De allerbelangrijkste risicofactor voor hersenbloedingen is een hoge bloeddruk. Aan die risicofactor kan je vaak zelf wel wat doen, met name door niet te veel zout gebruiken en soms ook door medicijnen. Verder zijn op jongere leeftijd aangeboren bloedvatafwijkingen nog wel eens de oorzaak.
Een CVA of beroerte kan veel oorzaken hebben: een te hoge bloeddruk, een te hoog cholesterolgehalte, suikerziekte (Diabetes) , overgewicht, hartritmestoornissen, onvoldoende lichaamsbeweging of roken. Verder zijn er erfelijke factoren die een CVA-risico opleveren.
Een TIA of herseninfarct kan soms ontstaan doordat er te weinig bloed naar de hersenen gaat. Dit is zeldzaam, maar kan bijvoorbeeld kort na een hartinfarct voorkomen.
Uit een onderzoek onder inwoners van Copenhagen blijkt dat stress ook een oorzaak kan zijn van een hersenbloeding. Mensen die aangaven veel stress te ervaren, hadden daardoor bijna een twee keer zo hoge kans op een hersenbloeding.
Dit wordt slagaderverkalking genoemd. Door een hoge bloeddruk, hoog cholesterolgehalte en roken gaat slagaderverkalking sneller. Door deze veranderingen heeft u een grotere kans op een beroerte.
Een deel van de hersenen krijgt even te weinig bloed en daardoor te weinig zuurstof. U krijgt hierdoor klachten, zoals een verlamde arm, een verlamd been, een scheve mond, problemen met praten, niet goed zien of minder gevoel in uw gezicht, arm of been. Het bloedpropje komt weer los.
Een beroerte is een verzamelnaam voor herseninfarcten en hersenbloedingen. Ruim 80% van een beroerte is een herseninfarct en 20% een hersenbloeding.
Bij een CVA krijgt een deel van de hersenen opeens te weinig of geen zuurstof. Een beroerte wordt ook wel 'stroke' genoemd. Globaal zijn er twee vormen van een CVA te onderscheiden: een herseninfarct en een hersenbloeding.
Dit is een tijdelijke doorbloedingsstoornis in de hersenen. Het is eigenlijk een kortdurend herseninfarct. De klachten van een TIA zijn dezelfde als die van een “gewone” beroerte maar duren meestal niet langer dan twintig minuten. In elk geval zijn de klachten binnen vierentwintig uur weer volledig verdwenen.
Duidelijk voorbeelden zijn een beroerte (herseninfarct) door een plotse afsluiting van een bloedvat of een hersenbloeding doordat een bloedvat knapt. Vaatschade kan echter ook sluipend en ongemerkt ontstaan, bijvoorbeeld door mini-herseninfacten, en dan voor de patiënt zomaar 'ineens' cognitieve klachten geven.
Mensen met een obstructief slaapapneu syndroom (OSA) hebben een grotere kans een TIA of beroerte te krijgen. Goede behandeling van OSA kan TIA's en beroertes voorkomen. Dat concludeert onze neuroloog/somnoloog Mirjam Schipper in haar promotieonderzoek.
De FAST-test is een snelle test om een beroerte bij iemand te herkennen. FAST staat voor: Face, Arm, Speech en Time en kan worden vertaald naar 'GAST': Gezicht, Arm, Spraak en Tijd. Vraag de persoon om te lachen of de tanden te laten zien. Let op of de mond scheef staat en een mondhoek naar beneden hangt.
“Mensen die veel zitten hebben veertig procent meer kans binnen drie jaar na hun beroerte te overlijden.” Jaarlijks krijgen zo'n 43.000 mensen een beroerte. Van de mensen die een beroerte overleven, krijgt één derde binnen vijf jaar een nieuwe beroerte of overlijdt.
Een herseninfarct ontstaat als een bloedstolsel een slagader naar de hersenen afsluit. Een deel van de hersenen krijgt dan geen bloed meer en dus geen zuurstof en voedingsstoffen. Hierdoor kan dit deel van de hersenen niet goed meer functioneren.
Bloedverdunners vergroten echter de kans op een hersenbloeding, die ontstaat als een bloedvat in de hersenen knapt of scheurt.
Een TIA en een herseninfarct ontstaan op dezelfde manier. Er loopt een stolsel vast in een bloedvat. Bij een TIA lost dit stolsel vanzelf op, bij een herseninfarct niet.
Een TIA (Transient Ischemic Attack) is een tijdelijke afsluiting van een bloedvat in de hersenen. De afsluiting wordt veroorzaakt door een vernauwing of een bloedprop en geeft klachten als een scheve mond, verwarde spraakproblemen en verlies aan spierkracht aan één lichaamszijde.
Hoe groot is de kans op herhaling van een TIA of beroerte? Dit is afhankelijk van de oorzaak en de risicofactoren. Risicofactoren zijn ondermeer: een verhoogde bloeddruk, verhoogd cholesterol, verhoogde bloedsuiker, overgewicht, roken, overmatig alcoholgebruik en een hogere leeftijd.
Patiënten met een herseninfarct hebben een vijf keer hogere overlijdenskans. Bij patiënten met een hersenbloeding is de kans op overlijden zelfs meer dan acht keer zo groot.”
Kans op herstel
Meestal kan een arts na enkele weken een voorzichtige voorspelling doen. De grootste vooruitgang vindt plaats in de eerste weken. Na de eerste maanden tot jaren na een beroerte kan nog verbetering optreden. Ongeveer de helft van de patiënten kan na een half jaar zelfstandig leven.
Na een beroerte komt u op de stroke unit. Dit is een onderdeel van de afdeling neurologie in het ziekenhuis. De meeste mensen blijven daar ongeveer 2 dagen.