Gevolgen van een dwangstoornis
OCS heeft vaak een grote impact op je leven. Bezig zijn met dwangmatige gedachten en handelingen is tijdrovend en vermoeiend. Je komt minder goed toe aan je dagelijkse bezigheden of sociale activiteiten. Daardoor kan je je eenzaam of minderwaardig gaan voelen.
Er is niet duidelijk één oorzaak van de dwangstoornis te geven. Waarschijnlijk ontstaan de klachten door een combinatie van factoren. De opvoeding is waarschijnlijk bij de meeste patiënten géén oorzaak. En een dwangstoornis ontstaat niet door het gebruik van cafeïne, alcohol en/of drugs.
Wat gebeurt er bij een dwangstoornis in de hersenen? Bij mensen met een dwangstoornis is veel onderzoek gedaan naar de functie van de hersenen. Daaruit blijkt dat bij een dwangstoornis bepaalde delen van de hersenen actiever en andere delen minder actief zijn dan zou moeten.
Een dwangstoornis (OCD) gaat niet vanzelf over. Het is daarom belangrijk om hulp te zoeken en steun en begeleiding van hulpverleners en naasten te krijgen. Zelf omgaan met OCD of als naaste omgaan met OCD kan lastig zijn.
OCD is een vorm van een angststoornis. Er wordt ook wel eens een vergelijking gemaakt met een Autisme Spectrum Stoornis. Echter is OCD niet een vorm van autisme. Wel kan het zo zijn dat mensen met autisme bepaalde dwanggedachten/handelingen ervaren vanuit hun problematiek.
Dwanghandelingen worden veroorzaakt door dwanggedachten; de handelingen volgen om je innerlijke onrust weg te nemen. Er wordt ook vaak gesproken over OCD, dit is de engelse afkorting van obsessive compulsive disorder. De dwangstoornis die het meest voorkomt is smetvrees, maar ook controledwang komt vaak voor.
Bij een dwangstoornis heeft iemand last van dwanggedachten en/of dwanghandelingen. Dit betekent dat iemand storende gedachten heeft die steeds terugkomen. Vaak heeft dit te maken met angst. Om die gedachten weg te krijgen, kan iemand steeds bepaalde handelingen uitvoeren.
Vaak gaan dwangklachten samen met depressieve klachten en slaapproblemen. Door negatieve emoties kunnen de dwangklachten verergeren en een vicieuze cirkel worden.
Een dwangstoornis kan ontstaan na een periode met stressvolle omstandigheden en gebeurtenissen of het krijgen van meer verantwoordelijkheden. Bijvoorbeeld na de geboorte van een kind of bij een nieuwe baan. Of tijdens een periode van werkeloosheid en armoede.
Oorzaken. Er kunnen verschillende oorzaken zijn voor het ontstaan van een dwangstoornis:erfelijkheid. Familieleden hebben ook een psychische aandoening.
Of heb je een dwangstoornis en een depressie? Dan kun je erover denken om medicijnen tegen angst te gaan slikken. Voorbeelden zijn citalopram, paroxetine, sertraline en clomipramine. Je huisarts stuurt je hiervoor door naar een psychiater.
Er is weinig bekend over het natuurlijke beloop van de dwangstoornis. Bij ongeveer de helft van de volwassenen met OCS zijn de problemen al voor het twintigste jaar begonnen (Kringlen, 1970). Daaruit kunnen we concluderen dat OCS vaak niet vanzelf overgaat.
Een behandeling duurt meestal drie tot zes maanden. Het is zinvol dat u de oefeningen zelf blijft herhalen, eventueel met behulp van een 'opfrisbijeenkomst'. Bij de behandeling van de dwangstoornis worden antidepressiva gebruikt.
Als je een dwangstoornis hebt, heb je last van dwanggedachten en/of dwanghandelingen. Dit gaat gepaard met angst, walging of een ander naar gevoel en heeft een grote invloed op je leven. De gedachten en handelingen kosten je veel tijd en maken het moeilijk om goed te kunnen functioneren.
Dwangstoornis of Obsessieve Compulsieve stoornis (OCS) OCS werd vroeger 'dwangneurose' genoemd. We spreken vandaag van een dwangstoornis. Zoals het woord 'dwang' al aangeeft uit zich dit angstprobleem meestal in twee klachten: dwanggedachten(= obsessies) en dwanghandeling (= compulsies).
Bij ASD (Autisme Spectrum Disorder) staan moeite met sociale communicatie en stereotype bewegingen meer op de voorgrond, terwijl zich steeds herhalende gedachten en dwangmatige handelingen bepalend zijn voor een dwangstoornis (OCD, obsessieve-compulsieve stoornis).
Obsessies zijn continu terugkerende dwanggedachten. Je wil ze niet hebben, maar ze zijn er toch. Dit maakt je angstig, waardoor je deze gedachten probeert te neutraliseren of onderdrukken. Dit uit zich weer in het uitvoeren van één of meerdere dwanghandelingen.
Belangrijk om te weten: herhalende gedachten en gedragingen wijzen bij mensen met autisme zeker niet altijd op een OCD; ze horen namelijk ook bij autisme. Er is dan ook een duidelijk verschil tussen OCD en herhalende gedachten en gedragingen van mensen met autisme.
Dwanggedachten (obsessies) zijn steeds terugkerende vervelende gedachten of beelden die angst of spanning veroorzaken over bijvoorbeeld besmettingsgevaar, rampen, ernstige fouten maken, een dierbare iets naars aan doen, over de seksuele geaardheid, en afvragen of de partner de ware is.
Wanneer je OCD niet behandeld kan dit flinke impact op je leven hebben. Door de stress die de schaamte over je stoornis met zich meebrengt (omdat je compulsieve gedrag bijvoorbeeld probeert te verbergen voor vrienden) kun je fysieke klachten ontwikkelen.