel gedrag van mensen te beïnvloeden, maar ook door een gezonde leefomgeving te creëren.
Dus: de attitude is de houding ten opzichte van het gedrag en wordt bepaald door ervaringen en verschillende soorten beliefs ten opzichte van het gedrag.
Het Michigan Model (French & Kahn, 1962), het Person-Environment Fit Model (French, Rogers & Cobb, 1981), het Demand-Control(-Support) Model (Karasek & Theorell, 1990), het Vita- min Model (Warr, 1987) en het Effort-Reward Imbalance Model (Siegrist, Siegrist & Weber, 1986) zijn hiervan sprekende voorbeelden.