Kabinet presenteert stikstofaanpak: boeren vanaf 2500 mol zijn piekbelaster. Boeren die meer dan 2500 mol stikstof deponeren op stikstofgevoelige natuur worden door het kabinet aangemerkt als piekbelasters.
RIVM: vooral veehouders piekbelaster. Het zijn vooral boeren met melkvee en vleeskalveren die veel stikstof uitstoten. Daarna komen varkens- en pluimveehouders, aldus berekeningen van Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). De grens van 2.500 mol komt neer op bijna 36 kilo.
Zo'n 3000 boerenbedrijven en ongeveer twintig industriële bedrijven zijn door het kabinet als piekbelaster gekwalificeerd. De boerenbedrijven krijgen tot begin volgend jaar de tijd om te beslissen of ze in ruil voor 120 procent van de bedrijfswaarde willen stoppen met hun bedrijf.
De landelijke aanpak piekbelasting is vrijwillig en richt zich op zo'n drieduizend bedrijven die 2.500 mol stikstof neerslaan op kwetsbare natuur. De melkveehouderij is daarbij met 1.063 bedrijven de grootste groep, gevolgd door de kalverhouderij (630), varkenshouderij (561) en pluimveehouderij (542).
Elk bedrijf dat binnen 25 kilometer van een natuurgebied ligt én meer dan een door het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) bepaalde hoeveelheid stikstof uitstoot, is een piekbelaster. Dat zijn voornamelijk boerenbedrijven, maar ook een aantal industriële bedrijven valt daaronder.
Van de drieduizend bedrijven die als piekbelaster worden beschouwd, zitten er ruim 1.800 in Gelderland. Daarmee is die provincie veruit 'hofleverancier' als het gaat om piekbelasters.
Eén van de mogelijke definities voor piekbelasters is de 2% van de landbouw- en industriële bedrijven die het meest bijdragen aan de totale stikstofdepositie per Natura 2000-gebied.
Na lang gesteggel kunnen boeren nu zien of ze tot de zogenoemde piekbelasters behoren, die veel stikstof uitstoten in de buurt van een kwetsbaar natuurgebied. De website waarop boeren kunnen inloggen om te bekijken of ze in aanmerking komen voor een vrijwillige uitkoopregeling is vanochtend opengesteld.
"Piekbelasters kunnen zowel agrarische bedrijven als industrie zijn", schreef stikstofbemiddelaar Johan Remkes in zijn rapport. Dat betekent dat niet alleen boeren, maar ook een aantal industriële bedrijven hun stikstofuitstoot naar nul moeten brengen. Maar vrijwillig uitkopen of verplaatsen lijkt niet haalbaar.
Het grootste deel kwam van de veeteelt, de stikstofuitstoot van dieren was goed voor 94 miljoen kilo. Daar komt volgens het RIVM nog 12 miljoen kilo stikstof bovenop, hoofdzakelijk door energieverbruik in de landbouw, bijvoorbeeld door kassen en andere bronnen.
Cijfers over stikstof
De landbouw zorgt voor ongeveer 60% van de stikstofuitstoot (door mest, maar ook uit kassen en door landbouwvoertuigen), het wegverkeer voor bijna 30%.
Een boer of boerin is iemand die leeft van de landbouw of veeteelt. Een boer die zich alleen maar bezighoudt met veeteelt is een veehouder; een akkerbouwer of agrariër is een boer die zich uitsluitend bezighoudt met het verbouwen van gewassen, maar een tuinder of kweker wordt in de regel geen boer genoemd.
Meer precies geformuleerd: een piekbelaster is een bedrijf dat binnen 25 kilometer van een (of meerdere) Natura 2000-gebied(en) ligt en daarop meer dan 2500 mol stikstof, ofwel 35 kilogram stikstof, deponeert. Daarbij wordt alleen gerekend met de stikstofgevoelige natuur binnen die Natura 2000-gebieden.
Een melkveehouder boert dit jaar flink beter dan een varkenshouder, blijkt uit de jaarlijkse inkomensraming voor agrariërs. De glastuinbouwer ziet het hoogste inkomen tegemoet. De ene boer is de andere niet, zo blijkt uit de jaarlijkse inkomensraming van agrariërs, ingeschat door Wageningen Economic Research.
De grens van 2500 mol komt neer op bijna 36 kilo.
Hoeveel piekbelasters zijn er eigenlijk in de landbouw? Het RIVM heeft berekend dat het landelijk gaat om 3000; de meeste piekbelasters zitten rond de Veluwe. In Drenthe gaat om 189, dat is 6,3 procent van het totaal.
Overijssel telt volgens cijfers van het ministerie van Natuur en Stikstof 185 piekbelasters, en een derde daarvan toonde belangstelling voor een van de twee stoppersregelingen.
Emissie (uitstoot)
De uitstoot van deze stoffen heet ook wel emissie. Stikstofoxiden komen vooral vrij bij verbranding van fossiele brandstoffen. De belangrijkste bronnen van stikstofoxiden zijn het verkeer, energiecentrales en de industrie.
In Nederland stoot de landbouw volgens het RIVM al decennia de meeste stikstof uit, gevolgd door industrie en verkeer.
Door te veel stikstof wordt de grond zuurder.
Door regen komen deze giftige stoffen in de sloten terecht. De planten en dieren die in deze sloten leven gaan dan dood. Door verzuring van de grond worden planten en bomen ook gevoeliger voor schadelijke schimmels, bacteriën en virussen.
Een piekbelaster is een bedrijf dat volgens de richtlijnen boven een bepaalde hoeveel stikstof uitstoot in een overbelast natuurgebied, binnen een straal van 25 kilometer. 3.000 boeren en tientallen industriële bedrijven zijn door de overheid aangewezen piekbelaster.
Qua varkensbedrijven staat Limburg met 112 piekbelasters op plek 2 en Brabant met 103 piekbelasters op de derde plaats. Kanttekening is dat het cijfers van 2020 betreft.
Noord-Brabant en Limburg
Gelderland wordt op ruime afstand gevolgd door Noord-Brabant (265 locaties, 8,8 procent) en Limburg (262 bedrijven, 8,7 procent). Daarna volgen Drenthe (189 boerderijen, 6,3 procent) en Overijssel (185 veehouderijen, 6,2 procent).
De regeling voor piekbelasters zorgt voor onduidelijkheid en woede bij boeren. Fryslân telt zo'n 92 piekbelasters.