De Nederlandse stikstofuitstoot is de hoogste van Europa: per hectare stoten we ongeveer 4 keer zo veel uit als het EU-gemiddelde. Van de Nederlandse uitstoot naar de lucht bestaat ongeveer 65% uit ammoniak (NH3) en 35% uit stikstofoxiden (NOx).
In Nederland stoot de landbouw volgens het RIVM al decennia de meeste stikstof uit, gevolgd door industrie en verkeer. Zeker in de buurt van Natura 2000-gebieden is dat een probleem. De meeste uitstoot van ammoniak komt dan wel van de boeren, maar ze zijn zeker niet de enige die ammoniak uitstoten.
Emissie (uitstoot)
De belangrijkste bronnen van stikstofoxiden zijn het verkeer, energiecentrales en de industrie. Ammoniak komt vooral uit de landbouw, maar ook het verkeer en mensen produceren ammoniak. Boeren gebruiken mest omdat het zorgt voor een betere plantengroei en hogere gewasopbrengsten.
“De stikstofemissie is vooral in bepaalde gebieden erg hoog, vooral in noordwest-Duitsland, waar relatief veel veehouderij is”, legt Ehlers uit. Maar omdat Duitsland een veel groter landoppervlakte heeft dan Nederland, is de uitstoot relatief minder.
Ook in België boze boeren
Ook België heeft een grote landbouwsector in relatief klein grondgebied. "Waar wij nog een heel klein beetje ruimte hebben, is de grenswaarde in Vlaanderen echt 0,0", zegt De Vries. "Die mogen dus helemaal geen extra stikstof uitstoten rondom natuurgebieden."
Cijfers over stikstof
De landbouw zorgt voor ongeveer 60% van de stikstofuitstoot (door mest, maar ook uit kassen en door landbouwvoertuigen), het wegverkeer voor bijna 30%. Zowel de uitstoot door de landbouw als door het verkeer is flink afgenomen sinds de jaren '90.
De invloed van de mens op de productie van reactief stikstof heeft gevolgen voor het klimaat. Direct doordat het leidt tot de productie van lachgas (N2O), een broeikasgas met een ongeveer driehonderd keer sterker effect dan het broeikasgas koolstofdioxide.
De meeste planten kunnen stikstof alleen in minerale vorm uit de bodem opnemen. Verbindingen met stikstof komen ook voor in explosieven. Veel chemische verbindingen zoals ammoniak, salpeterzuur, nitraten en cyaniden bevatten stikstof.
Teveel stikstof is slecht voor de natuur. Planten die van stikstof houden, zoals grassen, brandnetels en bramen, groeien extra hard. Zo verdringen ze kwetsbare planten.
Vandaag is China 's werelds grootste uitstoter van CO2. In 2013 stuurt China een duizelingwekkende 9.997 miljoen ton CO2 in de atmosfeer, evenveel als de VS, India en Rusland samen.
Stikstof is een scheikundig element en CO2 een scheikundige verbinding. Een chemisch element is niet meer splitsbaar. Dat is anders met CO2, wat een verbinding is van het element koolstof (de letter C) met twee elementen zuurstof (de letter O).
De stikstofuitstoot naar de lucht bestaat voornamelijk uit ammoniak (NH3) en stikstofoxiden (NOx). In 2020 bestond de stikstofemissie naar de lucht uit 124 miljoen kilogram ammoniak (met name afkomstig uit de landbouw) en 177 miljoen NOx (vooral uit verkeer en industrie).
Tata Steel en Schiphol grootste uitstoters van stikstofoxiden in Nederland. Staalconcern Tata Steel is de grootste uitstoter van stikstofoxiden in Nederland, gevolgd door luchthaven Schiphol.
Bij het rijden op benzine komt per kilometer 21 gram stikstofdioxide in de lucht. Bij het rijden op diesel is dat 365 gram per kilometer. Ook nieuwe auto's die op diesel rijden, stoten meer stikstofdioxide uit dan elektrische auto's, en ook meer dan auto's die op benzine rijden.
Lees door over het huidige stikstofprobleem
Die condities zijn in Nederland nog altijd zeer matig. De depositie is sinds 1990 met circa 45% gedaald (zo'n 40% voor ammoniak en ruim 50% voor stikstofdioxide). Maar op ongeveer driekwart van het Nederlandse natuuroppervlak komt nog steeds te veel stikstof terecht.
Als er te veel schadelijke stikstofverbindingen in de lucht, het water of de bodem zitten, overwoekeren die planten andere begroeiing die minder goed gedijt in een stikstofrijke omgeving, zoals heide en zeldzame planten. Met die planten verdwijnen ook de insecten en vlinders die van die planten leven.
Volgens het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) komt ruim 40 procent van de stikstofneerslag uit de agrarische sector. In sommige gebieden zullen veel boeren weg moeten, of op een andere manier hun uitstoot fors moeten verminderen.
Bij teveel stikstof in de natuur verzuurt de bodem. Niet alle planten kunnen daar goed tegen en verdwijnen daardoor. Met als gevolg dat er ook dieren verdwijnen uit de natuurgebieden zoals bijen, insecten en vogels. Hierdoor neemt de biodiversiteit af.
Koeien zijn de grootste stikstofproducenten. Zodra hun plas en mest samenkomt ontstaat ammoniak en dit is een vorm van stikstof. Sinds 2020 zijn boeren verplicht om minder krachtvoer met eiwitten aan hun koeien te voeren. Daardoor produceren die koeien minder ammoniak en dus stikstof.
Het voer dat koeien eten en verteren zorgt in meer of mindere mate ook voor stikstofuitstoot. “Zo geven boeren hun koeien vaak voer met net teveel eiwit (waar stikstof in zit), ongeveer 10 procent eiwit te veel. Dat komt in de urine terecht en vervliegt deels als ammoniak. Die ammoniak daalt neer in de natuur.
De exacte rol van stikstof is lastig te bepalen, doordat het bijdraagt aan zowel de opwarming als het afkoelen van de aarde. Stikstof in de bodem vormt lachgas, een belangrijk en zeer krachtig broeistofgas. Stikstof laat echter ook de bossen groeien, die extra CO2 uit de lucht opnemen.
De hoeveelheid stikstofoxiden en ammoniak in de lucht heet de concentratie. Stikstof (N2) is een kleur- en reukloos gas dat overal om ons heen is. Ongeveer 78% van alle lucht om ons heen bestaat uit stikstof. Het gas stikstof is niet schadelijk voor mens en milieu.
De huidige stikstofstrategie van het kabinet zal er volgens berekeningen van het ministerie van Financiën toe leiden dat 11.200 boerenbedrijven moeten stoppen en nog eens 17.600 boeren hun veestapel fors zullen moeten inkrimpen, met een derde tot bijna de helft.
Bij de stikstofcrisis van de laatste jaren draait het om twee stofjes: stikstof uit verkeer (NOx) en stikstofverbindingen uit boerenbedrijven, meestal in de vorm van ammoniak. Deze slaan neer in de natuur en werken als voedingsstof. Daardoor groeien sommige planten beter dan andere.