Maar als herstel niet meer mogelijk is, spreken we over de palliatieve fase. In de palliatieve fase proberen we de situatie van nu in stand te houden. Soms is de zorg gericht op het verminderen van klachten, soms (ook) op het verlengen van leven.
Maar wat is precies het verschil? Het grootste verschil is de duur van de zorg. De palliatieve fase kan soms jaren duren, terwijl terminale zorg vaak van korte duur is. Terminale zorg wordt immers verleend aan mensen die een levensverwachting van drie maanden of minder hebben.
Wat is pré-terminaal
Pré terminaal betekend de laatste fase voor de terminale fase. In deze fase weet je dat je leven niet heel lang meer zal duren. Veel mensen kiezen ervoor om, als dit mogelijk is, nog fijne dingen te ondernemen en te genieten van hun familie en alles om zich heen.
De terminale fase is de laatste levensfase van iemands leven. Concreet is deze persoon ziek en is deze ziekte ook niet meer te genezen of behandelen. Of de nadelen van de behandeling wegen niet op tegen de voordelen. Deze fase duurt meestal maximaal 3 maanden, maar kan ook langer duren.
De duur van de stervensfase is voor elk mens uniek, gemiddeld duurt deze fase 72 uur. Wanneer mensen zich in de laatste levensfase bevinden, hebben zij vaak weinig of geen behoefte aan voedsel en vocht.
Palliatie in de stervensfase
Gaat het in de eerste twee fasen vooral om de kwaliteit van leven, in de derde fase draait het om de kwaliteit van sterven. Comfort bieden, klachten verminderen en afscheid nemen zijn voorbeelden om te zorgen voor een waardige afronding.
De palliatieve fase begint op het moment dat duidelijk wordt dat je niet meer beter kunt worden. De palliatieve fase kan kort of lang duren: van dagen tot enkele maanden of jaren.
Huisartsen herkennen een behoefte aan palliatieve zorg vaak aan de hand van (een combinatie van) subtiele signalen: een toenemende zorgafhankelijkheid, verlies van interesse in dagelijkse activiteiten of hobby's of mentale veranderingen.
Morfine is niet geschikt om de dood te bespoedigen of patiënten te sederen. Het snel ophogen van morfine kan ervoor zorgen dat het bewustzijn onvoldoende wordt verlaagd, de patiënt verward raakt, of spiertrekkingen (myoclonieën) krijgt.
De ademhaling
Mensen die sterven, gaan anders ademen. Soms houden ze even op met ademhalen, soms zelfs wel een halve minuut. Dan slaken ze ineens een diepe zucht en ademen daarna weer verder. Het gezicht ziet er vaak heel rustig uit.
Mensen die sterven, hebben vaak weinig of geen behoefte meer aan voedsel en vocht. Ze kunnen snel in gewicht afnemen. Het lichaam verandert: de wangen vallen in, de neus wordt spits en de ogen komen dieper in hun kassen te liggen.
Door het lichaam vocht en voedsel te onthouden, gaat het lichaam de eigen reserves aanspreken. Afhankelijk van de conditie, sterft een ernstig zieke doorgaans binnen één à twee weken. Als de stervende af en toe nog wat water drinkt, kan het iets langer duren (meerdere weken).
Gemiddeld duurt het een tot drie dagen voor de patiënt overlijdt. Hoe langer het duurt, hoe minder positief mensen zijn. Patiëntenfederatie Nederland onderstreept het belang van duidelijke informatie voor patiënten en hun naasten.
Misselijkheid, dyspnoe, angst en delier komen relatief veel voor. Bij al deze klachten geldt dat een gestructureerde aanpak met het meewegen van de context, sociale en psychische factoren, zoals in Palliatieve fase - besluitvorming wordt besproken, van essentieel belang is.
Verschil tussen palliatieve zorg en terminale zorg
Het verschil is dat palliatieve zorg jaren kan duren, terwijl we pas van terminale zorg spreken wanneer het overlijden op korte termijn (3 maanden of minder) wordt verwacht. Palliatieve zorg richt zich op een zo goed mogelijke kwaliteit van leven.
Palliatieve zorg en terminale zorg
Hierbij is aandacht voor het functioneren van de mens – zowel lichamelijk, psychisch, sociaal als spiritueel. Zorg voor naasten is ook onderdeel van de palliatieve zorg. Daarbij hoort ook nazorg na het overlijden van een dierbare.
Onrust en verwardheid
Het lijkt alsof iemand van alles beleeft of ziet, maar wat precies is niet duidelijk. Dit komt nogal eens voor in de laatste levensdagen en vooral in de laatste uren. Vaak maakt de stervende kleine (hand)bewegingen, alsof hij iets wil plukken of aanwijzen.
De tijd tussen de ademteugen wordt steeds langer, soms wel tot een halve minuut en tenslotte is er de laatste adem, in veel gevallen niet meer dan een zuchtje na een (heel) lange stilte. Het gezicht ziet er ook bij deze stokkende ademhaling vaak heel rustig uit. Dit wordt Cheyne-Stokes ademhaling genoemd.
Waken bij een stervende zorgt ervoor dat de ruimte van de kamer gevuld is met liefdevolle aandacht en een wakker bewustzijn, op een moment dat de stervende heel kwetsbaar is in zijn doodsstrijd.
De mond kan je na overlijden dichtdoen en met een handdoek-rolletje onder de kin dichthouden. Maar de mond is de sterkste spier van je lichaam en als de spierstijfheid afneemt, gaat de mond weer open staan. Overigens moet je als iemand een kunstgebit heeft, dit weer indoen voor het sluiten.
Laat gewoon weten dat je er voor een zieke bent door te zeggen: 'Wat fijn om je te zien'. En is de situatie zo uitzichtloos of verdrietig dat je er geen raad mee weet, vertel dan waarmee je zit en zeg: 'Ik vind het heel erg en ik weet niet wat ik moet zeggen, maar ik wil wel graag bij je zijn.