De beste planttijd voor rozen is begin november. Rozen planten in de herfst heeft het voordeel dat de naakte wortels snel zullen aanslaan in de nog lauwe grond, daardoor lopen de planten in het voorjaar vlotter uit.
De ideale tijd om te planten is tussen oktober en eind april. Eigenlijk kan rozen planten kan het hele jaar door, mits het niet vriest.
Rozen houden van zon en ruimte.
Plant ze op een plek waar minimaal 5 tot 6 uur zon staat (of kies een soort die het ook in de halfschaduw doet) en waar niet eerder rozen hebben gestaan (rozenaaltjes!). Zet ze nooit dicht tegen een muur aan, daar is het te droog.
Rozen houden van voedselrijke grond. Losse kalkrijke kalkgrond is de beste grondsoort, maar in voedselrijke vochthoudende zandgronden groeien de rozen ook naar volle tevredenheid. Rozen groeien niet in natte veengronden of droge zandgronden.
Rozen staan het liefste in de zon. Zelfs soorten zoals in het lijstje hieronder willen het liefste minimaal 2 tot 3 uur zon per dag. Ze verdragen wel minder zon, maar zullen dan minder hard groeien. Zorg in elk geval voor bemeste grond als de roos op een (half)schaduw plek komt te staan.
Rozen in kweekpotten kun je het hele jaar door planten, zelfs hartje zomer. Rozen met kale wortels kunnen van oktober tot en met april de grond in. Als een roos op de juiste plek staat, kan deze tientallen jaren oud worden.
Het planten van uw rozen
Plant u de rozen daarom in een flink plantgat van 50 x 50 cm. Bij rozen in pot moet u de kluit van de rozen zo veel mogelijk intact houden. U plant de roos zo diep dat het oculatiepunt zich net onder de grond bevindt. In de praktijk houdt u een hoogte van twee vingers dik aan, dit is 3 à 5 cm.
Je rozen zullen het best groeien in een grond met een optimale pH of zuurtegraad (een pH tussen 6,5 en 7,5 is ideaal). Voldoende kalk in de bodem is dan ook een absolute vereiste. Zonder kalk hebben de wortels van rozen het moeilijk om voedingsstoffen uit de bodem op te nemen.
Beendermeel, zuivere kwaliteitsvolle compost, goed oud verteerd mest (runder- en paardenmest) zijn uitstekend geschikt als voedingsbodem voor de rozen. Let op dat je deze messtoffen niet direct op de wortels geeft bij aanplant maar met de uitgegraven aarde mengt.
Bemesten doe je twee keer per jaar, ergens in maart en honderd dagen daarna (juni). De rozen die alleen wat verjongings- en fatsoeneringssnoei nodig hebben (grofweg de klimmers, de heesterrozen en de historische rozen) geef je in september ook nog wat mest.
De beste tijd om rozen te verplaatsen of te verplanten is de maand oktober. Water geven doet u 's ochtends vroeg, voordat de tuin opgewarmd is. Vroeg water geven geeft minder kans op schimmelziektes omdat de roos zo goed kan opdrogen.
Vooral 'luchtige' planten zoals de vlasleeuwenbek, het perzikbladklokje of ijzerhard (Verbena) zijn goed met rozenstruiken te combineren. Of kies voor lage planten zoals het zeepkruid, Perzische kruisjesplant (Phuopsis), anjers en lage ooievaarsbek.
De meest bekende trosroos is Rosa 'The Fairy'. Deze roos is in 1932 gekweekt en heeft heel veel kleine lichtroze bloemen die licht geuren. Dit geeft hem een prachtig sprookjesachtig uiterlijk. Het is een sterke roos die lekker lang doorbloeit.
Een rozenstruik snoeien kun je het best in de maand maart doen. Later rozen snoeien kan ook, maar dan bloeien ze later in het seizoen. Vroeger snoeien is niet verstandig, omdat ze dan gevoeliger worden voor ziektes zoals sterroetdauw en meeldauw. Ook kunnen de jonge scheuten, uitlopers, kapot vriezen bij nachtvorst.
( afgelopen herfst- begin winter) In een zachte winter blijven veel soorten wintergroen, of half wintergroen., vooral de klimrozen. Gaat het alsnog hard vriezen, dan bevriest het blad. Daarom vallen rozen niet onder de wintergroene planten, maar zijn het vaak wel.
Om een gesloten geheel te creëren, plant je de bodembedekkende rozen dicht bij elkaar. Houd drie á vier planten per vierkante meter aan. In tegenstelling tot de meeste andere rozensoorten, hebben bodembedekkende rozen niet veel zon nodig; een plek in de ochtendzon is vaak voldoende.
Als je rozen in je tuin houdt, dan kun je deze kostbare bloemen een extra boost geven door een stukje bananenschil ongeveer tien centimeter onder de grond, naast de rozenstruik te plaatsen. Door de in de schil aanwezige stof kalium, maak je je rozen weerbaarder tegen schade door insecten en door ziekten.
Rozen groeien in bijna iedere tuin, als de grond maar goed bewerkt is en de noodzakelijke voedingsstoffen bevat. Het omspitten van de grond en het inbrengen van organische meststoffen zoals koemest, gedroogde koemest of compost is goed voor alle grondsoorten.
Rozen snoeien in maart heeft als doel om de plant te verjongen en te laten groeien vanuit de basis. Na de bloei, in de zomer, verwijder je de uitgebloeide bloemen. Zo kan de plant nieuwe bloemen vormen. Rozen snoeien voor de winter is nodig om je plant “winterklaar” te maken.
Hoe hoger de roos kan worden, hoe sneller de roos ook kan groeien. ( 3 a 4 m. per jaar) Soms nog meer.
Rozen in pot hebben doorgaans drie of vier keer mest nodig. De Bierkreek gebruikt voor haar rozen uitsluitend organische meststoffen. Zij heeft de perfecte rozenmest samengesteld uit voedingsstoffen en sporenelementen die niet alleen nuttig zijn voor de plant zelf, maar ook het bodemleven stimuleren.
De verzorging van rozen
Rozenstruiken hebben niet veel water nodig, maar de grond moet altijd vochtig zijn. Gebrek aan water maakt de rozen kwetsbaar voor ziekten zoals meeldauw. Een teveel aan water verstikt de wortels, dit kunt u herkennen doordat de blaadjes geel worden.
Rozen hebben de eigenschap dat ze prima bestand zijn tegen warmte en droge grond, maar dan wel bij gemiddelde temperaturen met enige afwisseling met bewolking, koele wind en een bui regen. Voor veel planten is het nu afzien en afhankelijk van het soort zijn deze al verschrompeld of schijndood.
Rozen kun je alleen verplanten als het blad eraf is (niet als het vriest!), in februari of maart. Die laatste twee maanden zijn heel gunstig, omdat de winterkou dan voorbij is. Met andere woorden: de snoeitijd is ook het tijdstip voor het verplanten. Daarom snoei je allereerst ook de rozen die je wilt verplaatsen.
Als u een roos nooit snoeit en gewoon laat groeien, krijgt u steeds meer lange takken en steeds minder bloemen, die ook nog alleen aan de verste uitlopers zitten. Snoeien is dus essentieel, als u straks een compacte struik vol bloemen wilt. Doe het bovendien niet veel later of vroeger dan nu.