Met een diploma in de kaderberoepsgerichte leerweg kunnen leerlingen naar niveau 3 en 4 van het mbo.
Je vooropleiding bepaalt voor welk niveau van het mbo je je kunt inschrijven. Is je vooropleiding bijvoorbeeld vmbo-kader? Dan kun je je aanmelden voor een mbo-opleiding niveau 3. En is je vooropleiding vmbo-basis, dan kun je je inschrijven voor een mbo-opleiding niveau 2.
Kaderberoepsgerichte leerweg
Deze leerweg bereidt je voor op de niveau 3 (vakopleidingen) en de niveau 4 (middenkaderopleidingen) in het mbo.
Na het vmbo gaan veel leerlingen naar het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) om een beroep te leren. Leerlingen die naar het mbo willen moeten zich uiterlijk 1 april aanmelden bij de mbo-opleiding. Dan hebben ze recht op een studiekeuzeadvies. En op toelating tot de opleiding van hun keuze als ze aan de eisen voldoen.
Het belangrijkste verschil tussen basis- en kaderberoepsgericht is het niveau waarop de lesstof wordt aangeboden. Met de basisberoepsgerichte leerweg kun je naar niveau 2 van het mbo. De kaderberoepsgerichte leerweg geeft je toegang tot niveau 3 of 4 van het mbo.
Je doet dan examen in 4 vakken èn een breed beroepsgericht deel. Indien jouw resultaten en interesses hier aanleiding toe geven, kun je vanuit kader/mavo na leerjaar 2 doorstromen naar één van onze mavo-richtingen: bijvoorbeeld Mavo Tech, Mavo Ondernemen of de Mavo Klassiek.
Mbo-niveau 4: middenkaderopleiding of specialistenopleiding
Dit is een volledige opleiding van 3 of 4 jaar. Hiervoor gelden dezelfde eisen als de vakopleiding (niveau 3). Deze opleiding volg je als je het mbo-3-diploma hebt behaald en wil doorleren in hetzelfde beroep. Deze opleiding duurt dan nog 1 jaar.
De Kader leerweg in het voortgezet onderwijs is een leerroute naar het MBO waarin je veel leert door middel van praktijkonderwijs, de zogenaamde leerhuizen. De Theoretische leerweg is een leerroute naar het MBO waarin je meer theorie krijgt en minder praktijkonderwijs.
Wat is vmbo-kader? Vmbo-kader is voor leerlingen die het liefst kennis opdoen in de praktijk. Deze leerweg bereidt de leerling voor op de vak- en middenkaderopleidingen in het mbo (niveau 3 en 4). Het verschil met de mavo is dat iets minder diep wordt ingegaan op de algemene vakken.
Het laagste niveau van het voortgezet onderwijs is het praktijkonderwijs. Dit onderwijs is speciaal voor jongeren die het moeilijk vinden om een diploma te behalen in het 'reguliere' voortgezet onderwijs. Het halen van een diploma op vmbo niveau is voor veel praktijkonderwijs leerlingen te hoog gegrepen.
Leerlingen die deelnemen aan de theoretische of gemengde leerweg kunnen na het behalen van hun diploma doorstromen naar het havo. Ook leerlingen van de kaderberoepsgerichte leerweg kunnen langs deze weg doorstromen naar het havo.
Niveau 3: vakopleiding, duurt 2 tot 3 jaar. Leerlingen leren werkzaamheden zelfstandig uit te voeren. Het gaat om beroepen als verzorgende en eerste monteur. Niveau 4: middenkaderopleiding, duurt 3 tot maximaal 4 jaar.
Mbo niveau 4 is het hoogste niveau binnen het middelbaar beroeps onderwijs (mbo). De mbo-opleidingen niveau 4 leiden je op tot een baan waarbij je zelfstandig specialistische, uitvoerende taken kunt verrichten.
Een leerling zonder vmbo-diploma is wettelijk niet toelaatbaar op mbo 2, 3 of 4. Bij hoge uitzondering kan echter besloten worden dat een leerling van het vmbo toch toelaatbaar is.
Deze opleiding duurt vier jaar en bereidt leerlingen in principe voor op het middelbaar beroepsonderwijs (mbo).
Qua niveau zijn de gemengde (gl) en de theoretische leerweg (tl) identiek. Beide leerwegen geven om die reden toegang tot het middelbaar beroepsonderwijs niveau 3 en 4 en de havo. Het vmbo kent daarnaast nog de basisberoepsgerichte leerweg (bb) en de kaderberoepsgerichte leerweg (kb).
5.1 Hoger beroepsonderwijs (hbo)
Een tweejarige opleiding in het hbo is een associate degree. Het niveau hiervan ligt tussen mbo-niveau 4 en hbo-bachelor.
Studenten niveau 4 vinden de meeste vakken minder moeilijk, kunnen abstracter denken en begrijpen de stof sneller dan niveau 3-studenten. Mogelijke verklaring is dat in het curriculum van de gemengde en theoretische leerweg, waarvan de studenten op dit niveau veelal afkomstig zijn, generieke vakken de boventoon voeren.
Een mbo-opleiding is een slimme keuze als je havo 4/5 moeilijk vindt of als het hbo (nog) niet bij je past. Je kunt al starten met een mbo-opleiding als je een overgangsbewijs van havo 3 naar havo 4 hebt. En je houdt zicht op een hbo-diploma: als je je mbo-diploma hebt gehaald, kun je doorstromen naar het hbo.
Leerlingen kunnen tussentijds opstromen naar een hoger niveau of afstromen naar een lager niveau. Hiervoor gelden de regels die de school hier zelf voor heeft opgesteld. Vanaf het derde leerjaar volgen leerlingen een speciaal vakkenpakket. Daardoor wordt het lastiger en meestal onmogelijk om nog te wisselen van niveau.
Binnen het VMBO is de theoretische leerweg het hoogste niveau. Hiermee kun je ook doorstromen naar MBO niveau 3 of 4.
Servicemedewerker (brede opleiding met keuze uit de uitstroomrichtingen Sport & Evenementen, Zakelijk & Commercieel, Zorg & Welzijn, ICT of Facilitair) Monteur Elektrotechnische Installaties. Monteur Mechatronica. Monteur Werktuigkundige Installaties.